Houtsnede
De heer Ed. Vermorcken, leeraar in de houtsnijkunst bij de Koninklijke Akademie van Antwerpen, stelde tot onze beschikking het plaatje, dat deze aflevering opluistert, voorstellende de spelonk van ‘Rochefort Les Moines’.
Minder voor de belangrijkheid van het onderwerp, dan wel voor wat betreft de behandeling van die plaat in zuiver technisch opzicht, wordt zij hier opgenomen. De personen die bekend zijn met de graveerkunst, zullen alras bemerken dat zij op gansch bijzondere wijze uitgevoerd werd. Zij geeft den indruk weer van een penteekening, en bekomt daardoor een zeer eigenaardig karakter, dat des te meer in het oog vallen zal, wanneer men ze vergelijkt met platen van hedendaagsche Fransche of Duitsche meesters, die doorgaans meer bepaaldelijk den indruk van krijt- of potloodteekeningen trachten weer te geven.
Dergelijke platen onderscheiden zich hoofdzakelijk van degene, die de vroegste plaatsnijders vervaardigden, door het aanbrengen der lijnen, die omtrek en schaduw aanduiden. De primitieven bezigden slechts gelijkloopende lijnen van gelijken afstand en dikte, bij uitzondering in sommige deelen gekruist; later eerst bezigde men lijnen van verschillende dikte en afstand, gekruist en door elkander loopend, ja soms gansch zwarte oppervlakten. De aard van het gebruikte hout en het gebezigde gereedschap, zijn de reden daarvan. Ook bemerkt men in de oorspronkelijke houtsnede de afwisseling van licht, halve schaduw en donker niet, die hoofdzaak zijn bij de voorgestelde plaat.
P.B..