Poëtisch bericht
Op aanvraag van zeer vele lezers, minnaars van de poëzie, en ja, zelfs van dichters, komt voortaan in elk nummer! een bladzijde poëzie. De redactie verwacht inzendingen.
Sirene
Ik min het water dat zo lacht en lonkt,
en zo wellustig met juwelen pronkt.
Ik min het water in de gouden maan
als baren fluistrend op de zandbank slaan.
En 'k luister, luister naar hun ijl gezang:
het maakt mij dronken en het maakt bij bang.
Ik min het water dat zo zalig aait
en onverwacht in wrange driften laait,
het koele water, dat zo naakt en fris,
dat als de kus van kille doden is.
Ik min het water met zijn schemerdiep
dat heimlijk mij bij mijn geboorte riep...
Kwatrijnen
Bliksemverhaal
God is op trotse bomen gram.
Hij zet de lucht in vuur en vlam,
Hij heeft het op een beuk gemunt...
en, ploft Zijn bliksem in de Stam.
Statisch
Het water vloeit, de boom blijft Slaan.
Ik hou mij stil, de mensen gaan.
Voortdurend leeft in mij 't verlangen,
mijn grond te meten met de maan.
Onmacht
Ik wil de taal verstaan van bomen en van wolken
en zingen over dromen die mijn nacht bevolken;
maar zie, hoe mij de hemel tergt, roerloos en wreed,
met zaligheid en leed dat ik nooit zal vertolken.
Zoals ik nooit kan vragen
Zoals ik nooit kan vragen
mijn oog te zijn in deze dagen
vol van een aardser lied,
omdat zij rein is, van de dauw
en schittrend in 't begeerlijk blauw
waarin een koolwit woelt;
Zo zal Uw hart nooit mijn hart zijn
uw bloed te zijn het lang refrein
van mijn bloed en mijn klagen.
Ik ben de moer van oude schone wijn
en weet; geen zal mijn zoet uit-dragen.
Mijn heer, mijn God, laat mij eens adam zijn
Tussen dieren rennend in de vlakten,
zocht hij het wezen dat hij minnen kon.
Toen zijn nerven in de hare takten,
wies zijn bloed, en de aantrekkingskracht begon.
De Schepper blies Zijn adem in zijn mond,
en schiep zijn hart tot ieder vreugd bereid;
Hij sprak geen woord, maar Hij ontstak de lont
waardoor de schaduw aan de geest ontglijdt.
Dë ongebaandheid van dë aarde viel.
En hij die voor het eerst Gods schepping zag,
met baldakijnen blikken van de ziel,
verloor dit zicht voor mij die in hem lag.
Mijn Heer, mijn God, laat mij eens Adam zijn:
de wonderen die ik zie, mededelen...
Het mysterie van het Brood en de Wijn:
Uw Liefde Heer die zich laat verdelen.
|
|