Vlaamsche Arbeid
Kunstkroniek
Aze-Ick-Kan. - In de laatste weken zagen wij hier te Antwerpen verschillende hoogst-belangrijke tentoonstellingen.
De kunstschilders die Aze-ick-kan vereenigt vertoonden hunne werken in de groote stadsfeestzaal. Hier waren:
René Bosiers met venetiaansche zichten uit de antwerpsche dokken, hel roode en groene scheepsrompen op het regenboog-kleurige water;
Julien Celos met als in verf gemetselde doeken die stoere stadshoeken verbeelden, torens, huisblokjes en steegjes;
Aloïs de Laet met donkergroene en aschgrauwe landschappen als met nacht overtogen of blauwe maannevels waaruit hier en daar een enkel rood licht schijnt, zoo naargeestig als van oogen die lijden en bloeden in een verdoemde wereld;
Jan de Graaf met parkzichten vol wijde-gras-perspektieven waar boomen en goud-beglansde paviljoenen droomen in de spiegelingen van sierlijk aangelegde vijvers, alles met een waas van herfst-geel overtogen;
Pol Dom met meesterlijk geteekende vrouwen-koppen waarvan de kleurfactuur zoo aangenaam harmonieert met meubels, koperwerk, chineesche vaasjes en zilver-blinkende gods-penningen, in stemmig verlichte interieurs;
Emile Gastemans, met juist opgemerkte oogenblikken uit het antwerpsche volksleven, haven-tijpen, voluptueuse volksvrouwen, dol-warrelende menschenhoopen onder blauw smoor-licht van achterbuurtdanszalen, de echte weergave, in houding gebaar en oogslag, van het crapuleuse en geslachtsdriftige der antwerpsche straat;
Armand F.C. Maclot met wijd-strekkende hooge horizonnen boven geel-eenzaam treurige heidezichten, zwart-groene boom-massa's en grijs-droomende moerassen;
Tony van Os met de gehallucineerde eindeloosheden der Polders en Schelde-wateren waar de verre boomen wegdoezelen in mist of geteisterd worden door de van heel wijd aanrukkende en huilende winden;
Wiethaese met stemmige interieurs uit zijn kunstenaarswoonhuis te Edeghem en lieve kinderkens met bloemen in den hof of op het wit van een sneeuwlandschap, vol echt gevoel voor bloemen en kinderzieltjes;