De Vlaamsche School. Jaargang 30

Sterfgevallen.

Lodewijk Frans Jan RICQUIER, de sedert 1840 te Parijs gevestigde Antwerpsche schilder, over wien wij in 1882, blz. 116, gelegenheid hadden te gewagen, is 18 April in Frankrijks hoofdstad overleden. Hij was te Antwerpen geboren 16 Augustus 1792 en studeerde er de schilderkunst aan de academie en bij M.I. Van Brée, wiens zuster hij tot vrouw nam. Kort nadat hij aan de Antwerpsche academie den 1^en prijs van het teekenen naar het antiek en het leven had behaald, vertrok hij met Philip Van Brée naar Parijs, waar hij een zijner eerste stukken, Montezuma schilderde. In 1813 zond hij de volgende schilderijen in, voor de driejarige tentoonstelling van de Maatschappij ter Aanmoediging van Schoone Kunsten: Androcles een leeuw eenen doorn uit den poot trekkende, St.-Joseph die het kind Jezus slapend in de armen houdt, Virgilius het 6^e boek der Eniade voorlezende aan keizer Augustus en prinses Octavia. Na van 1818 tot 1820 met Ph. Van Brée in Italië te hebben verbleven, kwam hij zich weer te Antwerpen nederzetten. Uit dien tijd kennen wij van hem een fraai portret van zijnen kunstvriend H.J.F. Van der Poorten. Onder andere maakte hij de volgende schilderijen: 1822, De overgave van den Briel; Admiraal Blois van Treslong de opeisching van den graaf van Bossu beantwoordende; Christoforus Colombus aan het hof van Ferdinand en Isabella na zijne terugkomst van Amerika in 1505; 1829, Christina, koningin van Zweden, aan David Teniers in zijne werkplaats een gouden ketting

[p. 108]

vereerende; De weduwe van een boer van Montmorency bij het graf haars mans; Jacoba van Beieren afstand doende van hare staten; Laatste samenkomst van den prins van Oranje en den hertog van Egmond; Van Borselen, zich ter jacht begevende en afscheid nemende van Jacoba van Beieren; Frans Hals en A. Van Dyck; 1830, Ontdekking der nieuwe wereld door Christoforus Colombus; 1833, De kloosterling geneesmeester; Rooversgezin; De afspraak; Gezicht op Napels; De weduwe van Montmartre; 1837, Lodewijk XI, Quinten Durward en de hertogin Isabella van Croye, enz.

J.E. SLINGERVOET RAMONDT, een Nederlandsch letterkundige van veel verdienste, is volgens een bericht van 1 Mei, te Amsterdam overleden, 42 jaren oud.

C.H. DEE, lid der Maatschappij van Nederlandsche Letterkunde en sinds jaren mede-arbeider aan het Woordenboek der Nederlandsche taal, is in de voorlaatste week van Mei overleden te Leiden, 53 jaren oud.

Henry Thomas EDWARD, pastoor-deken van Bangor, prelaat van de Anglicaansche kerk, heeft zich den 24ⁿ Mei gezelfmoord, om een einde te stellen aan de hevige smarten, die eene langdurige ziekte hem veroorzaakte. Hij was 47 jaren oud en een van Engelands beste kanselredenaars. Als protestantsch godgeleerd schrijver maakte hij grooten naam, onder andere met zijne werken The victorios life en The excile and return.

Felix HUIDIEZ, een bekwaam beeldhouwer, die als dusdanig zijnen vader in het vak was opgevolgd, woonachtig op de Concertplaats te Rijssel, heeft zich den 27ⁿ Mei doodgeschoten, naar gissing onder den indruk van verstandsverbijstering. Hij was 43 jaren oud.

Graaf d'HAUSSONVILLE, als geschied- en staatkundig schrijver befaamd, lid van de Fransche academie en van den Franschen senaat, gewezen gezant van Frankrijk te Brussel, is in de laatste dagen van de maand Mei overleden. Hij was den 27ⁿ Mei 1809 geboren.

Mev. Louiza Joanna Cecilia RUELENS geb. STAPPAERTS, de bekwame Fransch-Belgische dichteres, aan wie de beminnaars der dichtkunst onder andere den fraaien bundel Paquerettes hebben te danken, is den 4ⁿ Juni te Elsene overleden, na eene lange en smartelijke ziekte. De begaafde vrouw was te Antwerpen geboren, den 15ⁿ Maart 1818; zij werd hoog geacht en oprecht bemind, door allen die haar kenden.

Frederik COMBARIEU, een verdienstelijk Fransch beeldhouwer, door wien dit jaar te Parijs een beeldje van Juvenalis was tentoongesteld, nopens hetwelk, zoo berichten de bladen, hij groote verwachtingen had gekoesterd, heeft zich in de eerste week van Juni doodgeschoten in zijne werkplaats te Parijs, daar zijne verwachtingen niet waren uitgekomen.

Eduard VAN MARCKE, kunstschilder, leeraar aan het koninklijk atheneum en de academie te Luik, is aldaar overleden in 't begin van Juni. Hij was geboren 12 Mei 1815 en leerde bij Paul De Laroche te Parijs. In 1841, in België teruggekeerd, werd hij te Gent bekroond. Sedert dien schilderde hij een aantal verdienstelijke stukken. Met J. Helbig voerde hij muurschilderingen uit te St.-Truiden, in de O.-L.-Vrouwekerk; te Luik, in de H. Kruis- en Pholiaankerken, in het provinciehuis en het paleis enz. Hij gaf eene geachte handleiding voor het teekenonderwijs uit. (Zie onzen jaargg. 1881, blz. 182)

August Adolf CHAUVIN, eerebestuurder der academie van Luik, is aldaar overleden in het begin van Juni. Hij was in voornooemde stad geboren den 25ⁿ October 1810, deed zijne kunststudiën in Duitschland en verving in 1858 B. Vieillevoye als bestuurder der Luiksche academie, welke betrekking hij in 1882 nederlegde. Onder andere schilderingen bezit men van hem: Judas Iscariotus en Beeckman en Laruelle (beide op het stadhuis te Luik); De vlucht in Egypte en Ontscheping der H. Familie (in Engeland); De Hemelvaart (in de kerk te Seraing); De H. Lambertus aan het feestmaal van Pepyn van Herstal (in het museum te Luik). Met zijn portret van pater Lacordaire verwierf hij in 1848 te Brussel het eeremetaal en ter gelegenheid der Antwerpsche tentoonstelling van 1861 werd hij benoemd tot ridder van de Leopoldsorde.

Johan KESSELS, als beoefenaar van de Vlaamsche letterkunde en ieveraar voor de Vlaamsche taalrechten te Antwerpen gunstig bekend, is aldaar den 10ⁿ Juni overleden, ruim 54 jaren oud. Allen, die in de gelegenheid waren den verdienstelijken man te leeren kennen, zullen zijn aandenken in eere houden. Hij werd den 15ⁿ Juni te Deurne begraven. De heer G. Schoiers hield eene afscheidsrede, namens den Nederduitschen Bond van Antwerpen.

Ludwig RICHTER, de beroemde Duitsche schilder, is den 20ⁿ Juni gestorven. Hij was den 28ⁿ September 1803 geboren. Op zijn eerstvolgenden verjaardag moest te Loschwitz een gedenkteeken ter zijner eer onthuld worden.

Victor MASSÉ, de toonzetter van de zangspelen La chanteuse voilée, Les Noces de Jeannette, Galathée, La Reine Topaze, For d'Aliza, Paul et Virginie, enz., geboren te Lorient den 7ⁿ Maart 1822, is 5 Juli te Parijs overleden, 62 jaren oud. Hij was lid van de Fransche academie.

LEPSIUS, de beroemde Egyptoloog, is volgens een bericht uit Berlijn van 9 Juli overleden, 74 jaren oud.

Eduard Emiel Gustaaf ROUSSEAU, plaatsnijder, geboren te Brugge, den 3ⁿ November 1836, is aldaar overleden den 26ⁿ Juni.

Hendrik DELMOTTE, die zich als tooneelschrijver in de Fransch-Belgische letterkunde gunstig deed kennen, is in 't begin van Juli overleden, 61 jaren oud.

Ferdinand von HELLWALD, de uitstekende Duitsche letterkundige, leeraar te Weenen, schrijver van eene hoog gewaardeerde geschiedenis van het Nederlandsch tooneel, is in het begin van Juli overleden te Clarens (Zwitserland).

Armandus NEUT, een talentvol Fransch-Belgisch staatkundig schrijver, hoofdopsteller van het dagblad La Patrie, te Brugge, lid van den provincieraad van West-Vlaanderen, is den 5ⁿ Juli overleden, 72 jaren oud.

MOIGNO, de bekende Fransche geestelijke, schrijver van de Heerlijkheden des geloofs en een aantal werken over natuuren scheikunde, is te Parijs den 10ⁿ Juli overleden, 80 jaren oud. Hij was in Bretagne geboren en sprak 12 talen.

Alexander FRANCIA, zeeschilder, zoon van een Fransch schilder, geboren te Calais, is in de eerste helft van Juli overleden.

Mej. MALTBY, waterverfschilderes, dochter van den Engelschen gezant te Brussel, is ten gevolge van eenen val te Boitsfort, waar zij naar de natuur schilderde, overleden den 21ⁿ Juli. Zij was slechts 32 jaren oud.

Lodewijk GALESLOOT, de geleerde oudheidkundige, ambtenaar aan het rijksarchief te Brussel, is den 22ⁿ Juli overleden.

Alexander PINCHART, letterkundige en hulprijksarchivaris te Brussel, is aldaar overleden op 23 Juli, 71 jaren oud. Aan zijn graf werden twee redevoeringen uitgesproken door de heeren C. Piot en E. Slingenyer.

Arnold Ferdinand EWALD, historieschilder, is volgens een bericht van 27ⁿ Juli, te Berlijn overleden.