plaveien, tapijtpatronen, plakkaten, druk platen en -prenten, zouden ook alle voorwerpen, die tot de versiering en de kunstnijverheid behooren, daar hunne plaats vinden.
Het is zeer moeilijk juist te bepalen waar de kunst eindigt en de nijverheid begint; het algemeen gebezigde samengesteld woord Kunstnijverheid is daar, om die moeilijkheid te bewijzen.
Nochtans kan de roem, welke Rubens' naam omgloort, niet verward worden met de diensten, die hij aan de nijverheid bewees door het teekenen van meubelen, drukkersmerken of titelplaten.
De verdienste als schilder van Quinten Matsys en Albert Dürer, werd niet vergroot omdat deze kunstenaars een proportiënboek, modellen voor drukletters en eene ijzeren putkevie vervaardigden, evenmin als Leys' faam glansrijker werd omdat hij de leiding op zich nam van de versiering eener kapel in O.-L.-Vrouwenkerk van Antwerpen.
Ongetwijfeld hebben die bemoeiingen van gemelde uitstekende mannen eenen heilzamen invloed uitgeoefend op de ontwikkeling der kunstnijverheid van hunnen tijd, en het ware te hopen, dat onze kunstenaars zich evenveel als zij toelegden op dergelijke tusschenkomst. Dit zou ruimschoots bijdragen om den goeden smaak te ontwikkelen en een grooter getal lieden deelachtig te maken aan het geestesgenot, dat het aanschouwen van smaakvolle voorwerpen verschaffen kan. Wat niet belet, dat Quinten Matsys, Albert Dürer, Rubens noch Leys er voorzeker nooit aan gedacht hebben het bijzonder oogwit van gansch hun leven en hun streven op gelijken voet te stellen met de bereidwilligheid, waarmede zij eenen lettersnijder, eenen drijver, eenen borduurwerker of eenen boekbinder ter hulp kwamen.
L'Association pour l'Art, van Antwerpen en de XX, van Brussel, schijnen dit onderscheid niet te maken; dit gaf aanleiding tot vele twisten, ontstaan tusschen de voorstanders en de tegenstrevers van genoemde kringen.
Eene tweede oorzaak van oneenigheid spruit voort uit het al te groot belang dat door sommige kunstenaars en liefhebbers toegekend wordt aan het procédé. Wat geven toch de middelen mits de bekomen uitslag verdienstelijk zij?
Eenige drijven die verdiensten der middelen zoo ver, dat zij op hunne knieën vallen voor een doek, dat op min of meer behendige wijze eene brok van een huisje, en eenen boom voorstellen en verder niets, wanneer het maar op deze of gene wijze vervaardigd is, en zoo licht is als eene waterverfschildering. Is dat toch het laatste woord der schilderkunst?
Andere aanbidden met evenveel fanatism eene krabbeling of eene kladdering, waarop voor een gewonen mensch weinig of niets te zien is, en in werkelijkheid niets voorkomt dan eenige schrappen en vlekken; maar waarin de levendige verbeelding van zekere toeschouwers alles ontdekken kan, evenals in eene koffievlek of in de spoor, op het papier gelaten door verpletterde vliegenkoppen, waarmee elke kwajongen zich op de schoolbanken eens vermaakte.
Bij het aanschouwen daarvan gaan de geesten op hol. Zij, die het manneken met den mutsaard in de maan ontwaren, zien, hooren en voelen hier het geplons en geklets der woelige baren eener woeste zee; gene worden verplaatst op het slagveld, zij zien de strijders hakkend en kappend, stekend en schietend tegen elkander oprukken; zij hooren het gebulder der kanonnen, het geroffel der trommels, het geschal der trompetten, het gehennik der paarden, het gekerm der gekwetsten, het gezang der overwinnaars, ja, zij rieken zelfs het kruid....; andere nog, min krijgslustig, ontwaren er een vreedzaam landschap in, bij ondergaande zon.
Het kan heel interessant zijn al die gewaarwordingen door een en hetzelfde doek te doen ontstaan; maar het is meer het werk van den toeschouwer dan van den vervaardiger, en in hoeverre dit werk kunstwerk mag genoemd worden, is evenmin uitgemaakt als dit tweede vraagstuk of het wezentlijk een manneken met of zonder mutsaard is, dat onze satelliet om de wereld sleept.
Wat er van zij, om de tentoonstelling van l'Association pour l'Art met onpartijdigheid te bespreken, moet elk voorwerp volgens zijnen aard gerangschikt en beoordeeld worden.
Schilderijen, in den gebruikelijken zin van het woord, zijn: de portretten van Theo Van Rysselberghe, in een vorig nummer besproken; de doeken van Georges Morren, die nog pointilleert; maar, die schijnt weldra tot eene minder gezochte manier te zullen overkomen, alhoewel hij met zijn stippelen merkwaardige effekten bekomt; daarop volgen Mejufvrouw Anna Boch met hare Visschers; Georges Seurat met zijne Poseuses en zijne zeestukken; een klein bloemstuk van Van Gogh, en Henry Van de Velde met zijne landschappen. Hij maakt, als het ware, met zijn ontwerp van borduurwerk, een overgangspunt uit, tot de vervaardigers van decoratieve schilderijen.
Wat beoogen deze allen? - Een paneel of een doek met oogstreelende lijnen en kleuren overdekken, met of zonder bepaald onderwerp.
In dit vak staat Jan Toorop aan het hoofd voor wat kleurpracht en fantazie betreft. Vincent Van Gogh onder opzicht van stoutheid en gezochtheid.
Jan Toorop is zoo kleur- en glansrijk als de oud Japaansche potbakkers, en blijft Oostersch zelfs in zijne Europeesche onderwerpen. Hij is nauw verwant met Hiroshighé; men vergelijke slechts zijn Oude Tuin der Weeën met eene der prenten van laatstgenoemden.
Wat nu de teekeningen van Hiroshighé, (volgens den cataloog een Japaan, die van 1797 tot 1858 leefde) hier komen doen, in een kring ‘qui se voue, argumentant d'expositions d'Art, à la défense des Idées et des Vouloirs des Plus Récents Artistes....?’
Ziedaar eene onopgeloste vraag.