van dit jaar, eene opmerkelijke en hoogst zorgvuldige studie aan de eeuwenheugende geschiedenis van den huize de Zickele gewijd, doormengd, zooals uit den aard der zaak onvermijdelijk was, met zeerbelangrijke bijzonderheden uit het bestaan van zijne vroegere aanzienlijke bezitters en bewoners.
Kelder der xiiie eeuw te Gent.
Teekening en steensnede van P. Allaert.
Luister van weleer! Toen, in 1540, tijdens het verblijf van keizer Karel te Gent, de gezanten van den paus aldaar aangekomen waren om den machtigen vorst hulde te doen namens den vader der geloovigen, waren zij gehuisvest in de Groote Zickele. Het Memorieboek der stad Ghent, deel ii, blz. 177, teekent het feit in de volgende woorden op: ‘Item op den 23 der vorseider maent (sporkele 1540), quam binnen Ghent de legaet van den paus, ende was innegehaelt met al den processien van Ghent ende was ghelogiert in de Groote Sickele by den Santberch.’
De bovenbouw van de Groote Zickele onderging in den loop der tijden zeer ingrijpende veranderingen, zóó ingrijpend dat het oorspronkelijk uitzicht van het huis er zeer veel van zijn eigenaardig karakter bij ingeschoten heeft. Dit was echter niet het geval met den onderbouw, die gebleven is wat hij was, toen het huis werd gesticht.
Wij geven hier, in eene fraaie plaat van P. Allaert, uit Gent, een gezicht op den kelder van de Groote Zickele. De grootsche aanleg daarvan treft al dadelijk bij de beschouwing, terwijl hij tevens eerbied inboezemt voor de kunst van den bouwmeester, wiens werk ons hier onder de oogen treedt.