Vlaanderen. Kunsttijdschrift. Jaargang 43
(1994)– [tijdschrift] Vlaanderen. Kunsttijdschrift– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 154]
| |
Brugse drukkers in de 20ste eeuw
| |
[pagina 155]
| |
hield zich specifiek bezig met deze tak van de activiteit. Hij was evenwel ook uitgever en schrijver van poëzie en essays in het Frans en het Nederlands, net zoals zijn zoon Charles (1905-1970), die advocaat werd in Brussel en daarna in Brugge. Drukkerij en uitgeverij bleven de firmanaam - evenals het logo met Halletoren en letter B - Karel Beyaert dragen ook onder de opvolgers Jean Beyaert (1884-1938) en daarna Joseph Beyaert (1911-1980) en Jean-Marie Beyaert (1912-1975). Een zoon van Joseph, Benoît Beyaert, nam in 1976 de drukkerij Beyaert, die ook werkte onder de naam De Gruuthuse Persen over en verhuisde naar de Werfstraat 20 in Brugge en in 1989 naar de Astridlaan 196 in Assebroek, waar hij nu de Beyaert Press leidt, met als specialisatie drukwerk voor notarissen en advocaten. Hier worden ook schoolboeken gedrukt en het tijdschrift voor de Derde Leeftijd, De Gulden Parel. In de Noordzandstraat in Brugge werd in 1872 een drukkerij, later ook een uitgeverij opgericht door Pieter Verbeke-Loys (1839-1903). In het eerste decennium van onze eeuw verhuisde het bedrijf naar de Wulfhagestraat als Boekdrukkerij Verbeke-Loys. Daar werden weekbladen en tijdschriften gedrukt, zoals Het Belfort, Canisiusblad, De Landman, De Westvlaamsche Landbouwer, maar ook boeken en vooral schoolboeken voor lager en middelbaar onderwijs. Dat ging nog crescendo sinds zoon en opvolger Adolf Verbeke (1887-1960) het roer in handen kreeg en naast het drukken de schoolboeken ook ging uitgeven. Dit beleid werd voortgezet door Adolfs zoon Paul Verbeke (1920), die kantoren en drukkerij overbracht naar de Dirk Martensstraat in Sint-Andries in een groot nieuw pand. Daar werden naast schoolboeken ook algemene uitgaven en literaire werken (pockets) gedrukt en uitgegeven. De drukkerij beëindigde haar activiteit in 1976. Op boeken van Verbeke treft men het logo aan met de spreuk
Beke wordt stroom, o.m. op het boek van Karel de Wolf, Hier weerom Brugsch Volk (1949), hier uitgegeven met illustraties van Jules Fonteyne.
Vergeelde foto's uit het begin van de 20ste eeuw met binnenzicht in het drukkersatelier van Verbeke-Loys in Brugge. Brugge, Privéverzameling.
Bibliothèque de la Pléiade, een Frans cultuurmonument, sinds de stichting (1913) gedrukt en nu nog voor een groot deel gezet door Catherine Press in Brugge.
Ook bij deze drukkerij verscheen de muziekbundel Als een vogel droomt, gedichten van Jan Vercammen door diverse Vlaamse toondichters gecomponeerd en geïllustreerd door Ray Gilles, een bibliofiel kleinood (1967). Edouard Verbeke (1881-1954), oudere broer van Adolf, werd in Engeland voor het drukkersvak opgeleid (hij verengelste zijn voornaam tot Edward) en werkte in een kleine drukkerij op de Sint-Catharinaparochie in Assebroek. In 1905 stichtte hij de Sint-Catharinadrukkerij op Sint-Pieters, Tempelhofstraat, nog steeds de vestiging van de huidige firma. Van in den beginne waagde hij zich aan bibliofiele uitgaven van schrijvers als Gezelle, Karel Van de Woestijne, Streuvels, Pieter-Cornelis Boutens. Van deze laatste drukte Verbeke reeds in 1906 zijn vertaling van Vijf Gedichten van Dante Gabriël Rossetti, gezet uit de 18de-eeuwse Caslonletter, lange tijd het enige type van Verbekes letterproef. In het zoeken naar geldschieters voor zijn jong bedrijf slaagde hij erin in 1913 de drukkerij tot een N.V. om te vormen met Les Editions Gallimard, Paris als hoofdaandeelhouder. In die periode startte de vermaarde literaire serie Bibliothèque de la Pléiade, die dus in Brugge gedrukt werd en daar nu nog voor een belangrijk deel wordt gezet. De Franse uitgeverij was in 1911 opgericht door de initiatiefnemers van het literaire maandblad La Nouvelle Revue Française (NRF), dat André Gide, Jean Schlumberger en Gaston Gallimard in 1909 hadden gesticht. Een van de Belgische leden van de NRF-groep, André Ruyters, die later de zwager van Gide zou worden, had bij Verbeke, tot ieders voldoening, reeds een boek laten drukken. Dat moet de aanleiding geweest zijn voor de jarenlange samenwerking. Edward Verbeke ontwierp ook het bekende boekomslag met het roodzwarte kaderlijntje, door de NRF-boeken tot op heden bewaard. Gide liet veel van zijn boeken bij Catharina drukken, was dan ook vaak in Brugge, in 1911 negen dagen lang, schreef hij in zijn Journal, haast helemaal doorgebracht met het corrigeren van proeven in Verbekes drukkerij. Naast monumenten van literaire kunst en TLF, Trésors de la langue | |
[pagina 156]
| |
Links: Het haantje van drukkerij De Haene-Bossuyt wordt nu nog steeds gebruikt.
Rechts: Beke wordt stroom. Spreuk en logo van de drukkerijuitgeverij Verbeke-Loys. De initialen staan onderaan met de gotische b van Brugge in het midden. Gebruikt in de jaren veertig.
Française, de grote taalencyclopedie, die binnenkort volledig zal zijn, ging Catherine Press - huidige firmanaam - zich, onder het bewind van Edwards zoon Pierre specialiseren in het moeilijke zetwerk: wiskundige en scheikundige formules, linguistiek, vreemde talen als Russisch, Grieks, Hebreeuws, Afrikaanse talen. In 1963 werd de drukkerij onderscheiden met de Grote Prijs Graphica Belgica voor het zetten en drukken van Baba Messiah, de Talmud in het Hebreeuws voor uitgever Nesanel Lewkowicz uit Brussel. Ontwerp van typografie en band waren van de hand van Pierre-François Verbeke. Diverse wetenschappelijke tijdschriften worden hier in full-service bezorgd. Bijna 90% van de drukkerijproduktie is bestemd voor export naar grote uitgeverijen als Plenum, New York; Gallimard, Frankrijk; Kluwer, Nederland; Munksgaard, Denemarken; Verenigde Naties, Genève. De drukkerij met 76 werknemers maakt sinds begin 1988 deel uit van de Groep Flamey, die in Oostkamp al eigenaar is van Grafikon (prepress) en Ter Roye (drukkerij). Binnen deze groep bleef Catherine Press een onafhankelijke entiteit. Een kleinzoon van Edward, met dezelfde voornaam, drijft als zelfstandige het eigen grafisch bedrijf Grafozet, fotozetterij en -gravure in Varsenare. Reeds anderhalve eeuw loopt er een drukkerslijn door de stamboom De Haene. Gestart in 1835 door drukker Felix De Pachtere, volgde rond 1850 de vestiging van een drukkerij J. Vanhee nabij de Brugse Onze-Lieve-Vrouwekerk. In 1852 werd de firmanaam Vanhee-Wante. Een zus van deze, Elisabeth Wante, trouwde met onderwijzer en schoolhoofd François De Haene, die van 1879 tot 1900 de zaak leidde. In 1900 kwam het bestuur dan in handen van Georges (1868-1954) De Haene-Bossuyt (1892-1942). Dit bleef de firmanaam, ook toen Georges in 1945 door zoon Jacques (1905) werd opgevolgd (tot 1976) en ook toen diens zoon Francis De Haene (1944) de drukkerij in april 1991 uit Brugge overbracht naar de Vossesteertstraat 173 in Assebroek. Al die jaren lang is De Haene Drukker des Bisdoms geweest. Vroeger werden daar de catechismus gedrukt, later ook de Mededelingen voor het Links: Oudste logo van Walleyndruk. Tekening in artdecostijl, waarschijnlijk van de hand van de stichter Désiré Walleyn, daterend uit de stichtingsjaren.
Rechts: Logo van de drukkerij BVBA Jacques Vanden Broele.
Katholiek Onderwijs, het tijdschrift Ministrando en vooral het Jaarboek, het bekende rode boekje met namen, adressen en functies van de clerus in het bisdom Brugge. Vermeldenswaard is dat hier de laatste vijf jaargangen van het weekblad Rond den Heerd (1865-1902) werden gedrukt. De zeer zeldzame 25ste jaargang, de laatste, die over een periode van twaalf jaar aan de nog resterende 88 abonnees werd bezorgd, vormt terecht een van de curieuze unica van deze drukkerij. De drukkerij Walleyn werd opgericht door Désiré Walleyn (1889-1955), een vakman met zin voor typografische kwaliteit, sinds 1921 tevens leraar aan de Vrije Beroepsschool in Brugge. In dat jaar stichtte hij een eigen drukkerij in zijn woning Sint-Gilliskerkstraat 3. Men moest er nog met een gasmotor de elektriciteit opwekken. Uit 1926 dateren de eerste door Walleyn gedrukte boeken. In 1927 verhuisde hij naar een ruimer pand in de Sint-Gilliskoorstraat en werd de firmanaam Moderne Drukkerij D. Walleyn. Boeken, tijdschriften, catalogi werden er gedrukt, ook het katholiek weekblad Het Belfort (1927-1937). In 1932 verhuisde men opnieuw, nu naar de Lange Rei, in het huis van drukker Viaene, die op dit ogenblik uitweek naar Sint-Pieters en daar dan een cartonnagefabriek werd. In 1936 werd de firmanaam Walleyndruk. Naam en vestiging bleven tot heden ongewijzigd. Désiré Walleyn was lid van het Fronttoneel geweestGa naar eindnoot4. In de jaren dertig was hij liefhebber-acteur bij Kunst na Arbeid, toneelkring van de Gilde der Ambachten in Brugge. Vandaar dat veel toneelaffiches en affiches van andere Brugse festiviteiten in het Walleynarchief te vinden zijn. Van in den beginne drukte Walleyn ook voor Eugène de Bock (1889-1981), stichter (1919) van de Antwerpse uitgeverij De SikkelGa naar eindnoot5. Zeldzaam is intussen wel dat deze uitgeverij ononderbroken klant van de Brugse drukkerij is gebleven. Naast schoolboeken en literair werk werden prestigieuze Sikkelseries als De zeven Sinjoren, de Maerlantbibliotheek, de Gentse Bijdragen tot de Kunstgeschiedenis, de Monografieën over Belgische kunst in Brugge gedrukt. Een andere belangrijke klant werd uitgeefster Martha Van de Walle (1902-1980) die van 1935 tot 1961 in Brugge de | |
[pagina 157]
| |
uitgeverijen Zeemeeuw (met werk van Cyriel Verschaeve), Wiek op, Voorland, Occident dreefGa naar eindnoot6. Het leeuwedeel van haar publikaties, ook enkele bibliofiele, werden bij Walleyn gedrukt. Voorts werd hier gewerkt voor uitgeverij Cultura van Hendrik Caeyman (1894-1946), voor de abdijen van Steenbrugge en Sint-Andries, het Europa-College en voor tijdschriften als Hernieuwen, Concordia, Verschaeviana, Spiegel der letteren, Vlaams Opvoedkundig Tijdschrift. In 1955 liet Désiré Walleyn zijn zaak, een PVBA, over aan zijn zoon Alfons (1921), die al sinds 1938 meewerkte en zoon Guido (1928), die zich echter in 1961 zelfstandig vestigde als Industriële Boekband Walleyn. Alfons was de laatste secretaris van de Brugse Drukkersbond (1923), die in 1978 als onafhankelijke groep ophield te bestaan. In 1968 werd in ruimere gebouwen gestart met offset, in 1974 met fotografisch zetten. De derde generatie kwam eraan in 1981 met zoon Herman Walleyn (1955), sinds 1986 afgevaardigde-bestuurder van de in 1985 opgerichte NV Walleyndruk. Onderscheidingen waren: in 1950 de Prijs voor het best verzorgde boek met Ars Folklorica Belgica (De Sikkel) en in 1965 de Eurographic Press Award voor een luxe-prospectus bij het 65-jarig bestaan van de firma. Bij Walleyndruk zijn er nu 26 werknemers, in 1930 waren er 28. In het begin van de eeuw heeft de weekbladpers in Brugge een rol gespeeld in de Daensistische beweging. Drukker Camille Moeyaert (1868-1946) werd in 1896 medestichter van de Christene Volkspartij in Brugge. Hij begon met een eigen drukkerij, waar zijn Daensistisch weekblad Het Vrije Woord (1898-1914) verscheen onder motto God voor bake, recht voor stake, Vlaamsch voor sprake. Hij werd in Brugge dé drukker van de beweging, werd ook gemeenteraadslid (1921-1926) en zou eindigen in het Rexisme. Zijn politieke medestander, letterzetter Bernard Minnebo (1867-1919) ijverde rond de eeuwwende voor de stichting van een onafhankelijke Brugse boekdrukkersbond. De drukkerij Moeyaert werd in 1965 door Walleyndruk overgenomen. Brugge heeft trouwens talrijke weekbladen gekend. De namen Fockenier, Herreboudt, Beke verwijzen automatisch naar hun respectieve weekbladen Burgerwelzijn (1850), Brugsch Handelsblad (1906), Woensdagblad (1936). De eerste titel bestaat nog als gratis reclameblad, alternerend met De Streekkrant, beide Roulartaprodukten, zoals het Brugsch Handelsblad, het enige overblijvende betalende weekblad. Het Woensdagblad verscheen tot 1958 onder de dubbele titel Brugsche Courant & Woensdagblad tweemaal, een tijdlang driemaal per week. Het liberale Journal de Bruges (1837) hield tot 1953 stand om daarna als Courrier de Bruges weg te vegeteren. Het katholieke La Patrie (1848) en La Flandre Maritime (1928) met vooral interesse voor Brugge-Zeehaven, hielden het in 1940 voor bekeken. Met Brugges bevrijding (12 september 1944) zag een reeks nieuwe weekbladen het licht; ze zijn reeds allemaal verdwenen: het culturele West-Vlaanderen, het liberale De Koerier, het katholieke De Vrijheid, het communistische De Volksstem. In maart 1945 kwam De Weekpost van Brugge, maar hield het maar drie nummers vol. Ook de Brugsche Gazet (1946), een creatie van de CVP, ging spoedig ter ziele. Een blijver was het socialistische door Achiel van Acker in 1932 gestichte Vlaams Weekblad, dat het juist zestig jaar uithield. Drukkerijen konden opvallen door één boek. Zo drukte Charles Van de Vyvere-Petyt in de Zilverstraat, naast heel wat neogotisch lithografiewerk, in 1910 het beroemde Bruges. Histoire et Souvenirs van Adolf Duclos, dat overigens voor zijn tijd aardig geïllustreerd werd. Adolf van Mullem (1861-1932) nam in 1893 drukkerij en bladen van drukker Modest Delplace over en werd zo meteen de drukker van De Vlaamsche Vlagge en, tot 1914, van de volksalmanak 't Manneke uit de Mane. Van dit jaarboek werd hij, na het overlijden van stichter Alfons van Hee (1846-1903) zelfs een tijdlang hoofdredacteur. Hij bleef actief in de Gerolfstraat tot 1928. Veel belangrijke drukkerijen zijn intussen verdwenen: Excelsior, ook uitgeverij, in de Sint-Trudostraat, in 1920 gesticht door Achiel Geerardyn (1894-1969), bezorgde tijdschriften als Jong-Dietschland (1926-1933) en het poëzietijdschrift De Tijdstroom (1930-1934). De drukkerij Burggraeve aan de Gulden Vlieslaan was gespecialiseerd in het drukken van affiches. Ook lithowerk werd geleverd door drukkerij De Bo. Aimé De Zuttere in de Pottenmakersstraat, later Rozendal, drukte zestien jaargangen van Rond den Heerd, terwijl Van Poelvoorde in de Beenhouwersstraat lange tijd Biekorf drukte. De in 1877 gestichte drukkerij ‘Houdmont gebroeders’ werd in 1902 voortgezet door Jozef Houdmont-Carbonez aan de Filips de Goedelaan en van 1909 tot 1930 door Camiel Houdmont-Cortvriendt. Meestergast bij drukkerij Houdmont was Gustave Barbiaux, die in 1909 de stap waagde en zijn eigen drukkerij vestigde in de Waalsestraat in Brugge. Hij kreeg algauw het Brugse stadsbestuur als klant, zodat hij ook tijdens W.O. I als stadsdrukker aan het werk kon blijven en in 1919 naar een grotere behuizing moest uitkijken, het ruime pand aan de Minderbroedersstraat 20. Daar floreerden de zaken verder en kon hij zelfs drukwerk aannemen voor zijn vroegere werkgever Houdmont. Hij overleed echter al in 1922 en de zaak kwam in handen van zijn twee zonen Guillaume en Alfons, daarna Guillaume Barbiaux alleen. Nieuwe druk- en bindmachines werden aangeschaft en het personeel uitgebreid. In 1935 kwam Guillaumes zoon William in het bedrijf en nam de leiding over bij het overlijden van zijn vader in 1967. Na vijftig jaar, in 1969, werd nog eens verhuisd, namelijk naar de Groene-Poortdreef 27 in Sint-Michiels in gloednieuwe bedrijfsgebouwen met gemoderniseerd machinepark. In 1970 nam William Barbiaux de Antwerpse uitgeverij De Garve van Hugo Williaeme, een neef van Achiel van Acker, over. Deze firma was, zoals Barbiaux, gespecialiseerd in schoolboeken, muziekuitgaven, didactisch materiaal, genres die Barbiaux nu ook als uitgeverij ging behartigen: taal, wiskunde, rekenkunde, natuurkunde, muziek, vooral voor het basisonderwijs. Zo kwam ten slotte de naam De Garve van Achiel van Ackers uitgeverij en boekhandel naar Brugge terug. De firmanaam luidt nu BVBA Drukkerij Barbiaux - Uitgeverij De Garve. De | |
[pagina 158]
| |
vierde generatie van dit familiebedrijf kwam er aan in 1981, toen zoon Guy Barbiaux de leiding nam; hij was al sinds 1973 in de zaak werkzaam. Brugge heeft een paar zeer belangrijke bestuurlijke drukkerijen. Jozef Vanden Broele (1891-1963) stichtte in 1941 de drukkerij-uitgeverij Die Keure. Hij kwam uit Wervik waar
Logo van de drukkerij -uitgeverij Die Keure.
zijn vader Honoré Vanden Broele-Ferrand (1866-1940) een kleine handelsdrukkerij had. In de Eerste Wereldoorlog werd zij verwoest en door de Duitsers gesloten. Na een lange zwerftocht door het hele land vestigde Honoré zijn drukkerij in Brugge aan het Pandreitje, vanaf 1936 aan de Nieuwe Wandeling. Bij zijn overlijden in 1940 trok Jozef, oudste van de acht kinderen, zich uit de ouderlijke zaak terug en begon zelfstandig van de grond af met Die Keure. Het eerste logo vertoonde een vertrekkend zeilschip met de Brugse halletoren op de achtergrond. De vestiging aan de Dijver werd al na drie jaar verlaten voor het 5.000 m2 grote pand aan de Oude Gentweg. Tien jaar na de stichting, in 1952, werd een geïllustreerd gedenkboek uitgegeven. Naast het bestuurlijke drukwerk werd de jongste jaren de waaier verruimd met kunstboeken, zoals catalogi van de Brugse musea Groeninge, Gruuthuse, Memling, publikaties van het Gemeentekrediet en het prestigieuze tijdschrift Monumenten en Landschappen (M & L, 1971). Jacques Vanden Broele (1933), neef van Jozef, nam in 1957 de drukkerij Verbeke-Cappoen in de Freren Fonteinstraat over en begon daar met een eigen bestuursdrukkerij. In 1962 werd verhuisd naar de Magdalenastraat Sint-Andries, waar nu nog een winkel bestaat en de uitgeverij Vanden Broele die sinds 1993 een aparte N.V. is. De drukkerij Vanden Broele BVBA verhuisde op 1 januari 1990 naar de Lieven Bauwensstraat 33, het huidige adres. Specialisatie is hier het ontwerpen en uitvoeren van formulieren en allerhande informatie vooral voor gemeentebesturen, publiekrechtelijke materie in meestal losbladige uitgaven. Voor tientallen gemeenten uit Vlaanderen, Wallonië, Nederland worden hier de trouwboekjes gemaakt, telkens met het gemeenteschild buitenop. Deze drukkerij bezorgde in 1963-1964 het tweemaandelijks cultureel tijdschrift Brugge en enkele belangrijke Bruggeboeken als De straatnamen van Brugge (1977) van Albert Schouteet en 150 jaar Sint-Lodewijkscollege (1986) van Jozef Geldhof. Designdruk werd in 1972 gesticht door de grafische vormgever Jaak Van Damme (1948) als eenmanszaak met één degelpers in een herenhuis in de Zilverstraat. In 1986 werd als PVBA verhuisd naar een industrieel pand aan de Blankenbergse Steenweg 14, waar een tweekleuren offsetpers werd
Logo van de drukkerij Designdruk BVBA Jaak Van Damme.
geïnstalleerd. In 1989 volgde tekstverwerking op film, in 1991 een grote vierkleurenpers. Van familiedrukwerk ging de evolutie hier naar industrieel drukwerk met een heel eigen huisstijl en stilaan specialisatie naar kunstboeken en catalogi. In 1992 werd hier de uitgeverij Stichting Kunstboek opgericht met als eerste publikatie Het stille Brugge (100 jaar Bruges-La-Morte). Heel wat catalogi voor tentoonstellingen in Oostende (PMMK) en in Brugge zoals Lodewijk van Gruuthuse, Meesterwerken der Brugse Edelsmeedkunst worden hier gerealiseerd. Ook het tijdschrift Museum Bulletin van de Vrienden van de Brugse musea. Design Druk werd in 1991 onderscheiden met de Eurographic Press Award. Ten slotte zijn er in Brugge eenmans- of bijna eenmansdrukkerijen zoals Grafisch Bedrijf Deschacht, sinds jaren de drukker van het literair kwartaalschrift Kruispunt. Johan Sonneville (1941) dreef in de jaren zeventig zijn eigen Sonneville Press in de Leopold II-laan, waar hij vooral progressief literair werk zelf zette, drukte, uitgaf en verspreidde. Renaat Bosschaert (1938) heeft zijn eigen drukkerij onder de toren van de Sint-Annakerk. Hij drukt daar bibliofiele kunstmappen, geïllustreerd met eigen houtgravures en zorgt in zijn zaak geregeld voor smaakvolle en boeiende documentaire tentoonstellingen rond deze uitgaven. Een aantal Brugse drukkers uit de 20ste eeuw werd hier voorgesteld en beknopt beschreven. Er zijn er natuurlijk nog meer, die soms op kleine schaal of zeer specialistisch werken. Alles wijst erop dat de rijke traditie van de drukkunst in Brugge in elk geval tot op heden deskundig en creatief wordt voortgezet, zodat de toekomst verzekerd lijkt. |
|