Collectieve woning te Hamburg. 1950-51. Architecten:
Hermkes, Hopp en Jäger, Lodders, Sander, Streb, Tratwein en Zess.
jaren kon het in stand blijven. Bij de opkomst van het Derde Rijk, in 1933, werd alle invloed stopgezet. In het buitenland ontwikkelde zich de stroming verder.
*
Tijdens het nazi-bewind valt er een grote verscheidenheid in de architectuur waar te nemen. Eensdeels is er de representatieve architectuur met klassieke inspiratie die op de voorgrond wil treden, anderzijds zijn er industriële gebouwen met nieuw aanzicht en ten slotte vermelden wij de Partij gebouwen die eerder traditioneel blijven.
Het regime heeft geen eigen stijl kunnen verwezenlijken, maar het wilde het moderne, dat niet door economische of technische noodzaak te rechtvaardigen was, weren. De meest vooruitstrevende architecten weken uit naar de Verenigde Staten om daar school te maken. Wij vernoemen: Gropius, Mies Van der Rohe, Breuer, Mendelssohn, May, e.a.
In 1945 was er in Duitsland geen spoor van de moderne architectuur meer te vinden, de bouwwerken waren ontmanteld of door bommen vernield.
Geen enkele kunstuiting is zo aan het leven gebonden als de architectuur; zij wordt met de mens geboren, zij zal ook met de mens verdwijnen.
Men kan zich gemakkelijk de taak voorstellen die de Duitse architekten te beurt viel na de tweede wereldoorlog. Het vorige regime had de tegenstellingen niet opgelost, zoals dat wel gedaan kon worden in landen waar de kunstevolutie zich op geleidelijke manier voltrok. Het dilemma was: oud of nieuw maken. Dit belangrijk probleem moest een oplossing krijgen niet enkel inzake de bouw maar ook in de stedebouw.
Hele steden dienden wederopgebouwd. Te Keulen brak Rudolf Schwartz een lans ten voordele van de moderne bouwwerken. Andere stromingen zijn merkbaar in Zuid-Duitsland, waar de wedergeboorte van een school met romantische en artisanale inspiratie op te merken valt. Neufert verdedigt een opvatting die louter uit een mechanische wereld afgeleid wordt. Verder zijn er gebouwen die een gevel-architectuur vertonen, welke herinnert aan de stijl van de Nationaal-Socialistische partijgebouwen.
De leerlingen van Gropius, Mies Van der Rohe, toonden door hun opvattingen dat de moderne architectonische tendenzen het dictatoriaal regime overleefd hebben.
Men kan vaststellen dat de huidige Duitse architectuur een gematigd modernisme voorstaat. Er zijn echter werken die nieuwe tendenzen vertonen: de strakheid der nieuwe architectuur wordt soepeler; de gebogen lijn komt te voorschijn, het gebruik van materialen van verschillende kleur schenkt leven aan het gebouw...
Voor het ogenblik echter bouwt men niet veel woningen, de krachtsinspanningen gaan vooral naar de opbouw van magazijnen, bestuurs- en verzekeringsgebouwen, bioscopen en ontspanningsgelegenheden.