62
Louis Verbeeck
10 jaar kleinkunst
Twee jaar geleden vertrouwde Louis Verbeeck me toe dat hij een bundel serieuze gedichten voorbereidde. Een jaar later informeerde ik naar de verschijningsdatum.
‘Ik doe het niet’, zei Louis. ‘Niemand neemt dat van mij aan’.
Dit kenmerkt de stille Limburger die elke avond vrolijk is, de onstuitbare cabaretier die bij de minste gelegenheid zwijgzaam wordt, de Kempenaar die van de bergen houdt, de Hasseltse stedeling die gul ontvangt, de briljante leraar wie de school wat vreemd is, de eertijds moeilijke stem die plotseling blijkt te kunnen zingen.
Louis Verbeeck is een uiterst zeldzaam exemplaar in de kleinkunstwereld. Om hem zweeft steeds een lichte vorm van adoratie vanwege al zijn vrienden en kollega's. En van zijn publiek dat hem tot de eer der scènes heeft verheven; dat hem in 10 jaar 1000 keer vroeg in nu vrijwel alle Vlaamse dorpen, in Duitsland en Zwitserland, voor tal van omroepen en televisiestations, voor Heist en Oostende, voor Kongo en Nederland, voor Tour de France, boekenbeurs, studentenclubs, schuur, staff-meeting, vernissage, instuif en vooropening.
Louis vangt dat alles op. Niet alleen met een sterk gevoelen voor relativiteit en scherpe zin voor de levende werkelijkheid, maar ook door een onverstoorbare werklust en een gigantische produktiviteit.
Kreatie lijkt bij hem eenvoudig en IS ook eenvoudig. Wij zoeken de aansprekende hint; hij VINDT hem. Hij tekent nooit en maakt eensklaps een treffende karikatuur op een bierviltje. Deze verbazende vriend van iedereen lanceert jonge artiesten, moedigt schilders aan, maakt tijdschriften leesbaar en programma's beluisterbaar. Hij is de vruchtbaarste tekstschrijver van de Ne-