Vlaamsche Arbeid. Jaargang 8



[pagina 374]
Poëmata Reges Tharsis... O knaap van Tharse! in hermelijnen witpelsen kleed hebt gij de reis volbracht in vreugde en peis naar torenrijke stad door verre sneeuwwoestijnen... Leidde U een sterre, flonkrend veilig den nacht dóór van onzeekre Tocht? want 'k heb U lang gezocht betrachtend rusteloos uw beeltnis vrede-heilig. Offren we saâm door avondsteden Christo die ons gebonden houdt, met wierook, mirrhe en goud de boordelooze ziel vol zuivre dankbaarheden: Om donckre diamantenoogen; geheimen die Gods vinger sloot; om gratie die Hij bood aan bleek en brekend hart in zalvend mededoogen; om bloesemwitte maagdenhanden: Bloemen van licht aan blank altaar; om blondgetemperd haar... om de eindelooze reis door de ongemeten landen... O Prins van Tharsis! Christo pure- gewijde. Alleluja! Nu luidt de klok den toren uit om ons vereend geluk dat eeuwiglijk moet duren... Gery Helderenberg