Werner Bischof (Zwitserland): Jong en oud in India, 1951.
Bischof overleed in Peru in 1954. Hij was nauw verbonden aan het Zwitserse tijdschrift ‘Du’. Fotoboeken, o.a. ‘Japan’ en ‘Carnet de route’.
(Foto Magnum - ABC. Press België)
op de blonde haarlokken van een kind. Dat alles ‘leeft’ door het licht en biedt de bewonderaar een wondermooi spel.
Doch er is meer.
Zoals reeds gezegd, moet men zich de uitwerking zelf indenken, d.w.z. weten welke effekten de uitwerking zal bieden; men moet het onderwerp schepping geven: dat alles vraagt kunstvaardigheid. Men moet dus de ogen oefenen opdat ze zouden ‘zien’ en de geest inzetten om te ‘denken’. Dan zal het resultaat steeds een kunstig ontwerp zijn, bekwaam een andere te ontroeren.
Dat doet ook de schrijver! Hij denkt, hij schrijft en geeft ons een gedicht dat onze harten draagt, ons blij maakt en ons meevoert. Het volstaat soms slechts de ogen even te sluiten om heel het subtiele ervan aan te voelen...
Eens kwam ik in een stadstuin, toen de waterlelie bloeide. Ik werd getroffen door het kontrast van de onberoerde witheid van de bloem met het eerder vuile, stilstaande water. Het licht was prima, de zon stond goed geplaatst en ik maakte er een enig schilderijtje van met de camera. Het trof me zeer in dit poëtisch beeld van kontrasten het beeld van de mens terug te vinden. Daartoe waren enkele bloemen en een trieste waterkant mij genoeg.
Het ligt niet in mijn bedoeling hier een parallel te trekken: dichter-fotograaf (anderen kunnen dit wellicht doen). Maar geef toe, dat er veel schoons door de fotografie kan worden geschapen. Heeft zij wellicht niet alle mogelijkheden om te ontroeren of te verheffen en te verrukken zoals hogere kunstuitingen dit kunnen, toch kan zij steeds het oog charmeren. Om dit te ervaren kunt u heel wat tentoonstellingen van fotografie gaan zien. Er zijn er die op dat punt zeer geslaagd zijn en sommige landen bezitten ware fotokunstenaars.
Er is tenslotte niet zoveel nodig om te slagen. Ge kunt de lente, de zomer, de herfst en zelfs de winter gebruiken om prachtige en slaande effekten en resultaten te bekomen. IJzel en mist zijn fotografische onderwerpen. Onderhoud sommige konstruktiewetten, die aan de basis zelf liggen van de tekenkunst, en ge zult ware meesterwerkjes scheppen. Daarin komen de kunde van de fotoartiest sterk naar voren, zowel teoretisch als artistiek gezien.
Durf het dan aan, maar wees nooit ontmoedigd. Al doende leert men. En uit uw mislukkingen, die de fotografie geheimzinnig in haar marge houdt, kunt u voor verdere proeven heel wat leren.
Alleen hij die ‘ziet’ (en dat moet ge leren) zal het schone ontdekken. Och, alles is schoon! Zaak is: het te ‘zien’... Misschien zegt u mij, dat het leven tegenwoordig zo onverbiddelijk zenuwslopend is en ons zo moeilijk laat nadenken, iets in ons op te nemen en het te leiden tot een schone bestemming. Er is toch nog altijd vrije tijd en ik geef u dan deze raad: probeer het toch. De voldoening die hier de uwe zal zijn, alleen reeds omdat ge uw werk steeds volmaakter maakt, wordt voor u een verrassend geluk. Mag ik dan eindigen met alle fotografen, die het goed menen, dit blije geluk om eigen geschapen kunst toe te wensen?
Paul Messely