Het onwaarschijnlijke pleidooi
Gij, idiote Vlaming, die het nog ernstig meent, strooi asse op uw haren. Een onverbiddelijk leerprogramma, waaruit iedere mogelijkheid tot esthetisch beleven meer en meer verwijderd wordt, richt de vorming van het kind, - van
Uw kind. Het draagt in zich de
grote mens, die het morgen worden kan. Men wil door alle middelen 'n vroegtijdige geboorte verwekken: het kleine monster,
R. Wittevrongel (Rijksnormaalschool, Gent)
met het teken van de droge logika op het voorhoofd gebrandmerkt.
Er is 'n oplossing.
Een ernstige en gezonde hervorming van het leerplan kan leniging brengen. Moderne leermethodes dienen nodig ingevoerd. Het lijkt onwaarschijnlijk dat alleen in onze scholen de technische vooruitgang praktisch geen ingang vindt.
Misschien is er dan nog wel tijd over, om die ongekende mogelijkheden van schoonheid en fantazie bij het kind te ontwikkelen door bevoegde leerkrachten.
De kunstenaar is in onze samenleving de levende herinnering, dat die mogelijkheden onaangeroerd bleven.
Maar ziehier: er zijn niet voldoende bevoegde leerkrachten voor dit tekenonderricht. In het lager onderwijs wordt het meestal gegeven (als het gegeven wordt!) door de onderwijzer, die het min of meer, naar gelang zijn persoonlijke begaafdheid, als 'n bijvakje of 'n nutteloos tijdverdrijf beschouwt, en die het zelfs met de beste intenties, in de meeste gevallen veelal door gebrek aan degelijk materiaal, tot 'n minderwaardig resultaat brengt. Het hele geval is trouwens totaal absurd. In veel scholen heeft men dit reeds ingezien voor wat het muziekonderwijs betreft. Alleen voor de picturale ontwikkeling komt er geen verandering. Hetgeen de toestand nog absurder maakt.
Wat komt er terecht van het tekenonderricht in het middelbaar onderwijs? In veel gevallen wordt het totaal afgeschaft, of herleid tot meetkundig en technisch tekenen. Goed opgevatte leergangen vormen hier spijtig genoeg slechts uitzonderingen.
Pas-gestichte gespecialiseerde inrichtingen zorgen heden voor de scholing van bevoegde leraars tekenen, door de meest vooruitstrevende methodes. Zal men op de besten van die leerkrachten beroep willen doen, of zal men terug aan onbevoegde aanbevolen diletantisten in de schilderkunst de voorkeur geven, en voortbouwen aan het onnoemelijk kaartenhuisje van zelfingenomen onbegrip? -
Zal men tenslotte eens inzien, dat esthetisch onderwijs zich niet laat opsluiten in het kader van 'n klaslokaal? - dat het interieur en het ganse gebouwencomplex, waar de meeste van onze kinderen studeren, van de schreeuwendste wansmaak getuigen? (Er zijn nochtans bevoegde architecten en kunstenaars in Vlaanderen!)
- Dat ieder voorwerp, die het kind gebruikt, van goede smaak kan getuigen, - dat er binnen afzienbare tijd 'n kentering kan komen in het geestelijk bezit van onze jeugd, indien de coördinatie zich zou kunnen uitbreiden tot gans het leerkorps, - dat esthetisch beleven (die grandioze nonsens voor positieve geesten) geen luxe is voor ziekelijk geëxalteerden, maar 'n waarachtig bezit, dat rijker en vol-menselijker maakt!?