De Vlaamsche School. Jaargang 27
(1881)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De– Auteursrechtvrij
[pagina 150]
| |
De Schaldispoort te Antwerpen.Wanneer men zich langs de Vlasmarkt en de Sandersstraat, vroeger het Sandersgat, naar de Schelde begeeft, zoo gaat men door de fraaie
Alleenlijk bestaan de twee zijdeuren niet meer, die op dezen plaatafdruk aangewezen zijn. Zijwerden in 1815-1820 zuinigheidshalve toegemetseld bij het maken der kaai, waartoe de poort toegang verleent. De poort is meerdan 2 1/2 eeuwen oud en mag in den vollen zin des woords een werk der schoone bouwkunst geheeten worden. Zij werd, bij wijze van zegeboog of triomfpoort, ter eere van koning Philips IV gesticht en dit wel volgens door Rubens geleverde teekeningen, terwijl niemand minder dan Artus Quellyn 1609-1668Ga naar voetnoot(2) het beeldhouwwerk uitvoerde, waarmede zij rijkelijk is versierd. In het voorbijgaan zij hier aangestipt, dat tijdens het Fransche schrikbewind het wapen van Philips IV was afgekapt geworden; het werd in 1834 hersteld door den beeldhouwer Frans Govaerts. De in 1880 overleden beeldhouwer Jan Van Arendonck werd in 1854 door het Antwerpsch gemeentebestuur, onder de leiding van den dd. stadsbouwmeester F.J. Stoop met de herstelling van het beeldwerk der poort gelast. Het bevond zich toen in een zeer beschadigden toestand. Van Arendonck kweet zich inderdaad voortreffelijk van de hem opgedragene taak. De poort ontleent haren naam aan het beeld dat haar aan den voorkant bekroont: de rivier de Schelde verpersoonlijkt in de mannelijke gedaante van Schaldis, den riviergod. Hare schoonheid onttrok haar aan het lot dat in den aanvang dezer eeuw de vier of vijf andere poorten trof, welke zich langs heen de Schelde bevonden en afgebroken werden. De steenen van de onder den moker gevallen gebouwen werden gebruikt om den beganen grond der kaaien te vormen. Zoo ligt, wat eens verheven was, thans onder den voet. Ook voor de Schaldispoort zal weldra de dag aanbreken dat zij afgebroken moet worden. Gelukkiglijk zal op de afbraak spoedig herbouwing volgen. De poort gaat namelijk verplaatst worden. De nieuwe, 100 meters breede kaaien, die langsheen de Schelde worden aangelegd (zie onze blz. 91), gedoogen niet, dat zij blijft staan, waar zij zich bevindt. | |
[pagina 151]
| |
De slooping en wederoprichting komen voor rekening van het staatsbestuur. Als bouwplaats heeft de gemeenteraad de voorzijde van de naburige St.-Jansvliet, die gaat gedempt worden, aanbevolen.
De twee Latijnsche opschriften der poort zijn van de hand van Gevaert, alias Gevartius, den geleerden gemeentesecretaris, wiens portret in het Antwerpsch museumprijkt (zie onzen jaargg. 1875, blz. 8). F.H. Mertens vertaalde het bijzonderste der twee, dat welk Scheldewaarts staat, in de volgende bewoordingen: Aén Hem, wien Ganges, Rhyn en Taeg en de Indus groeten Als heerscher, vloeit de Schelde ook nedrig aen zijn voeten. De Boôms, die ze in den tijd van Karel heeft getorscht Draagt ze eens op uwen wenk, Philippus, groote vorst. De raed en het volk van Antwerpen, hebben dit gebouw ingewijd den 15n April 1624. Het andere opschrift, stadwaarts, waarin de poort bestempeld wordt met den naam van Koningspoort, Porta regia, luidt als volgt: Porta regia |
|