De Vlaamse School. Nieuwe reeks. Jaargang 2
(1889)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De–
[pagina 161]
| |
Van Beurden
Onder de verdienstelijkste onzer Antwerpsche beeldhouwers telt voorzeker Alfons Van Beurden. Hij werd geboren den 23n April 1854, studeerde aan onze Academie en begon zijne loopbaan als onafhankelijk kunstenaar in 1879. Wat hij sedert dien voor werken voortbracht, is verbazend. Aan tal van prijskampen nam hij deel, en telkens bekwam zijn ontwerp eene eervolle plaats. Eene der stukken, welke wij van hem
Alfons Van Beurden
in lichtdruk mededeelen, is zijn ontwerp voor het standbeeld van Breydel en de Coninck, dat onder de acht beste plaats nam en dat wij te goed achten om het onbekend te laten. Vooral de stoffeering van het voet stuk is wel gelukt en wordt door ongemeene sierlijkheid gekenmerkt. Het bovendeel ervan is te hoog; de twee helden zijn niet innig genoeg met elkander verbonden en op zich zelven genomen, is hunne houding niet de gelukkigste. Maar merkwaardig toch is dit werk voor eenen beginneling. In den prijskamp voor het zittende standbeeld van Conscience, leverde Van Beurden een ontwerp, den gevierden dichter voorstellende in denkende houding, terwijl hij zijn honderdste werk schrijft. Het werd eervol vermeld, maar moest onderdoen voor het ontwerp van Frans Joris. In den prijskamp voor het praalgraf van Conscience, bekwam Van Beurden vier stemmen tegen vijf aan zijnen gelukkigen mededinger, nogmaals Frans Joris, toegekend. Terwijl het bekroonde stuk zich onderscheidde door zijn sobere en grootsche trekken, Conscience als den aanvoerder van zijn volk in den strijd tegen verbastering vierde en het meest nadruk legde op het heldhaftige van zijn vaderlandsch streven ter heropbeuring van Vlaanderen, herdenkt Van Beurden's ontwerp meer den gemoedelijken verteller, ‘die zijn volk leerde lezen’. Rond Conscience's beeldzuil, die op een sierlijk voetstuk prijkt, zijn de drie Vlaamsche zustersteden geschaard; Gent en Brugge weenen om het verlies van den zanger van Artevelde, Breydel en de Coninck; Antwerpen legt eene hand om den hals van haren beroemdsten zoon en verheft een vinger ten hooge, als riep zij zijne onsterfelijkheid uit. Aan den voet der zuil zit een volkskind, dat met den vinger op de woorden: ‘Hij leerde ons lezen’ wijst. Ook hier weer overheerscht de bevalligheid. De twee treurende maagden en de jongen daar beneden zijn buitengewoon merkwaardig door hunne gelukkige vormen; de houding der derde is minder geslaagd, en het geheel is eerder sierlijk dan indrukwekkendGa naar voetnoot(1). In den eersten prijskamp voor het standbeeld van Victor Driessens, was Van Beurden's ontwerp weer het beste, na dat van Frans Joris. Aan den definitieven prijskamp weigerde hij deel te nemen. Zijn Schoorbeeld, waarvan wij eveneens een afbeeldsel mededeelen, behaalde den eersten prijs, in den wedstrijd, onder vier mededingers uitgeschreven. Hel onderscheidt zich niet enkel door de sierlijkheid der lijnen, die al de werken van Van Beurden kenmerkt, maar ook ditmaal door het rustige, het machtige, het doelmatige van het dragende beeld. Het is stellig een der gelukkigste vormen, van cariatide, die wij nog gezien hebben. Het zal in twee marmeren exemplaren van 2.80 m. hoogte uitgevoerd worden en is bestemd, om de voorzaal van het nieuwe Museum van Schoone Kunsten te versieren. Ziedaar een overzicht van de groote werken van Van Beurden. Ook op een ander vak legde hij zich toe, namelijk het gemoedelijk kinderbeeld: Te vroeg ontwaakt! La Toilette, He Poes! en Aan de Fontein, waarvan wij een afbeeldsel mededeelen, zijn zoovele liefelijke kinderfiguurtjes, waarin de geestige natuur der kleinen schalksch is opgemerkt en hunne bevalligheid goed uitkomt. Naijver, een marmeren groep van moeder en twee kinderen, aan den heer Spreckle te San Francisco toehoorend, en Moeder met dorstigen zuigeling, nog in bewerking, behooren tot dezelfde reeks, maar verheffen zich tot hoogeren rang, door de groepeering en door de breede lijnen der moederfiguur. Noemen wij nog de meer decoratieve figuren van Arlekijn en den Italiaan, die zijn dochterken les geeft op de harmonica; verscheidene borstbeelden, waaronder die van generaals Brialmont, vader en zoon, en van den heer Schadde, bouwmeester, en wij zullen voldoende bewezen hebben hoe wel vervuld de tienjarige loopbaan van den jongen kunstenaar was. Hij is niet alleen een werker, maar een zoeker; sierlijkheid, gepaard aan natuurlijkheid, trokken hem aan in zijn eerste meesterjaren; blijkbaar verruimt zijn blik, verheft zich zijne opvatting en belooft hij meer nog en beter voor de toekomst, dan het vele en goede dat hij nu reeds leverde. Max Rooses. |
|