De Vlaamse School. Nieuwe reeks. Jaargang 7(1894)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende I Voor mijn kindje Wat ook gebeure in het rollen der jaren, Jaren van haat en verachting en hoon, Jagende rossen door 't land van de doôn, Schuldig en schuldloos met traplenden voet Sleurend naar 't meer met de machtige baren, Elk door de dooden van eeuwen gevoed; - Wat ook die zwoegende zee moog verzwelgen, Wat ook de dravende rossen verdelgen, Stampend geweldig de landen der aard, Kindje, lief kindje, blijf gij mij gespaard! Giften van weelde in de stormende tijden, Afval der karige hand van 't geluk, Troostende woorden van vrienden in druk, Zachte vergeving van roekeloos kwaad, Kunnen mij nimmer zoo innig verblijden Als déze hoop, die mij nimmer verlaat, Dat ge in oprechtheid moogt gaan door dit leven, Wakker en eerlijk en waar in uw streven. Deren het wel en het wee mij der aard, Kindje, lief kindje, zoo gij blijft gespaard? Vorige Volgende