eregast interieur 2000
Konstantin Grcic
Tekening van zijn presentatie in de nieuwe Rambla ruimte van De Hallen
De zogenaamde Ideeënbeurs, de wedstrijd die nadien de naam kreeg ‘Design for Europe’, is een begrip geworden, een vaste waarde binnen het concept Interieur. Telkenmale worden voor deze competitie honderden ontwerpen ingezonden, die vervolgens worden beoordeeld door een internationale jury. Wie de lijst van personen doorneemt die naar Kortrijk kwamen als jurylid, heeft een staalkaart van de topontwerpers uit Europa.
Een optie vanaf het begin is het inviteren van een eregast, een belangrijke figuur uit de wereld van het actueel design. Dit waren niet enkel designers, maar ook architecten, critici en bedrijfsleiders. De lijst van de eregasten is indrukwekkend en illustreert ook de Europese ambitie van de Biënnale. Rolf Fehlbaum, directeur van het bedrijf VITRA, was de eregast van de Biënnale 98. Hij wordt internationaal gewaardeerd als bedrijfsleider, maar ook als persoon die het actueel design een grotere dimensie gegeven heeft. De Stichting Interieur kon voor haar dertigste verjaardag geen betere eregast ontvangen, een Europees voorbeeld waarbij het commerciële steeds wordt verbonden met het culturele. In 2000 was de jonge designer Konstantin Grcic de eregast. Hij presenteerde zijn werk op een verassende wijze in de permanente Rambla-ruimte ontworpen door architect Christian Kieckens.
Wat steeds na de Biënnale overblijft, is de verzorgde catalogus; een publicatie die veel meer is dan een opsomming van adressen van bedrijven. De vormgeving van Boudewijn Delaere heeft er zeker toe bijgedragen dat het ‘Interieurboek’ een begrip is geworden waarin ook redactionele bijdragen hun plaats kregen. In 2000 werd de catalogus uitgegeven door Ludion.
De Biënnale kende een opmerkelijke groei. Tussen 1968 en nu is het complex van De Hallen geleidelijk uitgebreid tot een geheel van zes hallen. Het is de groei van Interieur in de loop der jaren die beslissend was om het complex te vergroten. Toch blijft De Hallen een klein complex, zeker in vergelijking met dergelijke infrastructuur in grote Europese steden. Deze beperking van oppervlakte heeft veeleer in positieve zin gewerkt dan omgekeerd. Dit gelimiteerd zijn in ruimte heeft ertoe bijgedragen dat het mogelijk is een selectie van bedrijven te brengen, een hoge concentratie van kwaliteit die de bezoekers nog steeds erg waarderen. Maar het belangrijkste aspect is en blijft ongetwijfeld dat een bezoek aan de Biënnale een fysiek haalbare dimensie heeft weten te behouden. De totale oppervlakte van de meubelbeurs in Keulen is tien maal die van de Biënnale. Het is deze krachtige kleinschaligheid, de sterke bundeling van toonaangevende bedrijven uit binnen- en buitenland die de Biënnale Interieur haar charme en kracht geven. ‘Interieur is different’.