De telephon.
Men weet, dat er electrische stroomen ontstaan in dunne koperdrade[n], met zijde geïsoleerd en gewonden rond magnetisch staal, wanneer men zacht ijzer in de nabijheid in beweging brengt. Deze eigenschap wordt thans benuttigd om geluiden, waaronder het menschelijk stemgeluid, op groote afstanden over te brengen. Deze spreektelegraaf noemt men telephon. De persoon, die zijn woorden wil doen overbrengen, plaatst zich vóór het ijzeren staafje of de ijzeren plaat, in wier nabijheid eene electrische klos is bevestigd en welke bij middel van eenen gewonen ijzer- of koperdraad bevestigd is aan een zelfde toestel, zich bevindende op de plaats, waarheen men de klanken wil overbrengen. De persoon die de mededeeling doet, spreek luide de woorden uit die hij wil overgebracht hebben. Daardoor ontstaan er luchtrillingen, welke opgenomen in de ijzeren staaf of plaat en langs den draad overgebracht naar het tweede toestel, welk ze goed hoorbaar naklinkt, zoodat zij duidelijk verstaanbaar zijn voor dengene die bij het tweede toestel staat.
In België worden reeds op breede schaal proeven met den telephon genomen. Onder andere is er reeds een in werking op het stadhuis van Antwerpen, tusschen het kabinet van den burgemeester en het bureel van den ingenieur, gevestigd op verschillende verdiepen. In de kazerne van de genie te Berchem is een telephon gesteld, waarmede men gesprokene mededeelingen op 5500 meters verre zendt. In het paleis van justicie te Brussel is insgelijks een telephon geplaatst.
Te Berlijn is de telephon sedert 5 October ten gebruike van het publiek gesteld en doet geregelden dienst. De algemeene postmeester Stephan houdt van in zijn kabinet in de Leipsigschestraat, mondgesprek met den algemeenen bestuurder der telegrafen in de Franschestraat, zijnde dit op twee kilometers afstand. Al de uitgesprokene woorden zijn zoo gemakkelijk verstaanbaar als of de twee ambtenaren zich in een en hetzelfde vertrek bevonden.
De hoofdbestuurder der posten en telegrafen van Noord-Duitschland heeft zijnen onderhoorigen eene aanschrijving gezonden, betreffende het gebruik van den telephon op de telegrafische lijnen.
De verzending zal op de volgende wijze geschieden: het bureel, dat een telegram te verzenden heeft, zal het bestemmingsbureel verwittigen, zijn toestel te plaatsen. Zoodra het toestel in orde is, zal het verzendingsbureel het teeken der verzending geven.
De verzender moet langzaam spreken, op eene duidelijke en ongekunstelde wijze; de lettergrepen moeten bij het uitspreken duidelijk gescheiden worden; en men zal zorg dragen op de eindlettergrepen te drukken, na ieder woord eene kleine tusschenpoos waarnemende, om aan den ontvangstbediende den tijd te geven, de woorden te schrijven.
De telegram ontvangen en opgeschreven zijnde, zal de bediende van het ontvangsbureel de woorden tellen, en, bij middel van den telephon, den ganschen inhoud snel en zonder poozen herhalen, om waar te nemen of er geene dwaling is begaan. Ten einde het geheim der mededeelingen te bewaren, zullen de telephonen in bijzondere zalen geplaatst worden, waar de personen, vreemd aan den dienst, de woorden van verzender niet kunnen hooren,