Vlaamsche Arbeid. Jaargang 7(1912)– [tijdschrift] Vlaamsche Arbeid, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 332] [p. 332] Het oud Craen-Hof Ik weet in 't veld waar 't leven zwelt een oud verpuind kasteel op wilden grond met water rond waar vorsch door 't mosbed kreelt. Naast steenenboog een toren hoog waar 't land-gevogelt vecht, het dak vervalt en schimmel-smalt het roode steen beslecht. het windgeween doolt er alleen; op brokkelwand soms rust de kraan op reis als 't winter-ijs haar jaagt naar milder kust; ik weet een puin waar bloeit alruin in d'eenzaamheid van 't veld, niemand er woont, niemand er droomt: - daar slaapt een vlaamsche held. [pagina 333] [p. 333] 't verval versnelt doch 't volk vertelt dat ieder jaar een steen maar valt, dan staat nog lang die toren slank waarin 't jong veldgevogelt schalt. Emiel van der Straeten Vorige Volgende