Vlaanderen. Kunsttijdschrift. Jaargang 18

Vrije tribune

Tevreden lezer (20)

Als schrijver voor de jeugd, als recensent, als leraar, waardeer ik elk initiatief dat ertoe strekt het goede (Vlaamse) kinder- en jeugdboek in de aktualiteit te brengen. Daartoe was Vlaanderen nr. 98 een buitengewoon geslaagde en uiterst revelerende bijdrage. Daarom presenteerde ik met werkelijk veel plezier en overtuiging dit nummer in de wekelijkse Standaard-rubriek ‘Boeken voor uw kinderen’, waaraan ik medewerker ben.

Bedoeld artikeltje sluit ik hierbij in. Kan het niet opportuun zijn er een kleine echo in ‘Vrije Tribune’ aan te wijden? Te meer omdat nummer 98 opvallend weinig reakties bij lezers heeft uitgelokt (cfr. Vrij Tribune!) - al meen ik te weten dat het nummer in onderwijsmilieus uiterst positief begroet werd!

Gaston Van Camp, Beerzel.

(Red.) In het vermelde artikel van Gaston Van Camp werd het nr. 98 op een uitstekende wijze voorgesteld.

‘Het (nummer) borstelt de huidige situatie van het Vlaamse kinderen jeugdboek. Een rijk, een mooi, een verheugend nummer! Het werden 42 p. hartverwarmende lektuur - meteen een klinkend bewijs van de hoge kwalitatieve toppen die het Vlaamse kinder- en jeugdboek vandaag haalt!

... Na de lektuur van dit revelerende en typografisch zeer fraaie nummer 98 van Vlaanderen voelde ik mij dankbaar en optimist. Het goede Vlaamse kinderboek groeit en bloeit. Het heeft volle meewind in de zeilen!’

Suggestie (5)

In uw uitgave ‘Vlaanderen’, september-oktober 68, heb ik twee eminente geschiedschrijvers ontdekt: Luc Devlieghere en Luc Schepens. Hetgeen waaraan wij bloedarm zijn, is zeer zeker een verantwoorde uitgave over het grootste epos van Vlaanderen uit de Middeleeuwen, de roem en uitstraling van Brugge als zeehaven aan het ‘Zwin’. De redenen van het ontstaan - zijn glorietijdperk - zijn verzanding en teleurgang.

Dit werk zou moeten gekoppeld zijn aan de historiek van de Zwinstreek met Damme, Hoecke, Sluis, Minde, enz.

Kaarten, oude gravures, oude stadsplans en kaarten van de oude zeearm zouden op doorschijnend papier geplaatst moeten worden boven een huidige kaart of omgekeerd, om de lezer toe te laten de evolutie te volgen tot op heden en om op klare wijze deze middeleeuwse streek tot leven te brengen.

Het werk zou geschiedkundig zeer boeiend zijn en een aanknoping worden met de eigentijdse zeedrang van Brugse- en Zeebrugse expansie.

E. Goethals, Kortrijk.

Suggestie (6)

Cfr. Tijdingen nr. 22. Hierna een suggestie voor de jaargang 1970 of 1971: een nummer van Vlaanderen wijden aan het ‘Toerisme in Vlaanderen’. In de ruimst mogelijke zin op te vatten: verleden, heden en toekomst; toeristische infrastructuur, recreatie, natuurreservaten e.d.m.

Het kan zeker een boeiend en baanbrekend onderwerp worden. Raf. Dusauchoit, Brugge.

Snellere toezending (3)

Dit jaar ondervond ik dat de ontvangst van het tijdschrift ‘Vlaanderen’ niet vlot verliep. Bij het begin van het jaar moest ik om

[p. 63]

toezending van de eerste nummers verzoeken. Daarna kwamen ze regelmatig tot nr. 99. Het nummer 100 hebben ze mij na aanvraag begin november gestuurd. Het september-oktobernummer (101) kreeg ik weer niet en ik weet niet hoever het staat met het laatste nummer. Er loopt dus denkelijk iets verkeerd...

A. Cosijns, Gent.

Beschadigde nummers (2)

In het nr. 102 van ‘Vlaanderen’ lees ik de klacht van de Heer Piet Janssens uit Lier (blz. 450). Ik ben het volkomen eens met die heer: ik ontvang weinig onbeschadigde nummers. Zeker ogenblik dacht ik zelfs ons abonnement op te zeggen en af en toe een nr. in ‘De Standaard’ te kopen.

Ik hoop dus, samen met de Heer Janssens, dat de verpakking zal verbeterd worden.

André Daelman, Brussel 9.

(Red). Wij hopen, dat de nieuwe omslagen, die binnenkort in gebruik worden genomen, met succes de reis naar Lier en Brussel zullen doorstaan...

Wij hebben anderzijds ook vastgesteld, dat de klachten inzake de verpakking uiterst miniem zijn.

Vergeten jarigen

Nogmaals dank voor de gastvrijheid in Tongerlo...

Mag ik wijzen op een omissie in de litanie van jarigen (en bekroonden)? Ontbreken: Jef Droogmans (de 70 gepasseerd) en Trudo Hoewaer (de 60 voorbij). Kan m.i. nog vermeld worden. Twee verdienstelijke vrienden, ik zit al jaren met beiden in het bestuur van de Limburgse Schrijvers.

Drs. Jef Notermans, Maastricht.

Kulturele aktiviteiten

Ik werd een dezer dagen aangeschreven door Davidsfonds West-Vlaanderen, leuze: ‘Niet versagen’. Ik waande mij op slag dertig jaar achteruit. Zij rekenen nog steeds op één geschenk per kunstenaar om een tombola in het leven te houden ten bate van de ‘kulturele aktiviteit’ zoals dat heet.

Weten deze heren nu nog niet dat de enige manier om de kultuur het best te dienen is, dat men de kultuurdragers een werk ‘afkoopt’ zodat zij tenminste in leven blijven.

Albert Setola, St.-Michiels.