De Vlaamsche School. Jaargang 30

[p. 145]

Kroniek.

Antwerpen. De Antwerpsche etsersvereeniging is het 5^e jaar van haar bestaan ingetreden; zij telde in het afgeloopen jaar 169 inschrijvers en 40 werkende leden. De eerste aflevering van den 5ⁿ jaargang bevat: Titelplaat, door F. Van Cuyck; Trap in de rots (kasteel van Sigmaringen), door H.K.H. mev. de gravin van Vlaanderen; Visschersjongen, tafereel uit het Antwerpsch museum van F. Hals, door F. Lauwers; Aanlegplaats te Burcht, door J. Guiette; Portret van Peter Benoit, door G. Van der Veken; Zicht op de boorden der Lei in de omstreken van Gent, door F. Cogen.

- Den 29ⁿ September is in de groote zaal van den Burgerkring een nieuw orgel ingehuldigd, uit de fabriek van den heer P. Scheyven, van Brussel. De heeren Jos. Callaerts, leeraar aan de Antwerpsche muziekschool en A. Mailly, van het conservatorium van Brussel, hebben het meesterlijk bespeeld in het bijwezen van eene schaar meest deskundige hoorders.

- De volgende schilderingen en teekeningen zijn door den heer Alex. Schaepkens, van Maastricht, aan het museum van oudheden, geschonken: 1. Gezicht der lange-Doornikstraat, genomen van den hoek der korte-Zirkstraat; 2. Gezicht der ingangspoort in St.-Julianusgasthuis; 3. Gezicht van een huis op den kleinen-Goddaart; 4. Teekening eener schouw van een huis in de lange-Nieunstraat; 5. Gezicht van een houten huis in de Sauciesstraat; 6. Teekening eener poort van een huis in de lange-Nieuwstraat; 7. Binnenzicht van een huis in de H.-Geeststraat; 8. Gezicht van een houten huis in de Schrijnwerkersstraat.

Lier. In zijn laatste verslag over den toestand der stad, schrijft het gemeentebestuur het volgende: ‘'t Is van het grootste belang, dat zonder verwijl herstellingswerken gebeuren aan St.-Gummaruskerk, wil men de keurige loofwerken, welke het gebouw zoo prachtig versieren, niet zien verloren gaan. Veel van het beeldhouwwerk begint te verdwijnen of wordt door den tijd misvormd; het is hoogdringend de hand aan het werk te slaan, wil men de uitwendige versiering der kerk in haar oorspronkelijken vorm behouden.’ Er bestaat geschil tusschen het rijk en de kerk over het bedrag van de wederzijdsche bijdragen in de kosten van herstel.

Mechelen. Het museum heeft ten geschenke ontvangen: van den heer B. Van Kiel-Vermylen, eene schilderij, de Vlieg, door Paul De Wit, en van het staatsbestuur, een Wintergezicht op het kasteel van Burgerstein, door Van Hoey; aangekocht: De eerste boodschap, door J.A. Laumans, van Heyst-op-den-Berg, beeldhouwer te Laeken. Herreyns' portret van Joseph II werd verdoekt en hersteld. Eene andere schilderij van het museum, voorstellende De groote raad, onderging belangrijke herstellingen.

Dendermonde. P. Van der Ouderaa's tafereel, waarvan wij op blz. 139 gewaagden, is voor het stedelijk museum aangekocht met eene rijksbijdrage.

Buitenland.

's-Gravenhage. Het verschijnen der 17^e en 18^e aflevering van de Geïllustreerde Muziekgeschiedenis, uitgever Joh. IJkema, verschaft ons andermaal de gelegenheid om dit belangrijk werk met warmte aan te bevelen bij de liefhebbers van de muziek en hare geschiedenis in het bijzonder, bij de beschaafde lezers in het algemeen. De voormelde afleveringen, die versierd zijn met vele fraaie platen, waartusschen de portretten van Orland de Lassus en Adriaan Willaert, behelzen het vervolg van de beschrijving der Toonkunst van de Nederlanders.

Utrecht. De 70^e verjaardag van den heer Nicolaas Beets is den 13ⁿ September in Nederland plechtig herdacht. De feestredenaar was de hoogleeraar M. De Vries, voorzitter der feestcomissie; hij schetste op uitmuntende wijze Beets' verdiensten als dichter, prozaschrijver en taalkundige. Na deze redevoering had de onthullingplaats van Beets' welgelijkend marmeren borstbeeld, een werk van den beroemden beeldhouwer F. Stracké, die aan dit gewrocht een wezenlijk meesterstuk heeft geleverd. Onder andere geschenken, den uitstekenden schrijver nog aangeboden, werd hem een prachtig album gebracht, aan welks samenstelling, onder voorgang van HH. MM. den koning en de koningin, geheel de Nederlandsche kunstwereld hare beste krachten had gewijd. Het album bevat ongeveer 400 bijdragen, besloten in een kistje, met sieraden bewerkt in den trant der 16^e eeuw; op het deksel prijken de wapens van den vereerde en zijne echtgenoote (Beets en Foreest). De heer Beets werd bevorderd tot commandeur der orde van den Nederlandschen Leeuw en officier van de Leopoldsorde. De feestviering, welke te Utrecht plaats had, kenmerkte zich door zooveel luister als hartelijkheid. De vereerde heeft den volgenden open brief laten uitgaan:

‘Utrecht, 22 September 1884.

Met dankbare ontroering zie ik terug op den 13^den dezer maand, den dag waarop Koning en Volk, Landgenoot en Vreemde het er op toegelegd hadden, mij op allerlei wijze te vereeren, begiftigen, gelukkig te maken. Hoe gaarne bracht ik elk, die daartoe het zijne heeft bijgedragen, afzonderlijk mijn dank! Wanneer ik echter naar waarheid zeg, dat, behalve al wat mij op dien dag in het openbaar is ten deel gevallen, waarvoor ik in de gelegenheid geweest ben openlijk eenige erkentelijke woorden te uiten, het aantal blijken van belangstelling mij, door post, telegraaf of op andere wijze, toen en vervolgens toegekomen, het duizendtal nog met ettelijke honderden te boven gaat, zullen zelfs zij, die daarop in eene eerste plaats aanspraak hadden, willen begrijpen dat ik tot nog toe niet in staat geweest ben, ook maar de ontvangst er van te erkennen, en mij wel willen vergunnen ook hen op te nemen in de algemeene dankbetuiging, welke ik langs dezen weg, aan elk en een iegelijk, die mij op mijn zeventigsten verjaardag zijn vriendelijk hart getoond heeft, van ganscher harte toebreng.

Nicolaas Beets.’

Leiden. 3 October had de plechtige inhuldiging plaats van het ruiterstandbeeld van P.A. Van der Werff, als herinnering aan Leidens ontzet in 1574. Het beeld is een werk van J.Ph. Koelman; het voetstuk werd geteekend door den bouwmeester H.P. Vogel.

Italië. De ontwerpen voor het Victor-Emanuelgedenkteeken van Sacconi (Rome), Manfredi (Piacenza) en Schmitz (Dusseldorp) zullen door hunne makers uitgewerkt worden in model en het beste van de drie zal voor uitvoering worden aangewezen. Elk ontwerp bekomt een geldprijs van 10,000 lire; voor ieder model wordt buitendien 5000 lire betaald. (Zie 1883, blz. 36.)