| |
Diskoteek
Luister van de Muziek in Vlaanderen
Van de jaargang 2 van ‘Luister van de Muziek in Vlaanderen’ (administratie: Haantjeslei, 38, 2000 Antwerpen) hebben wij nog twee biezonder interessante platen voor te stellen:
Hedendaagse Muziek (plaat nr. 7), LMV 30 007, 30 cm., stereo/mono. Deze plaat brengt vokale muziek van vier levende Vlaamse komponisten. De vier werken ontstonden binnen een tijdspanne van vijftien jaar, tussen 1951 en 1966, maar vormen niettemin een waaier van zeer uiteenlopende stilistische benaderingen. Drie ervan werden getoonzet op tekst van Vlaamse dichters.
Komponist Renier van der Velden koos gedichten uit de laatste drie bundels van Karel van de Woestijne: de trilogie ‘De Modderen Man - God aan Zee - Het Bergmeer’. Van Paul van Ostaijen gebruikte Louis de Meester het beroemde ‘Melopee’ en ‘Geologie’, beide uit de ‘Nagelaten gedichten’, en verder ‘Bedreigde Stad’, sleutelgedicht uit de ekspressionistische oorlogsbundel ‘Bezette Stad’. Spanje-gedichten uit de bundel ‘Lecina je land’ van Jan van der Hoeven inspireerden Lucien Goethals. Karel Goeyvaerts echter stelde zelf een tekst op voor zijn kompositie, aan de hand van elementen uit een Midden-Amerikaanse taal.
De uitvoerenden zijn: voor de kompositie van de Meester: Frans Roggen (deklamatie plus geluidsband met elektronische muziek); voor het werk van Goethals: Lucienne van Deyck, mezzosopraan, Michel Lefebvre, fluit, Marjeta Delcourte-Korosec, viool, en Herman Sabbe, cello; het werk van van der Velden wordt gebracht door Lode Devos, tenor en het Kamerorkest van de B.R.T. o.l.v. Leonce Gras; voor de kompositie van Goeyvaerts werd tenslotte een beroep gedaan op Lucienne van Deyck en Michel Lefebvre.
Buitengewoon interessante, zeer verzorgde plaat. Persoonlijk vind ik van Ostaijen-de Meester hallucinant.
Het Rijke Verleden (plaat nr. 8), LMV 30 008, 30 cm., stereo/mono. Van het heden naar het verleden is maar één plaat verschil: LMV besloot zijn 2e jaargang met een keuze van 16e en 17e eeuwse orgelmuziek uit de Nederlanden, en 17e-eeuwse muziek op oude instrumenten. Voor de uitvoering van de orgelmuziek werd een beroep gedaan op Gabriël Verschraegen, die op meesterlijke wijze de orgels van Watervliet en Daknam bespeelt en komposities ten gehore brengt van Abraham van den Kerckhoven, Dieudonné Raick, Matthias van den Gheyn, Jacob Obrecht, Charles Guillet, Giovanni de Macque en Carolus Luython. De 17e-eeuwse muziek op oude instrumenten wordt gebracht door een zeer genuanceerd en sterk gedisciplineerd Alarius-ensemble, dat werk van twee toondichters ten gehore brengt, nl. Carolus Hacquart en Giovanni de Macque.
Een waardig sluitstuk op de jaargang 2 van LMV! Wij kijken met belangstelling uit naar de inhoud van jaargang 3.
| |
Varia
Van Calig-Verlag, München, ontvingen wij nog enkele zeer goede opnamen. De serenademuziek uit de 18e eeuw is een typisch verschijnsel uit de ‘galante’ eeuw en had een welbepaalde funktie: zij is onderhoudende muziek, voor feestelijke gelegenheden gekomponeerd en meestal vrij uitgevoerd. Een uitstekend voorbeeld hiervan vinden wij in de plaat: Michael Haydn: Notturno F-Dur für Streichquartett und zwei Hörner / Felice Giardini: Quartett D-Dur op. 25, no 3, für Oboe, Violine, Viola und Violoncello / W.A. Mozart: Marsch F-Dur KV 248, für Streichquintett und zwei Hörner - Cassation B-Dur KV 99, für Streichquintett, zwei Oboen und zwei Hörner, CAL 30 404, 30 cm., stereo/mono, 19 D.M.
Het Duits-Engels Mozartensemble uit Londen speelt deze zeer melodieuze, opwekkende muziek op de juiste wijze: ontspannen, met geen ander doel dan alleen maar bevallig te zijn. Maar niettegenstaande deze muziek met een zo lichte hand werd geschreven, toch bergt ze in zich een nauwelijks omvatbare rijkdom van geniale, muzikale vormgeving.
Voor de liefhebbers van religieuze muziek, hebben wij twee plaatjes beluisterd met muziek uit Kameroen:
Missa bassa, CAL 17 751, 17 cm., mono, 8 D.M.
Naar een legende ligt de oorsprong van de Bassa-stam in Ngog-Lituba (= grotten of spelonken), het biezonderste heiligdom van de heidense bevolking. Bisschop Thomas Mongo heeft, aanknopend
| |
| |
bij deze traditie, in 1958, in Ngog-Lituba, het eerste Maria-bedevaartsoord van Kameroen opgericht. De religieuze beweging, daardoor veroorzaakt, leidde algauw tot het komponeren van een Mis, ter ere van de Moeder Gods van Ngog-Lituba (de eerste Mis in de Bassataal). Dit plaatje bevat enkele voorname uittreksels uit de originele opname, o.l.v. Abbé Aloys Lihan.
Psalmodie Bassa, CAL 17 750, 17 cm., mono, 8 D.M.
In 1948 ontwikkelde zich in Kameroen, tengevolge van de pauselijke encycliek ‘Mediator Dei’, al spoedig een zeer intensieve liturgische beweging. Onder leiding van Pater Luidfried Marfurt werd een keus van psalmen in de Bassa-taal omgedicht en op inlandse muziek gezet. Deze plaat bevat enkele opnamen van dergelijke psalmen.
j.v.r.
| |
Het Sint-Jozefskoor Roeselare besluit de viering van 30 jaar bloeiend koorleven met de uitgifte van een langspeelplaat
Het is wellicht een niet alledaags feit dat een parochiaal zangkoor een langspeelplaat op de markt brengt en wij willen dit derhalve even onder de aandacht brengen.
Een parochiaal zangkoor... Wij stonden inderdaad skeptisch, maar na het aandachtig beluisteren moeten wij de woorden van voorzitter R. Deltour, uitgesproken ter gelegenheid van de presentatie op 10 juni jl., beamen: ‘Met hoogdravende woorden over kultuur praten is wel gemakkelijker dan echt aan kultuur doen; en wij hebben dan ook de pretentie, al zijn we maar leden van een zangkoor waarvan de naam met een “sint” begint, effectief kultuur-uitdragers te zijn’.
Gedurende zijn 30-jarige groei en intense aktiviteit heeft het Sint-Jozefskoor, onder de bezielende en begaafde leiding van dirigent Albert Vanwalleghem, inderdaad bewezen het recht te hebben op deze pretentie. In de tornooien voor zangkoren, ingericht door het Provinciaal Bestuur van West-Vlaanderen, klom het koor op tot in de hoogste afdeling en te Geel, naar aanleiding van een wedstrijd voor kerkzangkoren, behaalde het de eerste prijs. Verscheidene malen deed de B.R.T. beroep op het Sint-Jozefskoor voor het opluisteren van een Eucharistieviering en ook in het buitenland trad het koor reeds meerdere malen op (Duinkerke, Parijs, Keulen). Het klinkt inderdaad haast ongelooflijk: een parochiaal zangkoor met internationale faam!
Wij kunnen dan ook niet anders dan deze ‘religieuze topper’, zoals de verslaggever van het ‘Wekelijks Nieuws’ deze LP betitelde, aan al onze lezers warm aanbevelen als een waardevol dokument van eigen bodem.
Technische gegevens
Naam: ‘Adoramus Te’.
Opname: - de opnamen van koor en orkest hadden plaats op 6 en 7 maart 1971 in het auditorium van de Stedelijke Muziekakademie te Izegem. De opnamen van beide orgel-intermezzi werden gerealiseerd in de Onze-Lieve-Vrouwekerk te Roeselare.
- | opnameleiding: J. Van Welkenhuyse, Hasselt, professor aan het Kon. Konservatorium te Brussel. |
- | technische afwerking: Deutsche Grammophongesellschaft, Hamburg. |
Aard:
- | langspeelplaat 33 t/min. |
- | stereo/mono |
- | duur: 2 × 21 min. |
Presentatie: de grammofoonplaat werd aan het publiek voorgesteld op 10 juni 1971 en ingeleid door G. Oost, pastoor-deken te Roeselare.
Programma:
Zijde A - koor a capella
1. | Christus factus est (Gregoriaans en Anerio) |
3. | O Jesu Christe (J. Van Berchem - XVIo eeuw) |
4. | Orgel-intermezzo: Voluntary (J. Stanley - XVIIIo eeuw) |
5. | Alta trinita beata (oud-Italiaans XVo eeuw) |
6. | Wohin soll ich mich wenden (Deutsche Messe - Schubert) |
7. | Adoramus Te (W. Ostijn o1913) |
8. | Orgel-intermezzo: Kyrië (F. Couperin - XVIIo eeuw) |
9. | Steal away (negro spiritual) |
10. | Viva Maria (Vic Nees o1936) |
|
Zijde B - koor en orkest
1. | Sancta Maria (Mozart KV 273) |
2. | Gloria, Sanctus en Agnus Dei uit de Missa Brevis of Spatzenmesse (Mozart KV 220) |
5. | Regina Coeli (Mozart KV 276) |
|
Verkoop: zolang de voorraad nog strekt, kan deze plaat besteld worden bij Klankstudio Thiers, Ooststraat 28, Roeselare. Prijs: 250 fr., eventueel te verhogen met de portkosten.
| |
Opera
Vincenzo Bellini: Il Pirata, Piero Cappuccilli (Ernesto), Montserrat Caballé (Imogene), Bernabé Marti (Gualtiero), Ruggero Raimondi (Goffredo), Giuseppe Baratti (Itulbo), Flora Raffanelli (Adele). Coro e Orchestra della Radiotelevisione Italiana, Roma, sulla direzzione del Maestro Gianandrea Gavazzeni. E.M.I. 3/0165-02108/10.
De eerste (nagenoeg) volledige opname van deze merkwaardige en jammerlijk genoeg minder bekende Bellini-opera, die in 1827 in de Scala te Milaan werd gekreëerd, even vóór de 26e verjaardag van de komponist. Het was Bellini's 3e opera, nog wel onder invloed van Rossini en Donizetti (dat blijkt uit de ouverture) maar toch reeds de voorbode van een ‘La Norma’ en van de Verdiopera's. Zo bv. is de orkestrale kleur reeds helemaal anders dan bij de hogergenoemde komponisten en zijn de koorbladzijden uiterst uitgebreid geworden (cf. Verdi's werken!). Het openingstoneel en de stormscene bv. doen ons aardig wat denken aan de openingsscene van Verdi's ‘Othello’, wat zoveel jaren nadien pas ontstond. Zou Verdi wellicht ook Bellini's werken voor ogen hebben gehad en niet alleen Wagners muziekdrama's, zoals destijdse kritici beweerden?
Het libretto van Felice Romani gaat hoogstwaarschijnlijk terug op C.R. Maturins toneelstuk ‘Bertram’, dat in 1816 in het teater aan Drury Lane (London) werd opgevoerd.
Zoals we reeds bij het begin schreven gaat het hier om een bijnavolledige opname. Inderdaad, minder-belangrijke delen van de partituur zijn weggelaten, zo bv. een aantal recitatieven van hoogst Donizettiaanse kleur. Gavazzeni heeft de partituur zelf ‘gezuiverd’, doch wel zo, dat noch de handeling noch de kracht van de opera eronder hebben geleden.
Het gegeven verplaatst ons naar het 13e eeuws Sicilië, in en rond het kasteel van Ernesto, Hertog van Caldora. Wat niet in de opera zelf wordt verteld, vertelt Romani in een a.h.w. proloog tot zijn libretto. Ernesto was verliefd op Imogene, die echter haar hart reeds had geschonken aan Gualtiero, Hertog van Montaldo. Gualtiero en Imogene's vader waren aanhangers van Manfred, de wettige zoon van Frederik II, koning van Sicilië. Ernesto daarentegen, had zich geschaard aan de zijde van Karel van Anjou, de rivaliserende troonpretendent, die in 1266 Manfred versloeg. Na deze Angevijnse overwinning werd Gualtiero verbannen. Hij werd piraat, om zijn vroegere vijanden te beroven en in de hoop zijn geliefde terug te winnen. Hij weet echter niet, dat zij, om het leven van haar vader te redden, verplicht werd diens overwinnaar, Ernesto, te huwen. In de straat van Messina werd Gualtiero's piratenvloot verslagen door de Angevijnen, aangevoerd door Ernesto. Doch het lot heeft Gualtiero's schip op het strand geworpen nabij het kasteel van Caldora.
En dan begint de opera, die zich uitspint over 2 bedrijven van elk 3 taferelen.
| |
| |
De Caldoranen, onder hoede van de kluizenaar Goffredo (eens Gualtiero's leermeester) slaan de storm gade en bidden voor de veiligheid van de zeelieden (‘Ciel! Qual procella orribile’). De bemanning wordt gered en Goffredo herkent Gualtiero, die hem vertelt, dat hij ondanks alles van Imogene is blijven houden (‘Nulla io spero...’). Imogene verschijnt en biedt de zeelieden gastvrijheid aan. Itulbo geeft zich uit voor kapitein om Gualtiero te beschermen en verzwijgt dat zij piraten zijn. In het kasteel drinken de piraten (‘Evviva! allegri!’). Imogene ontmoet Gualtiero, herkent hem, bekent hem gehuwd te zijn met Ernesto omwille van haar vader. Buiten het kasteel naderen Ernesto en zijn mannen (‘Più temuto, più splenddio nome...’, ‘Si, vincemmo,...’). Hij ondervraagt de zeelieden en Itulbo zegt, dat ze uit Liguria komen. De kust waar Gualtiero een schuilplaats vond! Ernesto beveelt hen op te sluiten, maar Imogene pleit voor hen en Ernesto zal hen bij ochtendgloren laten vertrekken. Adele meldt Imogene, dat Gualtiero niet wil vertrekken alvorens haar nogmaals te hebben gezien. Een ontmoeting vindt plaats, maar Ernesto betrapt hen. Imogene weigert te vluchten met Gualtiero, die in duel gaat met Ernesto, en hem doodt. Ernesto's volgelingen zweren hun leider te zullen wreken. Gualtiero komt zich gevangen geven, in de hoop, dat Imogene hem ooit zal vergeven. Hij wordt veroordeeld en naar het schavot geleid. Imogene wordt waanzinnig.
Wat nu de uitvoering betreft, koor en orkest zijn perfekt in de uitvoering. Gavazzeni is trouwens ook een van de weinige Italiaanse dirigenten, die elk formaat van partituur aankan. Montserrat Caballé is prachtig, warm getimbreerd, vokaal rond en homogeen. Haar echtgenoot Marti is een van de weinige echte forttenoren. Een jonge stem, zeer evenwichtig uitgebalanceerd met een prachtige hoogte en even perfekt in medium als in diepte. Capuccilli geeft een prachtige kleur aan de partij van Ernesto. Zijn timbre is iets donkerder geworden en nijdiger ook. Raimondi, Baratti en Raffanelli zijn in hun respektieve rollen (Goffredo, Itulbo en Adele) zeer, zeer goed. Alles bij elkaar een uiterst interessante, merkwaardige en tevens perfekte opname. Het is een mooi werk, prima vertolkt en waard tot het vaste klassieke repertoire te gaan behoren!
Bert Leyns
|
|