Vlaamsche Arbeid. Jaargang 11(1921)– [tijdschrift] Vlaamsche Arbeid, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Natuur en zonde DE maan is appelgroen en geler groeit; zal ik de sterren zien rijpen? Rijp is mijn zonde, naakt, ongesnoeid, die geen mensch zal begrijpen; er is zilver vuur op elke kruin der kankerende boomen. De maan is nu geelgroen als een knobbel-meloen: daarrond de felle sterren kwellen! Gebroken tin op een water-ruit. Ik wil het God vertellen. Want ik hou van God bovenal: Hij kan de sterren tellen en begrijpt mijn schuldig geval. Karel van den Oever. Vorige Volgende