Vlaamsche Arbeid. Jaargang 6(1910-1911)– [tijdschrift] Vlaamsche Arbeid, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Mijmerwijs Och, 't eenzaam vlamken in den schemerzwarten nacht Roerloos zijn rooden schijn in 't donker ligt te weenen! Och, 't roodvergloede vlamken, weenend in den nacht! Mijn vonkverkrimpte heimwee is 't die roerloos ligt te weenen, Uit smartverschemerd zieledonker roodig opgegloed, Mijn vonkverkrimpte heimwee, weenend zonder stenen! O sloeg haar onschoon klein-zijn tot een brand, Dat àl mijn levensdingen in haar gloed verrooden; O sloeg haar klein-zijn tot een laaiend-praalge brand! Theo Weiman Vorige Volgende