Gedenkdagen
Huib Hoste 75
Foto Hans Hoste, Leuven
Vlaanderen heeft in de laatste honderd jaar, niet alleen aan zich zelf, doch ook aan de wereld, figuren van betekenis geschonken, waardoor het getuigenis aflegt van zijn intense levenskracht, en bijdraagt tot de roem van het moderne herwordende Vlaanderen.
Gezelle, Van de Woestijne, Streuvels, Permeke, Pr. Dr. Heymans, zijn grote Vlamingen, die in de wereld van de literatuur, de plastische kunsten en de wetenschap, niet alleen van betekenis zijn voor eigen volk, doch ook in het buitenland weerklank hebben gevonden.
Thans brengen wij, én als Deputatielid van West-Vlaanderen voor kunst en cultuur, én als voorzitter van het Christelijk Vlaams Kuntsenaarsverbond, een hartelijke hulde aan een ander groot Vlaming, die in het domein van de architectuur, evenals de grote Henry Van De Velde, roem verwierf tot buiten onze landsgrenzen: Bouwmeester Hoste, die op 6 februari 1956 75 jaar werd.
Huib. Hoste werd op 6 februari 1881 geboren te Brugge. Studeerde aan de universiteit te Gent, en werkte als stagiair bij Prof. Cloquet.
Tijdens de eerste wereldoorlog verbleef hij in Nederland, waar hij kontakt kwam met de grote Nederlandse bouwmeesters van die tijd, zoals Dr. Cuypers en Berlage. Van meet af aan was Huib. Hoste doordrongen van die gezonde opvattingen over de bouwkunst, die geheel zijn loopbaan van groot bouwmeester en waar kunstenaar zouden bepalen, namelijk: dat een bouwconstructie rationeel moet zijn, en, gebruik makende van de nieuwste materialen, getuigen moet van de mogelijkheden en de geest van zijn tijd.
Met deze opvattingen moest hij komen tot de moderne functionele architectuur, die schoonheid schept in het rationele en in de ruimtewerking. Want de allereerste opgave van de architect is het scheppen van ruimte. Ruimte, waarin mensen moeten kunnen leven en bewegen, dat het nu gaat om openbare gebouwen of om woongelegenheden, steeds hetzelfde probleem: het scheppen van een aangepaste ruimte, die de mens niet alleen physisch moet laten bewegen, doch waarin ook zijn ziel zich met de grootheid en de adel moet kunnen omringen die haar passen.
Deze opvatting van het ruimtebegrip komt duidelijk tot uiting in het voorwoord van het eerste nummer van het tijdschrift dat de naam Ruimte draagt, en waarvan de heer Hoste de redactie in handen heeft, waar gezegd wordt: Wij mogen wellicht doen opmerken dat zulke intellectuele verruiming ditmaal misschien ook kan worden nagestreefd langs het geestespotentieel van de architect en de plastische kunstenaar.
In Nederland onderging hij dan ook de invloed der meer zakelijke richtingen en uitte zich op, voor die tijd, vooruitstrevende wijze, in het monumentale gedenkteken der Belgische geïnterneerden bij Amersfoort, waarvan de maquette zich bevindt in het legermuseum te Brussel.
Na de oorlog was hij in ons land de pionier der zakelijke moderne richting en verdedigde zijn stellingen niet alleen in zijn eigen creaties, doch ook door tal van publicaties.
Benevens tal van voorname bouwwerken over geheel het land verspreid, citeer ik hier heel in het biezonder, voor wat onze streek betreft, de monumentale kerk te Zonnebeke, gebouwd in 1922 en het klooster en ouderlingengesticht te Geluwe, gebouwd in 1921-1924.
Als voornaamste publicaties van zijn hand citeer ik Vlaamse Bouwkunst. Baksteenarchitectuur uitgegeven bij Van Rossum te Amsterdam in 1917. Van wonen en bouwen uitgave Excelsior Brugge in 1930. Bouwen op het platteland 1943 in ‘Mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Wetenschappen, Letteren en schone Kunsten van België’, waarvan hij een eminent lid is, en in wier mededelingen hij onlangs, in 1954 - ten bewijze van zijn nog steeds vitale en actieve geest - publiceerde: Harmonie in Architectuur en Stadsbeeld.
Doch ik zegde dat ook in het buitenland de naam Hoste een goede klank heeft. Hij was immers een stichtend lid van de internationale congressen voor het nieuwe bouwen en was tweemaal voorzitter van de internationale congressen voor moderne kunst.
In 1952 werd hij dan ook bestuurder der klasse van schone kunsten van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Wetenschappen, Letteren en schone Kunsten.
Zoals het mij een eer is Huib. Hoste, als oudere en eerbiedwaardige vriend, af en toe bij mij te gast te hebben, was het mij ook een eer en een ware vriendenvreugde, deze kostbare man voor onze Vlaamse cultuur, ter gelegenheid van zijn 75ste verjaardag, aan ons Westvlaamse publiek te mogen voorstellen en uit ter harte hulde te brengen, opdat hij niet minder bij het eigen volk dan in het buitenland, zou gekend en gewaardeerd worden. Huib Hoste, voor U, voor de uwen en voor Vlaanderen: Ad multos annos.
jozef storme