De Vlaamsche School. Jaargang 33
(1887)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdRamses II.Ramses II of Sesostris, pharao of koning van Egypte op 't einde der xve en in de eerste helft der xive eeuw vóór Jezus-Christus, was de zoon en de opvolger van Seti I. Zijne moeder heette Tiï. Nog zeer jong zijnde, werd hij nevens zijnen vader op den troon geplaatst. Van zijn tiende jaar af voerde hij oorlog in Syrië en ook, volgens de Grieksche geschiedschrijvers, in Arabië. In 't leven van zijnen vader kreeg hij reeds langzamerhand het bewind in handen en bevocht en versloeg hij de Sardonen en de Tyrrheniërs die over de Middellandsche zee waren gekomen en zich met de Lybiërs vereenigd hadden. In Ethiopië bedwong hij de volksstammen die de boorden van den Boven-Nijl en Abyssinië bewoonden en in opstand waren. Hij was ongeveer dertig jaar oud als Seti I stierf en de kroon hem alleen toekwam. Hij regeerde vervolgens gedurende zeven en zestig jaar en heeft vele gebouwen doen oprichten zooals de twee prachtige onderaardsche tempels van Ibsamboul in Nubië, het Ramesseum van Qournah te Thebe en een groot gedeelte der tempels van Karnak en Luksor. De obelisk welke thans te Parijs op de Place de la Concorde staat, is van Luksor afkomstig. Op die obelisk ziet men het afbeeldsel van Ramses II. Te Memphis, waar een schoon reuzenbeeld dien vorst voorstelt, in Fayoem en te Tanis heeft hij groote werken doen uitvoeren en de stad Ramses, benevens andere, heeft hij insgelijks doen bouwen. Aan die werken moesten de krijgsgevangenen druk arbeiden. Een groot gedeelte zijner regeering bracht hij in oorlog door. Het begin derzelve liep eenigszins rustig voorbij, naderhand ontstonden er gedeeltelijke oproeren in Palestina en kort daarop moest hij tegen de Kheta en andere samenspannende volkeren van Azië te velde trekken. Twee jaar nadat eene overeenkomst met hen gesloten was, begon de oorlog opnieuw en duurde vervolgens veertien jaar. Ramses II zegepraalde over den vijand en de vrede voorgoed hersteld zijnde, werd de oudste dochter van Khetasira, koning der Kheta, weldra Ramses' vrouw. Ten tijde van het laatste vredeverdrag had de pharao reeds zijn vijftigste jaar bereikt en sedert veertig jaar bijna altijd gestreden. Een veroveraar is hij echter niet geweest, hij heeft Egypte met geene enkele provincie vergroot. 't Waren altoos aanvallers die hij te bevechten of oproeren die hij te dempen had. ‘Hij was - zegt Fr. Lenormant - een middelmatig man door de macht bedwelmd, een uitzinnig dwingeland door de eerzucht verslonden en uitermate trotsch, drijvende de ijdelheid zooverre dat hij op de openbare gebouwen, overal waar hij kon, de namen der koningen zijne voorgangers, deed verdwijnen, om ze door den zijnen te vervangen.’Ga naar voetnoot(1) Ramses II had negen en vijftig zonen en was vader van honderd zeventig kinderen. Hij is ook de verdrukker, de wreede vervolger der Hebreërs geweest. Hij poogde ze te verpletteren onder het zware werk dat hij hun oplegde, en gebood, hunne kinderen van 't mannelijk geslacht te dooden. Niet alleen Hebreërs, maar ook anderen werden door hem afgebeuld en door den dwangarbeid ter dood gebracht. Bijna jaarlijks ging men op de negers van Soedan op jacht en werden er duizenden dier ongelukkigen gevangen. De toestand der landbouwers was ook tijdens zijn bestuur zeer beklagenswaardig. Deze pharao heeft bij de honderd jaar geleefd, en zijne mummie, die in het museum te Boelak bewaard werd, is in 't begin van Juni 1886, ten bijzijn van den Khedive, ontrold geworden. Bovenstaande gravuren verbeelden, de eene die | |
[pagina 33]
| |
geheele mummie, de andere het hoofd des vorsten op zij gezien. In een opstel van den geleerden heer dr. L. Delgeur, dat in eene der laatste afleveringen van het Bulletijn der Belgische Academie van Oudheidkunde verschenen is, vindt
Museum van Boelak.
Het gelaat van Ramses II op zijde. men belangrijke mededeelingen betrekkelijk die ontrolling en nopens de jongste ontdekkingen in Egypte, in 1886 gedaan. X. |
|