De algemene culturele activiteit van Andre Demedts
Als letterkundige en kunstenaar wordt André Demedts, in dit nummer aan hem gewijd, door bevoegde personen belicht en geëerd. Mij valt de eer te beurt deze markante figuur in al haar grootheid te belichten op de vele domeinen van de cultuur waarop hij werkzaam is geweest of nog is.
Deze veelzijdige en intense activiteit werd geinspireerd door wat Westerlinck in zijn huldetoespraak aan André Demedts, gehouden te Brugge op zondag 11 februari 1962, ter gelegenheid van zijn verheffing tot ridder in de orde van Gregorius de Grote, uitdrukte: ‘De trouw aan de landelijkheid, aan de aarde, een rotsvaste gehechtheid aan eigen natuur, aan een natuurgezonde en kloeke levenstraditie, een elementaire zedelijke onverdorvenheid’.
Deze hoge zedelijke waarden samen met zijn aangeboren dichters- en schrijverstalent, aangevuld en ontwikkeld door een grote eruditie - André Demedts is uiteraard van zijn levensomstandigheden voor een groot stuk autodidact - maakten hem geschikt en bekwaam om vanuit het landbouwbedrijf waar hij geboren en opgegroeid was, na het afleggen van een bekwaamheidsproef, benoemd te worden tot leraar Nederlands in de vrijere Handelsschool te Waregem, waar Z.E.H. Deweer toen Directeur was. André Demedts zou niet zijn hele leven lang leraar blijven. Doch wel zou hij er gedurende twaalf schone jaren, vanaf 1937 tot 1949, deze taak met overgave, toewijding en liefde vervullen.
Deze autodidact met zijn grote belezenheid en brede kennis en met de hoge morele waarden waarvan ik zoëven gewaagde, was voor zijn leerlingen veel meer dan een uitstekende leraar. Hij was tevens hun wijze raadsman en geestelijke leider. Hij genoot het vertrouwen van zijn leerlingen die hem hun persoonlijke moeilijkheden en problemen voorlegden en die hij wist te helpen en te leiden. Hij was niet alleen hun onderlegde leraar, hij was tevens de oudere broer bij wie ze steeds welkom waren.
De vruchten van deze leraarstijd kwamen niet alleen zijn leerlingen ten goede. Hij zelf leerde er de jeugd grondig kennen en schreef een reeks jeugdverhalen onder pseudoniem: Koen Lisarde.
Door Jan Boon, de toenmalige directeurgeneraal van de B.R.T., toen nog N.I.R., werd André Demedts aangezocht voor het ambt van diensthoofd van de Gewestelijke Zender West-Vlaanderen met zetel te Kortrijk, functie die hij vanaf 1 december 1949 heeft vervuld tot zijn opruststelling.
Hier zou André Demedts een nieuw werkterrein vinden waar hij zijn rijke gaven van geest en hart zou kunnen aanwenden. De programma's van de Gewestelijke Zender Kortrijk kregen een cultureel en literair aspect. De nieuwe directeur zorgde ervoor dat het lokale en gewestelijke culturele leven er regelmatig aan bod kwam. Speciaal werd hiervoor het programma ‘Rond den Heer’ uitstekend verzorgd.
Op zijn uitnodiging kreeg ik, als gedeputeerde voor kunst en cultuur van de Provincie West-Vlaanderen, de gelegenheid om regelmatig de provinciale activiteiten via de radio aan de bevolking kenbaar te maken.
Op zijn kantoor in de Rijselstraat ontving directeur Demedts ook tal van Vlaamse prominenten en voormannen, die even binnenwipten om hem te groeten en ook met hem soms belangrijke zaken wensten te bespreken. Tot die bezoekers behoorden o.a. Stijn Streuvels, Emiel Van Hemeldonck, Victor Leemans, Michiel Vandekerckhove, Luk Verbeke, Jozef Deleu en tal van anderen. Is André Demedts gekend als dichter, romanschrijver, essayist, criticus, kortom als all-round literator, bij zeer velen, bij allen, is hij gekend als de alomgevierde en graag beluisterde voordrachtgever en causeur. Ik meen niet te overdrijven wanneer ik zeg dat iedereen in Vlaanderen, groot en klein, kind en volwassene, jong en oud, rijk en arm, student en werkjongen, van gewone arbeider tot intellectueel, van ambachtsman en handelaar tot artiest, eens of meer André Demedts heeft horen spreken, met gespannen aandacht de woorden uit zijn mond heeft geproefd en zijn ideeën diep in zijn ziel heeft bewaard om er verder over na te denken.
Ik ken het aantal voordrachten en causeries niet, maar het moet een fenomenaal cijfer dat in de duizenden loopt, zijn die hij gehouden heeft over het gehele Vlaamse land, en ook daarbuiten, tot in de verste uithoeken en voor het meest diverse publiek. Voor het Davidsfonds over tal van culturele onderwerpen, over letterkunde, Vlaamse Beweging, algemene cultuur, levensinzicht, enz. Voor arbeidersorganisaties, A.C.W.-vergaderingen, studiekringen van de Katholieke Werkliedenbonden, voor vrouwenorganisaties: boerinnegilden, Katholieke Arbeidersvrouwen, middenstandsvrouwen; voor jeugdorganisaties van beider kunne en louter religieus-geestelijke voordrachten zoals op de vasten-bezinningsavonden in het Bisdom Brugge en dit steeds voor een talrijk en aandachtig publiek en steeds met hetzelfde rustige geloo in de eeuwige waarden die hij tot richtsnoer voor zijn leven gekozen had.
André Demedts synoniem van wijsheid, synoniem van eerlijkheid en trouw, synoniem van, om wederom het woord van Westerlinck te gebruiken: ‘een elementaire zedelijke onverdorvenheid’.
Ook de Provinciale Overheid was zich bewus van de grote invloed en werkkracht die van zo een man moesten uitgaan en vooral van zijn wijs inzicht in tal van zaken.
Herhaaldelijk dan ook werd door de Provinciale Overheid een beroep gedaan op zijn advies of zijn medewerking. Toen in 1951 de provincie een grootse hulde wilde op touw zetten voor de 80-jarige Streuvels was André Demedts de grote inspirator van het programma en tevens de bemiddelaar tussen de Provinciale Overheid en de gevierde. Op zijn advies kreeg deze hulde een Algemeen Groot-Nederlands karakter met eer woordvoerder namens Vlaanderen door Prof. Frank Baur, namens Noord-Nederland door Antoon Coolen, namens Frans-Vlaanderen door Prof. Berteloot, door Zuid-Afrika door Prof. Vanden Heever.
Herhaalde malen zou de Provinciale Overheic een beroep doen op André Demedts en toen in de jaren vijftig de provincie van wal stak met jaarlijks herhaalde actie ter bevordering van het A.B.N. was André Demedts vanzelfsprekend één van de vele voordrachtgevers die hiervoor over het gehele grondgebied van de provincie ingezet werden.
Toen, in 1959, op initiatief van de Bestendige Deputaties van de Vlaamse provincies, de Kultuurraad van Vlaanderen werd gesticht, werd er overeengekomen door de provincies dat deze zou samengesteld worden o.a. naast twee gedeputeerde per provincie, uit nog vier andere leden per provincie en door iedere provincie zelf aan te duiden.
Het lag voor de hand dat de provincie West-Vlaanderen onder deze vier André Demedts zou aanduiden: directeur van de gewestelijke omroep Kortrijk, vooraanstaand letterkundige, alom gekend voordrachtgever en causeur, voorzitter van het comité voor Frans-Vlaanderen