De Vlaamsche School. Jaargang 31(1885)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Aan den dichter. Zing voor de hemelsche teedere klaarheid die in de blikken der lievende lacht! zing voor de glorie der edele waarheid die der bezielende schoonheid betracht. Zing als de stonden van heil u betoovren, zing als de sterre van vreugde u beschijnt! zing als de dood, om een' ziel te veroovren, klopt aan uw' deur wijl de zonne verdwijnt. Zing voor de kracht die u steeds heeft geschonken kalmte in gevaren en moed in 't verdriet; zing als ge 't water der smert hebt gedronken, roost den bedrukte met 't zalige lied, Zing als't gemoed voor de goedheid gestemd is, zoet is 't gezang, dat de deugdzame baart; zing als uw hert door den wrevel beklemd is, jaag dan uw lied als een' storrem op de aard. Zing en bestaat men uw' naam te vergeten, breekt men uw leven door 't lasteren af, zing en bewaar steeds een rustig geweten houdt niet de waarheid uw lied uit het graf? Elisa Mather. Dendermonde, 1863. Vorige Volgende