| |
Programma der studiën.
Voorwaarden van toegang.
Om toegang te hebben tot de leergangen van de academie, moet men behoorlijk kunnen lezen en schrijven en de vier hoofdbeweringen der rekenkunde kennen.
| |
| |
| |
Lager onderwijs.
1e trap. - Meetkunstig teekenen: teekenen met losse hand en bij middel van teekentuig; grondbeginselen der projecties en beginselen der doorsichtkunde.
| |
2e afdeeling.
Kunstonderricht. Werkdadige en leerstellige leergangen.
1o | Lijnteekening. Bestudeering der meetkundige vlakke figuren en van enkele samenstellingen derzelve. |
2o | Samenstelling der veelhoeken. |
3o | Toepassing van de meetkundige figuren op het ornement. |
4o | Teekenoefeningen uit het hoofd. |
5o | Overzicht van de grondkennis der kleuren met zeer eenvoudige toepassingen in volle tonen.
Wetenschappelijk onderwijs. Leerstellige leergang. |
6o | Rekenkunde. Herhaling der hoofdbewerkingen. Breuken. Tiendeelig stelsel, metriek stelsel. Vraagstukken. |
| |
1e afdeeling.
Kunstonderricht. Werkdadige en leerstellige leergangen.
1o | Grondbeginselen der projecties, waarbij geene andere vlakken gebruikt worden dan die loodrecht staan op malkander en op de schuinsche vlakken. |
2o | Beginselen der doorzichtkunde. |
3o | Teekening van lichamen voorgesteld door hunne kanten in ijzerdraad (stelsel van Stroësser). |
4o | Toepassing der meetkundige figuren op het ornement. |
5o | Teekenoefeningen uit het hoofd. |
6o | Eerste begrippen van kleurenharmonie met veelkleurige toepassingen in volle tonen nevens elkander gelegd.
Wetenschappelijk onderwijs. Leerstellige leergang. |
7o | Rekenkunde. Herhaling van den voorgaanden leergang. |
2e trap. - Algemeen beginsel van het teekenen naar het verheven model. Begrippen van schaduwing en licht. Teekening van stukken bouwkunde, versieringen en borstbeelden.
| |
2e afdeeling.
Kunstonderricht. Werkdadige leergangen.
1o | Studie van de schaduwteekening der vaste lichamen (modellen van De Munter). |
2o | Geleidelijke studiën van schaduwteekeening naar bouwkundige stukken, afgegoten naar de gebouwen van de Oudheid, van de middeleeuwen en van de Renaissance. |
3o | Teekenoefeningen uit het hoofd. |
| |
1e afdeeling.
Kunstonderricht. Werkdadige leergangen.
1o | Studiën van schaduwteekening naar stukken versiering, afgegoten naar de beeldhouwwerken van de Oudheid, van de middeleeuwen en van de Renaissance. |
2o | Studiën van schaduwteekening naar stukken van koppen, afgegoten naar de meesterstukken van de beeldhouwkunst der Ouden. |
3o | Studiën van schaduwteekening naar gezichten, afgegoten naar de meesterstukken van de beeldhouwkunst der Ouden. |
4o | Teekenoefeningen uit het hoofd.
Wetenschappelijk onderwijs en leerstellige leergangen voor beide afdeelingen. |
5o | Voortzetting van de leer der projecties. |
6o | Studie der lijndoorzichtkunde. |
7o | Beginselen der stelkunst; algemeene grondbeginselen en de vier hoofdbewerkingen. |
8o | Beginselen der meetkunde; algemeene grondbeginselen der vlakke meetkunde. |
3e trap. - Studie der versieringen van verschillige stijlen en van borstbeelden.
Kunstonderricht. Werkdadige leergangen.
1o | Studiën van schaduwteekening naar sieraden van verschillige stijlen, afgegoten naar de meesterstukken der Oudheid, der middeleeuwen en der Renaisssance. |
2o | Studiën van schaduwteekening naar borstbeelden, afgegoten naar de meesterstukken van de beeldhouwkunst der Ouden. |
3o | Teekenoefeningen uit het hoofd.
Wetenschappelijk onderwijs. Leerstellige leergangen. |
4o | Voortzetting van de leer der projecties. Herhaling van den voorgaanden leergang; studie der vlakken die schuins liggen op de beide grondvlakken. |
5o | Studie der doorzichtkunde; teekening der eigene schaduwen en slagschaduwen. |
6o | Bouwkundige benamingen. Mondelijke uitleggingen en teekening van genummerde schetsen der bouwkundige orden (voor de schilders en beeldhouwers). |
7o | Beginselen der stelkunst. - Hoofdbewerkingen en vereveningen van den 1n graad. |
8o | Meetkunde. Voortzetting van het geleerde onder nr 8 der tweede trap. |
9o | Verhoudingen van het hoofd, in verband met het menschelijke lichaam; begrippen van ontleedkunde; de beenderen en spieren van het hoofd. |
| |
Middelbaar onderwijs.
Schilderkunst.
4e trap. - Leergangen van teeken- en schilderkunst. Eigenlijke kunstschildering en bijhoorende stielen.
Kunstonderricht. Werkdadige leergangen.
1o | Studiën van schaduwteekening naar rompen en stukken, afgegoten naar de meesterstukken der Oudheid. |
2o | Studiën van schaduwteekening naar half-verheven modellen, afgegoten naar de meesterstukken der Oudheid en der Renaissance. |
3o | Studiën van schaduwteekening naar afgegotene standbeelden der Oudheid en naar het levend model. |
4o | Schildering naar het half-verheven model, borstbeelden en bijhoorigheden, versieringsplanten en het levend model. |
5o | Schilderoefeningen uit het hoofd.
Wetenschappelijk onderwijs. Leerstellige leergangen. |
6o | Kunstontleedkunde. Verhoudingen van het menschelijk lichaam. |
7o | Doorzichtkunde. Toepassing. |
5e trap. - Leergangen van toepassing op de stielen, die van de schilderkunst afhankelijk zijn.
1o | Studiën van versieringskunde in verschillige stijlen, in hare
|
| |
| |
| onderscheidene betrekkingen met de schilderkunst, van de oudheid tot den hedendaagschen tijd. |
2o | Schildering, naar het leven, van zegewapens en bijhoorigheden, planten, bloemen en dieren, stillevens en levende natuur. |
3o | Geteekende of geschilderde samenstellingen en omstandige bestudeering van ontwerpen tot uitvoering, in verband met de verschillige stielen die van de schilderkunst afhankelijk zijn, volgens opgave, en beraming van de bestekken der werken.
Wetenschappelijk onderwijs. Leerstellige leergang. |
6o | Schets van de leer der beeldende kunsten en van de geschiedenis der versiering. |
| |
Beeldhouwkunde.
4e trap. - Leergangen van boetseering: beeldhouwkunde en bijhoorende stielen.
Kunstonderricht. Werkdadige leergangen.
1o | Oefening in het boetseeren; studie van borstbeelden, rompen en stukken naar afgietsels van de meesterstukken der Oudheid, en van het ornement naar afgietsels van de Oudheid, de middeleeuwen en de Renaissance. |
2o | Boetseering naar half-verheven modellen, afgegoten naar de meesterstukken van de Oudheid en de Renaissance. |
3o | Boetseering van het aangezicht naar de oudheid en het leven.
Wetenschappelijk onderwijs. Leerstellige leergang. |
4o | Kunstontleedkunde. Verhoudingen van het menschelijke lichaam. |
5e trap. - Leergangen van toepassing op de stielen die van de beeldhouwkunst afhankelijk zijn.
1o | Studie der versieringskunst in verschillige stijlen, in hare onderscheidene betrekkingen met de beeldhouwkunst, van de Oudheid tot den hedendaagschen tijd. |
2o | Boetseering, naar het leven, van zegewapens en bijhoorigheden, planten, bloemen en dieren, stillevens en levende natuur. |
3o | Samenstellingen en omstandige bestudeering van ontwerpen tot uitvoering, geboetseerd in aarde of in was, in verband met de verschillige stielen die van de beeldhouwkunst afhankelijk zijn, volgens opgave, alsook beraming der bestekken van de werken.
Wetenschappelijk onderwijs. Leerstellige leergang. |
4o | Schets van de leer der beeldende kunsten en van de geschiedenis der versiering. |
| |
Bouwkunst.
4e trap. - Leergangen van bouwkunstig teekenen voor de bouwkundigen en voor de stielen die bij de fraaie of de gewone bouwkunst behooren.
Kunstonderricht. Werkdadige leergangen.
1o | Lijstwerken. Bepaling en teekening. |
2o | Teekening der bouwkunstige orden in projectie. |
3o | Meetkunstige schaduwteekening en oefening in het teekenwasschen. |
4o | Oefening naar het verheven model. |
5o | Beginselen der bouwkunstige samenstelling.
Wetenschappelijk onderwijs. Leerstellige leergangen. |
6o | Voortzetting van de leer der projecties; beschrijvende meetkunde.
Ambachtkunde en kennis der bouwstoffen. |
5e trap. - Bouwleergangen of leergangen van toepassing op de stielen die bij de bouwkunst behooren.
1o | Metselwerk; fundeeringen, muren en verschillige soorten van gewelven. |
2o | Steensnede. |
3o | Timmerwerk: verschillige gebinten, houten ribben, gebruik van het ijzer in de gebouwen. |
4o | Schrijnwerk: deuren, vensters, beschotten, enz. |
5o | Werktuigkunde: beginselen en werktuigen.
De leerlingen zullen samenstellingen maken, in verband met den stiel dien zij beoefenen.
Wetenschappelijk onderwijs. Leerstellige leergangen. |
6o | Voortzetting van de leer der projecties; beschrijvende meetkunde.
Toepassing van de leer der projecties op de steen- en houtsnede. |
7o | Schets van de leer der beeldende kunsten en van de geschiedenis der versiering. |
Gemeenschappelijke leergangen voor de leerlingen der drie afdeelingen.
1o | Letterkunde (leergang in de beide talen). |
2o | Beginselen der kunstgeschiedenis. |
3o | Leergang van geschiedenis. |
| |
Hoogere school der schoone kunsten.
Voorwaarden van toegang.
Afdeeling schilderkunst.
1o | Teekening van de figuur naar de Oudheid of naar het levend model. |
2o | Beginselen der schilderkunst naar het leven. |
3o | Ontleedkunde. |
4o | Doorzichtkunde. |
5o | Algemeene geschiedenis. |
6o | Kunstgeschiedenis. |
7o | Fransch opstel. |
| |
Afdeeling beeldhouwkunst en penningsnijkunst.
Hetzelfde, behalve de 2o, vervangen door de boetseering van de figuur naar de Oudheid of naar het leven.
| |
Afdeeling bouwkunst.
Hetzelfde, met weglating van 2o en 3o, vervangen door de vierde en vijfde trappen van het programma van het middelbaar onderwijs.
| |
Afdeeling plaatsnijkunst.
Hetzelfde, met weglating van nr 2.
| |
| |
| |
Programma der studiën.
Teekenkunst.
Gemeenschappelijke leergang voor de leerlingen van al de afdeelingen, in verschillige graden, volgens hun vak.
| |
Werkdadige leergangen.
1o Studie van de figuur beurtelings naar de Oudheid en naar het leven, bevattende studiën ten voeten uit, in natuurlijke grootte. |
Leergang beurtelings gegeven door de leeraars van de werkhuizen der figuurschildering. |
2o Gekleede figuren en geschiedkundige typen, met het oog op stijl en karakter. |
Leeraar te benoemen. |
Leerstellige en werkdadige leerlangen.
3o Ontleed- en menschkunde. |
Leeraar te benoemen. |
4o Doorzichtkunde. |
|
L.W. Nummers 2 en 3 zijn niet verplichtend voor de leerlingen van de afdeeling bouwkunst.
| |
Schilderkunst.
Werkdadige leergangen. |
1o Teekening naar het leven, bevattende studiën van natuurlijke grootte. |
Leergang beurtelings gegeven door de leeraars die aan het hoofd staan van de werkhuizen der figuurschildering. |
2o Samenstelling en uitdrukking. |
|
3o Dierenschildering. |
Leergangen beurtelings gegeven door de leeraars, die aan het hoofd staan van de werkhuizen van elk vak. |
4o Landschapschildering. |
|
Leerstellige en werkdadige leergangen.
1o Ontledende bestudeering, met enkele practische toepassingen, van de meesterstukken in alle vakken van de oude meesters der Vlaamsche schilderschool. |
Leergang verdeeld tusschen de leeraars van de werkhuizen van schildering. |
6o Leer der aanvullingskleuren en van de wetten der gelijktijdige tegenstrevigheid der kleuren.
Studie der verschillige schilderstoffen en vakkundige schilderwijzen. |
Leeraar te benoemen. |
| |
Beeldhouwkunst en penningsnijkunst.
Werkdadige leergangen. |
1o Boetseering van de figuur beurtelings naar de Oudheid en naar het leven. |
Leergangen te verdeelen tusschen de leeraars der werkhuizen van beeldhouwkunst. |
2o Studie van het hoog- en halfverheven model. |
|
3o Samenstelling en uitdrukking. |
|
4o Ontledende bestudeering der meesterstukken van de oude Vlaamsche school der beeldhouw- en penningsnijkunst. |
|
Leerstellige leergang. |
5o Studie der verschillige stoffen en werkwijzen in de beeldhouw- en penningsnijkunst. |
Leeraar te benoemen. |
| |
Bouwkunst.
Werkdadige leergangen.
1o Beredeneerde en vergelijkende studie der verschillige bouwstijlen van Oudheid tot den nieuweren tijd, beschouwd in hunne algemeene samenstelling en in hunne bijzonderheden, in platten grond, opstand en doorsnede. |
Leergangen te verdeelen tusschen de leeraars der werkhuizen van bouwkunst. |
2o Studiën van de bijzonderheden en het geheel, op de merkwaardigste gebouwen van het land. |
|
3o Studiën van monumentale samenstellingen en van openbare en bijzondere gebouwen van verscheidene bestemmingen, tijdperken en stijlen. |
|
| |
Leerstellige leergangen.
4o Leer der bouwkunstige samenstelling; algemeene studie van het geheel en van de gedeelten, zoo wat betreft den vorm als den bouw. |
Leeraar te benoemen. |
5o Ambachtkunde of bestudeering der verschillige bouwstoffen en vakkundige werkwijzen bij het bouwen. |
|
6o Driehoek meetkunde en logarithmen. Beschrijvende meetkunde. Bouwkunst en berekening. |
Leeraar te benoemen. |
7o Toegepaste natuurkunde. Schei- en werktuigkunde. |
|
8o Wetgeving op de gebouwen, eigendom, dienstbaarheden, overeenkomsten, onteigening. |
|
| |
Gemeenschappelijke leergangen voor de afdeelingen schilder-, beeldhouw- en bouwkunst. Leerstellig en werkdadig onderricht.
Versierings- en monumentale kunst. Ontledende en vergelijkende studie van de verschillende stijlen, zoo met het oog op den kunstaard als op de gebruikte bouwstoffen en werkwijzen en de verkregene uitwerkingen. Samenstellingen. Aandeel van de bouw-, beeldhouw- en schilderkunst in het geheel der versiering. |
Leeraar te benoemen. |
| |
Gezamenlijke leergangen voor al de afdeelingen.
1o Overzicht van de geschiedenis der beeldende kunsten. Algemeene schoonheidsleer. Bijzondere schoonheidsleer der beeldende kunsten: bouw-, beeldhouwen schilderkunst. |
Leeraar te benoemen. |
2o Algemeene geschiedenis der beschavingen. |
|
3o Algemeene letterkunde. Voornaamste gedichten. Godenleer van de Ouden en van de Noordervolkeren. |
Leergang in beide talen (Fransch en Nederlandsch). |
|
|