Vlaamsche Arbeid. Jaargang 4(1908)– [tijdschrift] Vlaamsche Arbeid, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 17] [p. 17] De Avond De avond heeft vredige gebaren, gaat met vreemde fluisterwoorden en een lach van stil-verliefd zijn op het zacht gelaat, en leidt met zich, in liefdevol ontzag, ter verre spond de Koninklijke Dag. Waar zij voorbijgaan dooft het stil gepraat; 't windeken strijkt de wapperende vlag. Geen blaarken roert, en trotsch, in 't Westen, staat in vlammend licht Dags Koninklijk Paleis. Als Dag, vermoeid, nu slaapt in stilte en peis, dooft Avond al de felle lichten uit, keert vlugjes, zwevend met gedempt geluid, terug naar de berde, en steekt zacht-aangedaan, de zilvren maan en al de sterren aan. Richard de Cneudt Vorige Volgende