Vlaamsche Arbeid. Jaargang 1(1905)– [tijdschrift] Vlaamsche Arbeid, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 182] [p. 182] Vredewijk Ik ben weer in mijn rustig Demerdal, Te midden van mijn geurig bottende eiken, Met wie ik van mijn oude droomen kal, Nabij het kerkhof met zijn dierbre lijken. Geen golfje stoort, zacht klaatrend in zijn val, De sluimerstilte langs de rieten dijken. Geen stervende echo zelfs van hoorngeschal. Gegroet, gij, heiligste aller vredewijken! Hier zal geen booze haat de vuisten wringen, Noch worg-noch worstelzuchtig vóor mij staan. Hier is geen helle meer, geen hellepijn. Een andre wereld komt mij hier omringen, Waar menschen, rein en vroom als kindren, gaan. Och, zelfs de dood moet hier een zegen zijn! Lambrecht Lambrechts Vorige Volgende