Verbond voor kunsten, letteren en wetenschappen te Antwerpen, 1882.
26, 27 en 28 November waren de volgende kunstwerken tentoongesteld:
L. Abry, Van wacht en drie puike waterverfschilderingen. |
H. De Braekeleer, een onafgewerkt Zeestrand en een goed portret. |
J. Delin, een welgelukt mans- en een kinderportretje. |
R. Fabry, het door ons reeds vroeger vermeld portret in marmer van den heer A. Michiels. |
L. Gallait, Vrede en Oorlog, twee verkleiningen van gekende stukken (toebehoorende aan den heer E. Grisar). |
J. Lies, De wandeling en Altijd in de boeken, eigendom van den heer A. Michiels; |
A. Madou, Een incroyable, een fijn getypeerd figuurtje, den roem des meesters waardig. |
I. Meyers, een zeer fraai Maanlicht. |
E. Quitton, Doode vogeltjes, tegen eene grenen plank hangende. |
J. Rosseels, twee fraaie landschappen. |
H. Schaefels, Herinnering der polders en Na het onweder, toebehoorende aan den heer Bisschops-Schaefels. |
H. Seghers, fraaie waterverfschilderingen. |
J. Stobbaerts, puik geschilderde Jachthonden. |
J. Van Luppen, een flink Landschap. |
P. Verhaert, Het Vleeschhuis, De Palingbrug en De Gevangenisstraat te Antwerpen, door ons reeds vroeger loffelijk vermelde stukken, die toebehooren aan den heer A. Van den Nest. |
Th. Verstraete, Morgen en een ander door de zon bestraald Landschap, twee dichterlijke natuurvoorstellingen. |
18 December waren er een 50-tal tafereelen, teekeningen en studiën tentoongesteld, nagelaten door den zeer verdienstelijken schilder F. De Bruycker, (zie 1882, blz. 209) en welke wij hebben aangeteekend om vermeld te worden in des schilders levensschets, die eerlang in ons tijdschrift zal verschijnen. |
De Kersmistentoonstelling bevatte de volgende kunstwerken:
H. Bource, De zondagmuts, eene levensgroot flink geteekende en zorgvuldig geschilderde Scheveningsche jonge meid, die hare zondagsche muts gestreken heeft. |
K. Boom, een verdienstelijk Landelijk span, dat echter als voorstelling eenigszins aan lichtteekening doet denken. |
L. Bullerkotten, De brug, vol goede hoedanigheden. |
C. Cap, De schouwveger, een aardig stukje, waarin de figuren van de meid en de kinderen uitvoeriger bewerkt hadden mogen zijn. |
E. Claus, Het vallen van de bladeren; bezit goede deelen, maar dient te worden overwerkt. |
Th. Cleynhens, een zeer verdienstelijk gezicht in het afgebroken Sinte-Annagodshuis te Antwerpen; onbegrijpelijk is het, wat de bovengevel van het maagdenhuis uit de lange-Gasthuisstraat daarbij komt doen; de vrijheid, die de schilder hiermede genomen heeft, schaadt natuurlijk zeer aan de geschiedkundige waarde van zijn stuk. |
J. Correns, een al te gelikt portret van een krijgsman. |
A. De Braekeleer, Een onverwacht bezoek en De distilleerder. |
E. De Jans, twee Italiaansche meisjesportretten. |
A. De Keyser, Oudemannengang te Antwerpen. |
L. Dupuis, twee uitvoerig bewerkte borstbeelden van eene vrouw en een kind, in gebakken aarde. |
D. Duwaerts, Klein kind, verschrikt door eene hagedis, een geestig opgevat groepje, dat ons meer beviel dan zijn damesborstbeeld met een hoed op het hoofd en een bloementuil op de borst. |
A. Elsen, twee landschappen, die te veel aan zijnen meester herinneren. |
E. Farasijn, uitmuntend klein Meisjesportret (kniestuk). |
K. Felu (Pede pinxit), Hartenhaas, een op zijn Oostersch gekleed meisje, dat voornoemde kaart laat zien. |
G. Geefs, twee borstbeelden van eene dame en een kind. |
E. Godding, eene jonge, te schoon en te kleurig geschilderde volgens den titel Weggejaagde boerin. |
F. Gons, Jager door een onweder verrast, eene oude kennis, die wij met vernieuwd genoegen hebben teruggezien. |
J. Guiette, schoone Goudsbloemen. |
M. Hagemans, Gezicht op de Schelde, goed als indruk, maar wat decoratief. |
F. Hens, Avond op de Schelde, juist begrepen en vaardig geschilderd. |
H. Hoeben, Markt te Moscou en een Kleerkooperskraam geven een goed gedacht van de volksgebruiken in Rusland. |
A. Hubert, met zorg geschilderde Arabische ruiters. |
F. Joris, een zeer lief beeldje, een kind voorstellende, dat, van zijnen holleblok een schuitje willende maken, zich met den hamer op den vinger heeft geslagen, benevens een meisjesborstbeeld. |
J. Lambeaux heeft voortgang gedaan; een Lezer en Bezoek aan 't museum zijn twee verdienstelijke werken. |
A. Marcette, een fraai Gezicht op oud-Antwerpen. |
F. Mathaei, een naar de natuur geziene Waterput. |
R. Montgomery, goed geschilderde Zeebaren op eene steile kust. |
F. Musins Beschieting van Alexandrië laat te wenschen. |
J. Nauwens, Vruchten en bijhoorigheden, den meester waardig. |
C. Nijs, Eenzaamheid en Gesprek, zijn twee met zorg uitgevoerde stukken; in het eerste is de teekening der matroozen-figuur te verbeteren. |
A. Plumot, Brugovertocht, eene uitermate fijn gepenseelde schilderij, in den aard van B. Ommegank (verkocht). |
G. Portielje, Zondagmorgen (een oude jonkman, die eigenhandig zijne laarzen poetst) en Een martelaar (een schoolmeester, op wiens kleed vlegels van scholieren een geknipt mannetje hebben vastgehecht); beide stukken zijn verkocht. |
E. Quitton, Doode vogelen, aangekocht door den kunstschilder D. Col, wat zeker eene goede aanbeveling is. |
A. Serrure, Laatste oogslag en Hoek van het atelier, twee aangename stukken uit het tijdvak van Lodewijk XV. |
F. Simons, een goed mansportret en een lief genrestuk. |
F. Smith-Hald, Avond te Cornwallis en Opkomende maan. |
J. Thielens, twee uiterst zorgvuldig bewerkte bloemen- en fruitstukken, het eerste wat te hard. |
A. Van Beurden, Grappenmaker met honden, eene keurige groep in gebakken aarde. |
P. Van der Ouderaa, Een deugnietje (meisje dat op het punt is de bloem van eene sierplant te plukken); het portret van mev. A. Janssens, de parel der tentoonstelling. |
L. Van Engelen, Russische pelgrim en Koopman in oudheden, beide zeer zorgvuldig bewerkt; de laatste verkocht. |
J. Van Genegen, De Schelde bij donker weder en Oevers der Schelde (dit laatste verkocht). |
P. Van Havermaet, eene Melkboerin, half lijfs, met een donkeren achtergrond, waarop een gedeelte eener schilderij te zien is; wij hadden de figuur liever in opene lucht gezien. |
F. Van Kuyck, Terugkomst van het veld (verkocht) en December, een goed getroffen wintergezicht (aangekocht door den heer V. Lynen). |
J. Van Luppen, een meesterlijk Eyckevlietsch landschap. |
H. Van Zoom, Waterval in Noorwegen (verkocht). |
| |