Vlaanderen. Kunsttijdschrift. Jaargang 49
(2000)– [tijdschrift] Vlaanderen. Kunsttijdschrift– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 301]
| |
Wij huldigen/Wij gedenken Kunstschilder Etienne Bauwens 70Het werk van Etienne Bauwens is, zoals hij zelf is: bescheiden, eenvoudig, gewoon... Gewoon? Schijnbaar wel: hij tekent en schildert - beeldhouwt ook - wat hij ziet om zich heen: vrouw en kind, het huiselijke interieur, het atelier, de directe omgeving (thuis of op reis) en zichzelf. Maar zoals voor anderen die hem in het spoor van de impressionisten voorgingen, is de eenvoud bedrieglijk. Wie achter het afgebeelde kan kijken, volgt de kunstenaar op een reis van dromen en verbeelding. In dat opzicht loopt hij in het spoor van zijn leermeester (vak ‘Marine en landschap’) aan het Nationaal Hoger Instituut voor Schone Kunsten in Antwerpen, Taf Wallet, die hij blijft bewonderen. Geen slaafs navolgen, wel werken in dezelfde geest: vreugde beleven aan het schilderen en vreugde beleven aan het meedelen van die vreugde. Dezelfde visie op de realiteit ook, weergeven in datzelfde licht dat ook de impressionisten herkenbaar maakt. Dat zijn de componenten van Bauwens' werk: het alledaagse, soms zelfs banale, door vorm en kleur gesublimeerd tot een gevoel, of, eigenlijk, tot een idee. De treinscènes verraden meer dan zij elk apart voorstellen, nl. de jarenlange worsteling om de dagelijkse afstand tussen woonplaats Aalst en studiestad Antwerpen zinvol te overbruggen; het uitzicht vanuit het atelier over de daken van de buurt symboliseert de verbondenheid met de geboorteplaats, de op het eerste gezicht bijna naïeve voorstellingen van het familieleven verraden de onuitsprekelijke en onuitspreekbare liefde - Bauwens is een man van weinig woorden - voor gezin en vrienden. Wat vormgeving en kleur betreft, heeft Etienne Bauwens zich een zeer eigen, zeer herkenbare stijl eigen gemaakt. Met uiterste zin voor maat en evenwicht bouwt hij een harmonieus geheel op, waarin niets de aandacht afleidt van het centrale thema, van de centrale idee. Landschappen en personages worden in een getemperd licht neergezet, dat soms sprookjesachtig wordt. Zelfs zijn prachtige aquarellen, dikwijls de neerslag van uitstapjes en reizen, hoe realistisch ook in de uitwerking, bieden meer dan de loutere weergave van de werkelijkheid, zijn een uiting van diepere gevoelens en verlangens. Etienne Bauwens stelt er prijs op zijn werken zelf in te lijsten. De lijst is het raam, geopend op de wereld van de kunstenaar. Wie door dat raam kijkt, wordt daarmee uitgenodigd tot een stapje binnen zijn wereld. Die wereld is er een van diep gevoel, van zin voor harmonie en rede, van menselijkheid en medeleven, van nostalgie ook, naar een betere wereld. Stap eens binnen bij Bauwens, het loont altijd de moeite! (Sint-Vincentiusstraat 18, 9300 Aalst) Herman Vandormael | |
Kunstschilder Willy Verbrugge 75Willy Verbrugge is vooral de schilder van de Vlaamse vlakten. Zijn koloriet, vaak hard contrasterend, brengt zijn doeken tot leven. De compositie wordt altijd sober en dus geloofwaardig gehouden. Werk van Verbrugge doet nooit vreemd aan, omdat het een bevattelijke taal spreekt. Zijn landschappen zijn geen oppervlakkige benaderingen, maar eerlijke betrachtingen om het essentiële karakter ervan pregnant weer te geven. Af en toe ontmoet Verbrugge de mens, maar die vervloeit in de uitgestrektheid van het najaarsveld of complementeert een oogsttafereel. Verbrugge schildert het traditionele Vlaamse landschap met velden en weiden, gehuchten, hofsteden met knotwilgen langs de sloten, boeren die op hun akkers werken of even pauzeren en Leiebochten die nog de moeite lonen om ze op doek vast te leggen. Het zijn portretten van zijn land, geladen met zijn eigen natuuraanvoelen. Zeker niet altijd louter impressionistisch dus. Het is een kunst waar de kijker zich bij betrokken voelt. De doeken van Verbrugge voeren terug naar de natuur: de natuur als rustpunt in de dagelijkse sleur, als verademing in het jachtige leven van elke dag. Hij schildert het landschap zoals het zich aan hem opdringt. Nooit wordt het een fotografisch vastleggen. Hij kijkt en poogt de aanschouwer van zijn werk te verrassen met indrukken die deze zelf nooit van zijn eigen, vertrouwde natuurplekjes opdeed. Het oeuvre van Verbrugge is een verheerlijking van de natuur. In de fixatie van het landschap legt hij al de genegenheid die hij tot uitdrukking kan brengen. Naar aanleiding van zijn 75ste verjaardag loopt van 17 november tot 3 december een retrospectieve Verbrugge-tentoonstelling in het cultureel centrum Gildhof Tielt. Tegelijk is een kunstmap met zes reproducties te verkrijgen tegen de prijs van 300 frank. (Lindenlaan 10, Tielt) Bertrand Derudder | |
In memoriam Willy BalyonHij is daar / de grote tuinman reikt ons de hand / die wij nooit konden vergeten... (slotgedicht uit ‘dit is’)
Op 21 juni 2000 overleed dichteres Willy Balyon-Noorland thuis in haar eigen vertrouwde omgeving in de leeftijd van 72 jaar. Zij werd geboren in 's Gravenhage op 10 juli 1927. Door haar huwelijk met Wim Balyon belandde zij in Heerlen (Nederlands Limburg). Onder de naam Willy Balyon publiceerde zij gedichten in | |
[pagina 302]
| |
tal van bloemlezingen en in literaire tijdschriften in Nederland en vooral in Vlaanderen. Bij poëziewedstrijden werd zij met twee prijzen en diverse eervolle vermeldingen onderscheiden. Zij was ook lid van de Vereniging van Limburgse Auteurs (V.L.A.). Een kunstmap met gedichten (lino's van schilder-beeldhouwer Gène Eggen) en acht poëziebundels zagen het licht. Hoogtepunten waren in mijn ogen ‘Een venster in de muur van stilte’ en onvergelijkbaar in zijn soberheid ‘dit is’. Haar poëzie was een trefpunt voor intermenselijke relaties. Het ontmoetingsthema stond centraal, zodat de lezer direct werd aangesproken. Zij hield van samenwerking met beeldende kunstenaars, zoals ook haar bundel ‘Licht waar ik deel van was’ (met uitbeelding door schilder-illustrator Jos Muris) illustreert. Samen met Wim Balyon organiseerde zij in Heerlen in de Stadsschouwburg onvergetelijke literaire zondagmatinees. Door haar wankele gezondheid was zij voor een deel aangewezen op correspondentie voor haar contacten met bevriende letterkundigen. Nu Willy Balyon van ons afscheid nam, herleven haar zo indringend geformuleerde versregels. Wij blijven haar dankbaar voor wat zij ons naliet. (Bethlehemstraat 11, 6418 GJ Heerlen, Nederland) Maurice Trippas | |
In memoriam Victor Van FrachenMusicus Victor Van Frachen (o 8 mei 1924) overleed in zijn woning in Affligem op 18 november 1999. Victor was een heel bijzonder man. Van zijn ouders erfde hij een pak talenten. Vader was organist en zijn moeder was de dichteres Angèle De Bremaecker. Na zijn humaniora studeerde Victor zang en lyrische kunst aan het Conservatorium in Brussel. Na vier jaar behaalde hij zijn eerste prijs en dat werd meteen de start voor een schitterende loopbaan. In 1948 werd hij bekroond met de ‘Grand Prix du Micro’ in Luxemburg. Hij zong vaak op de legendarische radioconcerten van Willem De Meyer, vertolkte rollen in ‘De toverfluit’ en ‘Figaro's bruiloft’, was solist bij tal van concerten onder de leiding van bekende dirigenten als Franz André, Daniël Sternefeld, Leonce Gras, Robert Stolz, Jef Van Hoof e.a. Met het door hem opgerichte vocaal kwartet ‘August De Boeck’ behaalde hij in 1950 opnieuw de ‘Grand Prix du Micro’ met een eigen compositie. De activiteiten van Victor Van Frachen waren veelvuldig en verscheiden: muziekleraar aan het VTI in Aalst en middelbare scholen in Asse en Ternat - dirigent van het koor en koperensemble van het VTI in Aalst, het St.-Ceciliakoor te Mollem en het St.-Michielskoor in Hekelgem - organisator van kunstavonden, concerten, schoolzangfeesten - medewerker aan tijdschriften als ‘Ars Musica’, ‘Muziek en Woord’, ‘Kunst en Letteren’. Behalve dit alles was Victor een uitstekend componist. Hij genoot een stevige opleiding bij o.m. Marinus De Jong. Zijn werken, in klassiek-romantische stijl, omvatten een reeks bundels met liederen van alle aard, meestal op tekst van zijn moeder of van zijn kunstzinnige echtgenote Laurette Bosteels. Daarnaast componeerde hij voor koor, orgel, piano, harmonieorkest, enz. Al deze muziek is vloeiend,
De Sint-Andriesabdij van Brugge, waar de viering van vijftig jaar C.V.K.V. plaatsvindt, wordt wat het gebouwencomplex betreft, gekenmerkt door een reeks torens en koepels die verwijzen naar zeven basilieken.
lyrisch en rijk aan fraaie harmonische wendingen. Victor Van Frachen werd meermaals gelauwerd voor zijn inzet en uitzonderlijke verdiensten: in 1962 ontving hij de regeringsmedaille ‘Pro Musica’, in 1985 de erepenning van Sabam, en in 1988 de trofee ‘Fuga’ van de Unie van Belgische componisten. Victor was een rasechte Vlaamse Brabander, goedhartig, eerlijk, gevoelig, trouw, met een open hart en geest, een man met wijsheid en humor. Hij blijft ons nabij. Jos Mertens | |
Het Christelijk Vlaams Kunstenaarsverbond viert feestVolgend jaar bestaat het Christelijk Vlaams Kunstenaarsverbond vijftig jaar. De contactvergadering op 23 juni 1951 in Roeselare met de bedoeling in West-Vlaanderen een afdeling van de vereniging ‘Kunstenaars voor de jeugd’ op te richten was de aanleiding om een grotere en algemenere vereniging te stichten. Dit gebeurde op 20 oktober 1951 in de Sint-Andriesabdij van Brugge. Zo'n zeventig kunstenaars onderschreven de doelstellingen: ‘de christelijke inspiratie van de Vlaamse cultuur te handhaven, de materiële en sociale toestand van de kunstenaars te behartigen en kunst en cultuur bij de bevolking te brengen’. De statuten van de V.Z.W. verschenen in het staatsblad van 27 december 1952. Gedeputeerde Jozef Storme was de eerste voorzitter. Dit halve eeuwfeest zal op een passende wijze worden ge- | |
[pagina 303]
| |
vierd. In de schoot van het bestuur werd een werkgroep opgericht om deze heuglijke dag te herdenken. Toeval of niet, maar in 2001 valt 20 oktober op een zaterdag. Dit is ideaal om een feestelijk programma uit te werken. En waar kan dit beter doorgaan dan in de Sint-Andriesabdij in Brugge-Loppem zelf. Noteer deze datum alvast in uw agenda, want iedereen zal er van harte welkom zijn. De Sint-Andriesabdij behoort eigenlijk tot de oudste kloosters in Vlaanderen. De stichting door Robrecht van Jeruzalem, graaf van Vlaanderen, gaat terug tot omstreeks 1100. Met de Franse Revolutie wordt de abdij opgeheven. Enkele resten van dat gebouw bleven bewaard. Mgr. Carolus van Caloen, afkomstig van Loppem, krijgt op het einde van de negentiende eeuw de opdracht op het monnikenleven in Brazilië tot een nieuwe bloei te laten komen. Daarom start hij in 1899 in Sint-Andries een vormingshuis dat langzamerhand tot een abdij zal uitgroeien. Het nieuwe complex maakt geen gebruik van de nog bestaande gebouwen, maar zoekt stilte en rust in de bossen van Sint-Andries en Loppem. De naam wordt evenwel overgenomen. De abdij is misschien beter bekend onder de naam ‘Zevenkerken’. De bidplaats, geïnspireerd op de Sint-Stefanuskerk in Bologna, stelt eigenlijk de zeven grote basilieken van Rome voor. Elke ‘basiliek’ kreeg een eigen stijl mee. In dit gebouwencomplex uit het begin van de twintigste eeuw gaat onze feestdag door. De gastvrije benedictijnergemeenschap stelt ons haar abdij ter beschikking. Het programma zal bestaan uit een feestelijke academische zitting, een receptie en maaltijd, een bezoek aan de abdij, een plechtige misviering en een avondconcert. De werkgroep is bezig de laatste hand te leggen aan de algemene structuur en begint straks met de concrete realisatie. In een volgend nummer kunt u daarover meer vernemen. Intussen zijn ook de voorbereidingen begonnen voor de jaarlijkse samenkomst en algemene vergadering, waarop verdienstelijke leden worden gehuldigd. Die vindt dit jaar plaats in Grimbergen einde mei of begin juni. Ook hier werd als gastverblijf voor een abdij gekozen. | |
Voorstelling van het Vlaanderennummer en opening van de tentoonstelling ‘Met zicht op Zee’Onder ruime publieke belangstelling werd op 7 juli 2000 in Oudenburg het dubbelnummer van Vlaanderen ‘Met zicht op Zee’ (nr. 281) aan de pers voorgesteld en de gelijknamige tentoonstelling officieel geopend. Burgemeester, Ignace Dereeper, verwelkomde en de schepen voor cultuur, Romain Roose, leidde het nummer en de tentoonstelling in. Hij herinnerde eraan dat dit al de vijftiende zomertentoonstelling was die in het Oudenburgse Abtsgebouw plaatshad.
Minister Renaat Landuyt
[Foto C.V.K.V.] Renaat Landuyt, Vlaams minister van werkgelegenheid en toerisme, opende daarna officieel de tentoonstelling. Hij was heel enthousiast over initiatieven, zoals deze, waarbij de eigen geschiedenis naar een breder publiek wordt gebracht. Mevrouw Lieve Ternier luisterde de persvoorstelling op met de voordracht van ‘zeegedichten’. Het koor ‘Circulus’ bracht muzikale intermezzi met zeemansliederen. De stad Oudenburg bood daarna een receptie aan waarbij overvloedig ‘zeelekkernijen’ werden geserveerd. Deze tentoonstelling die heel didactisch
Gezicht op de tentoonstelling ‘Met zicht op Zee’ in het Stedelijk Museum van Oudenburg. Het gelijknamige nummer van ‘Vlaanderen’ (nr. 282) diende als catalogus. [Foto JLM.]
ontworpen en opgebouwd is o.l.v. Jean Luc Meulemeester, cultuurfunctionaris van Oudenburg, biedt met heel wat waardevolle objecten, illustraties, kaarten, foto's en schilderijen een staalkaart van de zee in heden en verleden. als onuitputtelijke inspiratiebron, als geografisch gegeven en als toeristische trekpleister. Wie deze boeiende tentoonstelling wil meemaken, kan nog tot 1 oktober 2000 terecht in het Abtsgebouw/Stedelijk Museum van Oudenburg, dagelijks toegankelijk van 14 tot 18 uur. Dirk Rommens | |
C.C. de Brouckere Torhout in feestHet Cultureel Centrum de Brouckere Torhout bestaat 5 jaar en dit kan niet onopgemerkt blijven! Vraag de lustrumbrochure aan, pluis ze grondig uit en maak uw keuze uit het ruime aanbod theater, muziek, amusement, familievoorstellingen, films, tentoonstellingen... Contactadres: CCdB, Aartrijkestraat 6, 8820 Torhout. Tel. 050/22 11 50, Fax 051/22 27 90, e-mail: ccdb@TORHOUT.be Op woensdag 13 december 2000 om 15 uur brengt de Brusselse toneelgroep Bronks de voorstelling ‘Connaissez-vous votre géographie?’ (door en met Pascale Platel) in het CC de Brouckere in Torhout. In tegenstelling tot wat de titel zou kunnen laten vermoeden, wordt het stuk in het Nederlands gesproken! Tirol en Oostenrijk zijn de twee lievelingslanden van Saskia Schoentjes Kleertjes en Hogefried Van Mars. Het geld om naar één van deze landen op reis te gaan heeft Saskia al gestolen van de familie Colle. De twee raken het echter alleen niet eens over het vervoer. Terwijl ze hectisch alle mogelijkheden overlopen om zich naar hun bestemming te begeven, zitten de rijkswacht en de familie Colle hen op de hielen... een spannend, absurd en romantisch verhaal voor iedereen vanaf 8 jaar. Toegangsprijs: 130 Bfr. (jonger dan 18 jaar), 250 Bfr. (volwassenen), gratis voor de gelukkigen die in december jarig zijn. |
|