Gemeente-archieven.
Hollands minister van binnenlandsche zaken heeft aan de commissarissen des konings (gouverneurs) in de verschillende Nederlandsche provinciën doen opmerken, dat naar het schijnt aan de gemeente-archieven, waarvan het beheer volgens de Nederlandsche gemeentewet aan de secretarissen is opgedragen, over 't algemeen in Holland niet die zorg wordt besteed, welke ze voortdurend vereischen. Ten einde, zoo noodig, maatregelen te kunnen nemen, heeft de minister de beantwoording der volgende vragen verzocht: a. In welke gemeenten bevinden zich oude en nieuwe archieven, in welke enkel nieuwe? b. Zijn de archieven in een gemeentehuis of in eene burgerwoning geplaatst? c. Op welke wijze worden zij bewaard: in kassen, doozen, bij bundels, enz., en zijn zij beveiligd te achten tegen vocht en brandgevaar? d. Zijn de archieven gerangschikt en bestaan er inventarissen der oude en nieuwe archieven?
Het ware te wenschen - en wij roepen op dit punt de ernstige aandacht van wien het aangaat - dat in België een onderzoek van denzelfden aard werd ingesteld. Er zijn honderde Belgische gemeenten, waar oude en nieuwere archieven, wanordelijk in hoopen gestapeld, door ziltigheid allengs verteerd of in eenen hoek van de gemeentehuiszolders door muizen verknabbeld worden. Hoogst zelden treft men bij de bedienden van de plattelandsche gemeentebesturen in België iemand aan, die geschriften der xviie eeuw en nog minder van ouderen datum lezen kan. Vandaar, onder meer andere redenen, eene volslagene onverschilligheid voor den inhoud van soms belangrijke oude archiefstukken. Vóór en in den Hollandschen tijd gebruikte men in de openbare lagere scholen in België leesboeken, waarin voorbeelden van de verschillende oude geschriften waren afgedrukt, die in vroeger eeuwen in onze provinciën in zwang waren. De kinderen leerden die geschriften zonder moeite lezen, wat licht te begrijpen is. Het ware zeer te wenschen, dezen tak van onderwijs (die hoegenaamd geene verzwaring van de studie is) opnieuw in te voeren, het zij in al onze scholen, het zij in de normaalscholen. Wanneer dit laatste geschiedde, zouden ten minste al de aankomende dorpsschoolmeesters bij het verlaten der normaalschool eene bekendheid van de oude geschriften hebben, die hun zou toelaten de rangschikking van gemeentearchieven óf wel alleen op zich te nemen, óf daartoe mede te werken en er inventarissen van op te maken.
Indien wij ons niet vergissen, heeft het Belgische staatsbestuur, eenige jaren geleden, toen de heer A. Van den Peereboom minister van binnenlandsche zaken was, eenige maatregelen voorgeschreven ten opzichte van het bewaren der archieven in buitengemeenten; maar wij hebben niet vernomen dat zulks geleid heeft tot merkbare algemeene verbetering van eenen toestand die inderdaad slecht mag worden genoemd.
Van de leesboeken, waarin oude geschriften zijn afgedrukt en welke wij hooger vermeldden als gebruikt wordende in onze scholen vóór en in den Hollandschen tijd, kunnen belangstellenden er vier verschillende komen bezichtigen op ons bureel; een dezer werkjes is gedrukt t' Antwerpen, By G.J. Bincken, Boekdrukker en Verkooper in de Lange Nieuwstraat; een ander t' Antwerpen By Hub. Bincken, Boekdrukker en Verkooper, op de Kattevest; een derde (leesboek voor de laagste afdeeling der midddelste klasse, door J. Wolff, onderwijzer in de Departementsschool, te Haarlem), te Leyden bij D. du