Sterfgevallen.
Aug. FISHER, een geneesheer te Praag, die een werk heeft geschreven waarin hij een middel opgeeft door welk hij beweert dat vergiftiging met blauwstofverbinding van potassium onschadelijk wordt gemaakt, is zoo eerlijk (maar onvoorzichtig) geweest, met zijn geneesmiddel op zich zelve eene proef te nemen, die evenwel zoo ongelukkig uitviel, dat hij er het leven bij verloor. Het is nu maar te wenschen, dat de lezers van zijn voormeld werk kennis mogen hebben van des schrijvers noodlottig wedervaren om hen tot waarschuwend voorbeeld te verstrekken.
Jeannetta Isabella Elisa MEERT, die zich als concert- en tooneelzangeres vermaardheid verwierf onder den naam van Meerti, is in 't begin van November te Brussel overleden. Zij werd den 8n November 1815 te Antwerpen geboren en trouwde in deze stad den 21n September 1843 met Arn. Jos. Blaes, een befaamd klarinetspeler, leeraar bij de muziekschool te Brussel, in laatstgenoemde stad geboren den 1n December 1814. Mev. Blaes-Meert ontving zangonderwijs van Garcia, Bordogni en Paer. Na zich eenigen tijd te hebben doen hooren op concerten in Antwerpen, Brussel, Gent en Luik, trad zij als zangeres op te Londen, Leipzig, Berlijn enz. In vereeniging met haren echtgenoot en met de Beriot, Thalberg en Vieuxtemps ondernam zij kunstreizen in Holland, Oostenrijk, Frankrijk en Rusland. Sedert 1848 had zij zich te Brussel als zangonderwijster gevestigd.
Felix de BAERDEMAECKER, landschapschilder, is op 19 November overleden, slechts 42 jaren oud, te Ledeberg bij Gent. Ofschoon eene doodelijke ziekte hem sinds lang ondermijnde, bewerkte hij voor de laatste Brusselsche tentoonstelling twee zeer verdienstelijke tafereelen die daar met eere hebben geprijkt: De sluitboomweg te Anseremme en Avond in het Kempenland.
J.T. BERGMAN, een verdienstelijk Nederlandsch schrijver, is den 24n November overleden te Leiden, oud ruim 83 jaren. De overledene heeft zelf een bericht van zijn leven geschreven voor de handelingen van de Maatschappij der Nederlandsche letterkunde, waarvan hij lid was.
Julius MILLINGEN, die als geneesheer den beroemden dichter Byron in diens laatste ziekte bijstond en later lijfarts was van sultan Mahmoed II en van de sultane, de moeder van Abdoel-Medsjid, is dezer dagen op 77-jarigen ouderdom overleden te Konstantinopel. Hij schreef veel over oudheidkunde in Engelsche en Duitsche bladen, ontdekte de puinen van Aczana in Phrygië en deed uitgravingen aan den Bosphorus, op de plek waar de tempel van Jupiter Urius heeft gestaan.
Robert WALLIS, de beroemde Engelsche plaatsnijder, is den 23n November overleden te Brighton, oud 84 jaren. Tot zijne belangrijkste werken behooren zijne gravuren naar landschappen van Turner.
George Henry LEWES, die zich zoowel op het gebied der verdichting als op dat der wetenschap een gevierden naam heeft verworven, is den 1n December gestorven. Zijn Physiology of Common Life werd in Holland vertaald onder den titel van Ons leven.
A. Emil BRACHVOGEL, de zeer verdienstelijke Duitsche tooneelschrijver, op 29 April 1824 te Breslau geboren, is den 26n November overleden.
Lodewijk H. KIVEN, muziekmeester in de Lieve-Vrouween St.-Pauluskerk, leeraar bij de muziekschool, onder-orkestmeester der Koninklijke Harmonie enz. te Antwerpen, is aldaar overleden, kleine-Goddaart nr 10, op 9 December, oud 49 jaren. Hij was gehuwd met Mathilda Gras en vader van een talrijk kroost. De lijkdienst van den zeer verdienstelijken muziekkunstenaar had plaats den 11n December ten 9 ure in de St-Caroluskerk. De begrafenis geschiedde te Deurne, waar de heer Peter Benoit eene treffende lijkrede hield namens de Antwerpsche muziekschool.