| |
| |
| |
De Provinciale Musea / Antwerpen: een bondig historisch overzicht
Leo De Ren
Langs de autosnelweg Antwerpen-Hasselt, vlak aan de aansluiting met de ring rond Antwerpen, ligt temidden van het Provinciaal Domein Rivierenhof het kasteel Sterckshof, genoemd naar Gerard Sterck († 1564), die dit buitengoed in renaissancestijl verbouwde. Het domein Rivierenhof en het toen volledig vervallen kasteel Sterckshof werden in 1921 door het provinciebestuur van Antwerpen aangekocht. Rekening houdend met weergevonden grondvesten en iconografisch materiaal tekende architect J.A. Van der Gucht in 1922 de plannen voor een fantasierijke wederopbouw van het Sterckshof. De bouw begon in 1927 als tewerkstellingsprogramma in de crisisjaren en duurde tot 1935. In dat jaar sloot de provincie een overeenkomst met de vereniging Museum van de Vlaamse Beschaving en Openluchtmuseum, die naar het voorbeeld van Skansen en Arnhem een openluchtmuseum tot stand wilde brengen. Nadat de pas gerestaureerde neerhoeve tegenover het kasteel in 1944 door een V-bom was vernield en de provincie reeds een dergelijk museum in Bokrijk gepland had, werd naar een andere bestemming gezocht.
De eerste onbezoldigde conservator-kasteelheer ‘Joseph De Beer’ had inmiddels het Sterckshof op korte tijd volgestouwd met archeologische en volkskundige voorwerpen. Na zijn dood in februari 1953 werd de bovenvermelde vereniging ontbonden en gingen begin 1954 zeven verhuiswagens met kunstvoorwerpen als persoonlijk bezit van de conservator naar diens erfgename, mej. M. De Beer.
De provincie nam het museum in eigen hand. Onder Piet Baudouin, de eerste provinciale conservator, lag de klemtoon op de oude en hedendaagse kunstambachten in de Zuidelijke Nederlanden en België, wat zowel in het aankoopbeleid als in de gevoerde tentoonstellingspolitiek tot uiting kwam. De jarenlange bevordering van het hedendaagse kunstambacht
De gevel van het voormalige pakhuis Vlaanderen aan de Waalsekaai 47, Antwerpen, waar thans het Provinciaal Museum voor Fotografie is ondergebracht. Het is zopas uitgebreid en heropend met o.m. een prestigieuze tentoonstelling van het fotografische oeuvre van Stijn Streuvels. (Fotodienst Provinciale Musea)
door de provincie, maakte het bovendien vanzelfsprekend dat het museumprogramma tot de hedendaagse toegepaste kunsten en de industriële vormgeving werd doorgetrokken. Binnen het museum ontstonden - verder uitgewerkt door zijn opvolger Jan Walgrave - omvangrijke verzamelingen textiel, fotografie en diamant, die herhaaldelijk noopten tot interne verhuis en herschikking van de zalen. Eén voor één werden deze collecties in eigen museumgebouwen ondergebracht.
In 1992 besliste de Bestendige Deputatie om de provinciale musea te herstructureren. Het centrale bestuur vanuit het Sterckshof werd opgeheven en ieder museum kreeg een eigen beheerder en een aangepast personeelskader. Bovendien werd geld vrijgemaakt voor infrastructuurwerken, die grotendeels in 1993 en 1994 werden uitgevoerd. Last but not least werden de collecties herschikt rond de centrale materies ‘zilver, fotografie, diamant, kostuum en textiel, en de schrijver Emiel Verhaeren, zodat ieder museum zich door zijn specialisatie beter kon profileren.
| |
Provinciaal Museum Sterckshof - Zilvercentrum (Antwerpen/Deurne)
De museumhervorming had vooral ingrijpende gevolgen voor het Museum Sterckshof dat een zilvercentrum werd. Rondom de zilvercollectie, die jonkheer Pierre Lunden in 1975 aan de provincie legateerde, werd een nieuwe opstelling uitgewerkt, die in bijna twintig zalen het verhaal doet van de zilverontginning tot het zilveren sier- en gebruiksvoorwerp. De museumverzameling omvat edelsmeedwerk van de 16de tot en met de 20ste eeuw, voornamelijk Belgisch en Antwerps zilver. De zalen zijn thematisch en tonen het zilver in een brede maatschappelijke context. Enkele deelcollecties, die niet in het nieuwe museumconcept pasten, werden overgedragen aan
Het Provinciaal Museum Sterckshof (Hooftvunderlei 160, Antwerpen/Deurne) is eveneens gerenoveerd en tegelijkertijd geherstructureerd tot Zilvercentrum.
(Fotodienst Provinciale Musea)
| |
| |
In het Provinciaal Museum voor Fotografie (Waalsekaai 47, Antwerpen) wordt een beeld gegeven van de geschiedenis van de fotografische apparatuur én van de fotografische prent in twee permanente opstellingen. Daarnaast zijn er twee galeries voor wisselende tentoonstellingen, een bibliotheek, een educatieve ruimte en een auditorium.
(Fotodienst Provinciale Musea)
andere musea of instellingen waar zij beter kunnen worden gevaloriseerd. De rondgang eindigt in het zilveratelier, dat projectmatig ter beschikking wordt gesteld van edelsmeden en restaurateurs, zodat het museum niet alleen voor de zilverkenner en -liefhebber, maar ook voor de hedendaagse kunstenaar een Antwerpse thuishaven wordt.
Van de gelegenheid werd gebruik gemaakt om het museum te moderniseren en toegankelijker te maken voor mindervaliden. De toegang werd verplaatst van de Hooftvunderlei naar de Cornelissenlaan, waar er over de slotgracht een nieuwe bezoekersingang werd gelegd. Dankzij nieuwbouw beschikt het museum nu over een ruime publieksingang, een cafetaria en liften. Ten slotte wordt het project ingebed in de groene long van het domein Rivierenhof door het vroegere grasveld achter het kasteel om te toveren tot een lusttuin met buxushaagjes, lei-linden, waterpartijen en een ruïne.
De museumbibliotheek bezit 23.000 boekbanden en heeft abonnementen op 110 tijdschriften en veilingcatalogi. Zij blijft gespecialiseerd in de toegepaste kunsten en heeft een unieke verzameling literatuur over edelsmeedkunst, tinwerk, juwelierskunst, munt- en penningkunde, ceramiek, meubelkunst, glaskunst, interieurkunst en design. De Design and Applied Art Index, de grootste gegevensbank met een inhoudelijke ontsluiting van ongeveer 300, vooral Engelstalige tijdschriften over hedendaags design en sierkunsten, kan in de leeszaal op CD-ROM worden geraadpleegd.
| |
Provinciaal Museum voor Fotografie (Antwerpen)
De collectie van het Provinciaal Museum voor Fotografie, gegroeid uit de verzamelliefde van enkele Gevaert-mensen en in 1964 na de fusie van Gevaert en Agfa overgedragen aan de provincie, breidde met de dag uit, zodat zij spoedig in het Sterckshof-kasteel te eng behuisd was en naar een nieuw passend onderkomen moest worden gezocht. In 1984 zette het provinciebestuur van Antwerpen het licht op groen voor de aankoop van het pakhuis Vlaanderen, dat architect Hendrik Frans van Dijk in 1911 in opdracht van Blauwhoedenveem N.V. Amsterdam op de Waalsekaai bouwde. Deze museuminplanting droeg bij tot de artistieke volksverhuizing naar het Zuid en de herwaardering van deze prachtige buurt op nauwelijks een paar honderd meter van het aloude stadscentrum. Half 1986 opende het nieuwe museum zijn deuren. Gelegen in de onmiddellijke nabijheid van het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten en het MUHKA, introduceert het museum de bezoeker in de boeiende geschiedenis van de fotografie: van camera obscura tot elektronische camera's en andere beeldsystemen, van de vroegste daguerreotypie tot het spectaculaire driedimensionale hologram. Apparatuur en fotobeelden vullen elkaar aan. Men vindt er een geïnstalleerd fotosalon uit de 19de eeuw, alsmede een voorvaderlijk winkeltje en een donkerekamer. Een bijzondere attractie is het zogenaamde Keizerspanorama, dat destijds in opdracht van de Antwerpse Zoo voor de Wereldtentoonstelling van Luik in 1905 werd gebouwd.
In de Lakenstraat werden twee aanpalende panden aangekocht en volledig in het bestaande museum geïntegreerd, waardoor de totale vloeroppervlakte bijna is verdubbeld. De toegang tot het museum werd publieksvriendelijker en de bookshop verruimd. Op de gelijkvloerse verdieping zijn er voortaan twee tentoonstellingszalen, waardoor er een dubbel circuit van exposities kan worden gerealiseerd met een grotere diversiteit van onderwerpen en een directere aanknoping bij de actualiteit. Het museum heeft een nieuw auditorium en de educatieve dienst een eigen ruimte met tentoonstellingsfaciliteiten. Wie op de hoogte wil blijven van de recente fotoliteratuur, fotoboeken van Belgische en buitenlandse fotografen wil inkijken of op zoek is naar gegevens over een oud of nieuw toestel, kan terecht in de museumbibliotheek, die meer dan 20.000 boeken en een paar honderd tijdschriften heeft over het heden en verleden van fotobeeld en -techniek.
| |
Provinciaal Diamantmuseum (Antwerpen)
Het eerste Provinciaal Diamantmuseum opende zijn deuren in 1972 ter gelegenheid van het 17de Wereldcongres van de Diamantbeurzen op de gelijkvloerse verdieping van het Veiligheidsinstituut aan de Jezusstraat in Antwerpen. Veertien jaar later, op 26 juni 1986, werd in de Lange Herentalsestraat de eerste steen gelegd voor het nieuwe Diamantmuseum, dat in 1988 open ging voor het publiek. Het museum, gelegen in de Antwerpse diamantwijk, toont op een zeer gestructureerde en chronologische wijze het volledige proces van de onbewerkte grondstof tot het bekoorlijke juweel of efficiënte werktuig. De museumrondgang begint op de derde verdieping, waar de evolutie van de krater tot de beurs wordt geschetst. Recent werd hier een imitatiemijnschacht gebouwd,
| |
| |
Schaal met Apotheose der Kunsten en Wetenschappen (1674) uit een tentoonstelling van zilverwerk uit Augsburg in het Sterckshof-museum/Zilvercentrum, Antwerpen-Deurne.
(Fotodienst Provinciale Musea)
waar men door middel van videoschermen de ontginning van de kimberlietmijnen kan bekijken. Twee computers geven informatie over de ontginningslanden, de mijnen en de ontginningsmethoden. Op de tweede verdieping ligt de klemtoon op industriediamant en de diamantbewerking. In overleg met het Wetenschappelijk en Technisch Onderzoekscentrum van de Hoge Raad voor Diamant wordt een oplossing gezocht om hier de laatste evoluties in de hedendaagse snij- en slijpmachines voor te stellen. Op de eerste verdieping waar zich de schatkamer, het hart van het museum, bevindt, kunnen de bezoekers het afgewerkte juweel bewonderen. In de toekomst wordt hier de installatie van een juweelontwerpersatelier met demonstraties voorzien. Jaarlijks wordt in het voorjaar of de zomerperiode één grotere tentoonstelling georganiseerd, aangevuld met kleinere tijdelijke exposities, waarbij ook aandacht wordt geschonken aan hedendaagse creaties en Belgische ontwerpers. De bibliotheeksectie over diamant, die zich voorheen in het Sterckshofmuseum bevond, werd overgebracht naar de bibliotheek van het Diamantmuseum, die kan geraadpleegd worden na afspraak.
| |
Provinciaal Textiel- en Kostuummuseum Vrieselhof (Oelegem)
In juni 1974 kocht het provinciebestuur van Antwerpen van de erven Xavier de Brouchoven de Bergeyk het domein en kasteel Vrieselhof, gelegen op de steenweg van Schilde naar Oelegem. Twee jaar later, in 1976, verhuisde de textielcollectie van het Sterckshofmuseum naar het kasteel Vrieselhof, dat in 1914 door de terugtrekkende Belgische troepen om strategische redenen in de as was gelegd en rond 1920 in neorenaissancestijl werd heropgebouwd. De verzameling van het Provinciaal Textiel- en Kostuummuseum Vrieselhof is rijk en
Corsage voor een avondjapon in Duchessekant, begin 20ste eeuw. (Provinciaal Textiel- en Kostuummuseum Vrieselhof, Ranst-Oelegem.)
(Fotodienst Provinciale Musea)
divers. De nadruk ligt op West-Europa en de lokaal geproduceerde en gebruikte voorwerpen. De kostuumcollectie omvat kledij en accessoires van de 18de tot en met de 20ste eeuw. Het museum verzamelt niet alleen de modieuze kledij van de beter gesitueerde, maar besteedt ook aandacht aan de volksdrachten en de alledaagse kledij, aan de vormevolutie van het kostuum en de sociale en culturele aspecten hiervan. Bovendien bezit het museum apparatuur en gereedschap die werden gebruikt bij het ambachtelijk vervaardigen van kledij en accessoires; verder archieven van modehuizen, ontwerpers, patronen, kaarttekeningen voor weefsels en dies meer. Sterk uitgebouwd is de kantcollectie van het museum: Antwerpse en Binchekant, Valenciennes-kant, Mechelse en Brabantse kant, naaldkant en voorbeelden van verschillende 19de- en 20ste-eeuwse kantsoorten. Daarnaast bezit het museum bedrukt textiel, weefsels en borduurwerk. Zeer belangrijk zijn een aantal archieffondsen van kantkantoren, weverijen en katoendrukkerijen uit de 18de, 19de en 20ste eeuw. Behalve ontwerpen en stalen bevatten ze waardevolle gegevens over produktie en verkoop. In dit verband is in 1994 de correspondentie van een Antwerps stoffenhandelaar uit de 17de - begin 18de
| |
| |
eeuw verworven. Ook aan de hedendaagse textielkunst wordt aandacht besteed. De jaarlijks wisselende museumopstelling rond één of meer thema's en de educatieve werking hierrond geven de bezoeker telkens weer een andere kijk op de wereld van het textiel en het kostuum.
De museumbibliotheek, die te raadplegen is na afspraak, is ruim voorzien van vakliteratuur. De educatieve dienst, die in grote mate bijdraagt tot de uitstraling van de museumwerking naar een breed publiek, verzorgt themadagen, demonstraties en geleide bezoeken, die kunnen worden gecombineerd met boswandelingen in het Provinciaal Domein Vrieselhof.
| |
Provinciaal Museum Emile Verhaeren (St.-Amands-aan-de-Schelde)
Het Provinciaal Museum Emile Verhaeren, voorlopig nog gehuisvest in het Oude Veerhuis in Sint-Amands-aan-de-Schelde, werd in het kader van de museumhervorming ondergebracht in een stichting, die gezamenlijk door de provincie en de gemeente, met inbreng van de privé-sector, wordt beheerd. In 1982 verwierf de provincie Antwerpen van de v.z.w. Vrienden van het Verhaeren-museum het als monument
Bokaal in de vorm van een zeilschip (ca. 1600) uit een tentoonstelling van zilverwerk uit Augsbug in het Sterckshof-museum/Zilvercentrum, Antwerpen-Deurne.
(Fotodienst Provinciale Musea)
beschermde Veerhuis en de collecties boeken en kunstwerken over de dichter Emile Verhaeren (1855-1916) die zich in dit gebouw bevonden. In het voorbije decennium werden in samenwerking met het gemeentebestuur van Sint-Amands wisselende tentoonstellingen georganiseerd, die het leven en werk van deze schrijver bij een breder publiek bekend maakten. De te enge behuizing maakte evenwel een ernstige uitbouw van het museum onmogelijk. Daarom werd beslist om het Verhaeren-museum te verhuizen naar de panden Diogenes en De Leeuw, waarin na verbouwingswerken ook de gemeentelijke bibliotheek en het culturele dorpshuis onderdak zullen vinden. Er is tevens een cafetaria, een polyvalente zaal en een vergaderruimte voorzien. De plannen voor de renovatie werden reeds getekend en het werk kan weldra starten. Voor het Veerhuis, dat eigendom blijft van de provincie, wordt te gepasten tijde een nieuwe bestemming gezocht. Inmiddels werd het beschermingsbesluit voor het graf van Emile Verhaeren en zijn echtgenote Marthe Massin aan de Scheldeoever door de bevoegde minister ondertekend. De hopelijk spoedige herstelling van dit grafmonument en de nieuwe impuls die het Verhaeren-museum krijgt, moeten zijn geboortedorp Sint-Amands verder doen uitgroeien tot een gedenkcentrum voor het werk en het gedachtengoed van deze denker en schrijver.
De recente hervorming van de provinciale musea is in vele opzichten een antwoord op vragen en problemen vanuit de museumwereld. De optie om in de toekomst de museumcollecties in te perken tot de vijf bovenvermelde materies betekende vooral een beleidswijziging voor het Sterckshofmuseum. Het chronische plaatsgebrek kan vaak handig en zinvol worden opgelost door restcollecties, reserves of te kleine fondsen over te brengen naar musea of instellingen, waar zij in een gepaste context aan het publiek kunnen worden getoond. Deze inhoudelijke vereniging van de verzameling tot een werkzaam terrein, waarop vanuit de collectie internationaal kan worden gescoord, werd gekoppeld aan een uitbreiding van het personeelskader en investeringen om de museuminfrastructuur te verbeteren. Uiteindelijk moet dit leiden tot een beter wetenschappelijk en publieksgericht rendement. Antwerpen '93, culturele hoofdstad van Europa, zorgde voor een nieuw en hopelijk duurzaam elan in het provinciale museumbeleid.
| |
Bibliografie
A.-M. Adriaensens, A.-M. Claessens-Peré, L. De Ren, I. Kockelbergh, A. Volkaert en J. Walgrave, Diamantmuseum Antwerpen, Antwerpen, 1988 - R. Coenen, Het provinciaal Museum voor Fotografie Antwerpen, in: Openbaar Kunstbezit in Vlaanderen, 26, 1988, p. 41-80 - F. De Booser, E. Sleutel, F. Sorber en L. Van Houtven, Bezoekersgids Textielmuseum Vrieselhof, Antwerpen, 1992 - W. De Mey en J. Walgrave, Emile Verhaeren. Honderd jaar Les Flamands 1883. Tentoonstelling rond zijn eerste dichtbundel ter gelegenheid van de openstelling van het Provinciaal Museum Emile Verhaeren, Antwerpen, 1983 - L. De Ren, Provinciaal Museum Sterckshof - Zilvercentrum, Antwerpen, 1994
|
|