beddepannen en warme kruiken, maar die hulpmiddelen baten niet veel in huizen, waar geene enkele deur goed sluit en die omgeven zijn met gaanderijen, opzettelijk gebouwd om de zon buiten te sluiten.
Het beste land om den winter door te brengen is Rusland. Een Rus weet zijn winter gezellig te maken. Men voelt geene konde in die haast luchtdicht gebouwde huizen met dubbele deuren en vensters en waar in de muren gemetselde kachels eene aangename warmte onderhouden. Een Russisch huis kent geen vocht en in huis kleeden de menschen zich in de dunste kleederen, wat eene koddige tegenstelling maakt met de bonte mantels, die zij op de straat dragen. Een Rus past streng op om zich niet aan de koude bloot te stellen, als hij gaat wandelen of rijden. Eene pelsmuts komt hem tot over de ooren; zijne beenen zitten in met wol of bont gevoederde laarzen, die over het gewone schoeisel worden aangetrokken en tot aan de knieën reiken; dan wikkelt hij zich in een grooten mantel met kraag, voedering en mouwstukken van bont, en steekt hij de handen in een paar wanten van robbe- of berenvel. Zoo uitgerust, zet hij zijnen hoogen kraag op, zoodat alleen zijn neus aan de lucht is blootgesteld. Dit lichaamsdeel moet hij tusschenbeide wrijven om er den bloedsomloop gaande te houden. Een vreemdeling, die dit niet weet, zou gevaar loopen een bevroren neus te krijgen, indien niet de Russische hoffelijkheid medebracht om iemand te waarschuwen als zijn neus wat wit wordt en om desnoods zelf den neus van den patiënt stevig met sneeuw te wrijven.
Het wandelen is des winters in de Russische steden zeer lastig. De vrouwen uit de lagere standen dragen hooge laarzen; die uit den middelstand komen in het geheel niet uit, en de hoogere standen alleen in sleden. Deze sleden zijn slechts betrekkelijk aangenaam voor zenuwachtige menschen, want de Kalmuksche koetsiers rijden er zoo hard mede, dat ze nogal eens omslaan. Doch als men daaraan gewoon is wordt eene sledevaart een genot. Het uitvallen voelt men weinig, daar men als in eene dikke matras gehuld is van pelzen en mantels.
Dit geldt natuurlijk hoofdzakelijk slechts van rijkere lieden. Doch de huizen zijn bij den werkman even goed verwarmd. Eene groote kachel is altijd het eerste meubelstuk, waarop men kookt en zelfs slaapt. De mujik, die geen bed heeft, vouwt zich samen boven op de kachel om zijne nachtrust te genieten. De mate van warmte, die een Rus kan verdragen, is verbazend en evenaart zijne ongevoeligheid voor de koude een oogenblik later. Des Zaterdags, in gansch Rusland de waschdag, kan men in het eerste dorp het beste een boer, die zich op de kachel heeft zitten warmen tot hij er uitziet als eene gekookte kreeft, een oogenblik later met het grootste genoegen naakt in de sneeuw zien rollen.
Het was eene groote hardheid van Peter den Groote om het dragen van den baard tegen te gaan, en hoewel de belasting op de baarden later is ingetrokken, blijft nog het dragen van een vollen baard in Rusland voor wereldlijke personen eenigszins onfatsoenlijk. Een Rus met een vollen baard is of een priester of iemand, die zeker op de maatschappelijke ladder beneden de deftige burgerklasse staat. Toch is de baard eene uitstekende beschutting in de felle koude.