De Brugse Tabakverkopers kregen hun keure in 1671 en van dan af waren ze gehouden een teken uit te hangen en alléén tabak en rookartikelen te verkopen. Hun algemeen uithangteken was waarschijnlijk de tabackrolle - carote in de volksmond - die nu nog op een paar plaatsen uithangt en waarvan het mooiste exemplaar zopas uit de Breydelstraat werd verwijderd en aan het Folklore Museum geschonken.
Twee gedachtenissen herinneren ons aan een bekende Brugse tabakshandel.
Houten Huzaarbeeld - Gruuthuuze Museum.
Een schilderij van J. Van de Putte in het Stedelijk Museum geeft een zicht van omstreeks 1865 op het gedeelte van de Vlamingstraat, dat heeft moeten de plaats ruimen voor de huidige Stadsschouwburg. Het voornaamste afgebeelde gebouw is een hoekhuis met opschrift
Fabrique de Tabac et de cigares. J. Duvivier Soeurs, in die tijd het best bekend als de tabakswinkel
De Huzaar. Op het schilderij merkt men twee 18
de eeuwse uitsteekberden. Het eerste is een houten beeld, een huzaar met geweer en sabel, staande op de onderdorpel aan de middenstijl van het venster, dat naast de ingang als uitstalling dienst doet. Het tweede is minder duidelijk, maar toch onderscheidt men in de hoekverbinding van hoofd- en zijstraat de smeedijzeren figuur van een huzaar te paard, mogelijks op een as gehecht. Het houten Huzaarbeeld, een der oudste Brugse uitsteekberden, berust in het Gruuthuze Museum.
Van overouds bezaten ook de chirurgijn-barbiers en de apothekers een eigen uithangbord. Bij de eersten hing vooral het scheerbekken uit, en indien te Brugge dezelfde voorschriften golden als te Gent, dan pronkten de chirurgijns met een koperen, de barbiers slechts met een blikken scheerbekken. In de 19de eeuw waren het alleen nog de eigenlijke barbiers die hun scheerbekken als beroepskenteken tentoonstelden. Thans schijnt ook dit aloude kenteken in de vergeethoek geraakt, alhoewel het onder het laconieke bordje coiffeur of het zeer zeldzame barbier zeker niet misplaatst zou staan. Het Folklore Museum bezit een barbierscheerbekken, dat in een sierlijk ijzeren spiraal is gevat.
De apothekers, die te Brugge tot de Neerynghe vande Cruythalle behoorden, hadden een hert of hertekop met hoornvertakkingen of de hertshoorn alleen tot herkenningsteken. Hertshoorn was een populair geneesmiddel veelvuldig als zalf, poeder of zout in de apotheek gebruikt. Een edelhert met zeven hoorn vertakkingen staat afgebeeld op de oude vlag van de nering boven het wapenschild, dat een mortier voert. Onder een of ander vorm treffen we ook heden nog dit uithangteken aan o.a. op het balkon van de gewezen apotheek Standaert in de Steenstraat en aan de apotheek Van de Vyvere in de Hoogstraat. Te Veurne is de geveltop van de apotheek Kinget met een groot staande hert bekroond.
Verkeerdelijk meestal wordt de bekende Klisteer of Darmspuiting, een gepolychromeerd beeldhouwwerk uit de 15de of de 16de eeuw, bewaard in het Gruuthuuze Museum, als een apothekersuithangbord aangeduid. Waarschijnlijk is het een balksleutel, die duidelijker de bedrijvigheid belicht van een chirurgijn-barbier dan van een kruidmengende apotheker.
Archief- en museumonderzoek brengen ons slechts toevallig op het spoor van het oude Brugse uithangteken. Het onderzoek ter plaats van het hedendaagse stadsbeeld beschouwd van het standpunt der uithangtekens, leidt tot heel wat meer ontdekkingen en verrassingen. Dergelijk enkwest levert onder meer het treffend bewijs van de veelvormigheid en de verscheidenheid van het uithangteken.
Een prachtig voorbeeld van die speciale rijkdom ontdekt men gewis aan de noordzijde van de Grote Markt aan het tiental huizen gelegen tussen de Vlamingstraat en het Geernaartstraatje.
Het oud ambachtshuis van de Visverkopers, eertijds de Drie Meuneken genaamd, thans Petit Café en Civière d'or in 1621-22 gebouwd en in 1882 hersteld, draagt drie gevelstenen, die op het visbedrijf zinspelen. Het middenpaneel stelt de wonderbare visvangst voor, de beeldhouwwerken aan beide zijden, visserspatronen: de apostelen Andreas en Petrus.
Het oud huis 't Meulentken, thans La Sirène d'or, voert als topversiering van de trapgevel een gulden meermin met een spiegel in de hand, het is het uithangteken van het huidige bedrijf. In de hoogvelden op het gelijkvloers treft men zinnebeeldige voorstellingen van het geloof, de hoop en de liefde.
Het oud huis De Zoppere (15de eeuw), De Lelie (1626) thans Café Central, voert op de eerste verdieping in de boogvelden In de Lelie - Anno 1626. Het middenpaneel draagt een grote lelie, gehouden door twee engeltjes midden loof werk en ditzelfde kenteken van het vroegere bedrijf, in smeedwerk uitgevoerd, bekroont ook de geveltop. Het huis er naast, de huidige Taverne Royale, voert in een drietal