Een oude catalogus.
Een dagblad der hoofdstad wijdt een artikel aan de beschrijving van den catalogus van de ‘eerste tentoonstelling van kunstwerken (zoo luidt de catalogus in de Fransche taal), te Brussel geopend het xie jaar der Fransche republiek, Bonaparte regeerend eerste consul.’ Het boekje, welk 14 bladzijden in-32o beslaat, gedrukt op stevig geelachtig papier, kwam van de pers bij Weissenbruch, drukker van de prefectuur en van de meierij, op het plein van 't voormalig hof nr 1085. De opgaaf der tentoongestelde kunstgewrochten, 47 in getal, is voorafgegaan van eene inleiding; de lijst der stukken begint op de vijfde bladzijde. In de inleiding wordt gezegd, dat het den kunstenaars ontbroken heeft aan tijd om zich voor te bereiden voor de tentoonstelling waaraan zij zich niet verwachtten. ‘De tentoonstelling (zoo luidt het verder) zal ieder jaar vernieuwd worden den 2n Thermidor, zijnde de gedenkwaardige dag, waarop de eerste consul zijnen intocht te Brussel hield. Aan zijne weldaden heeft deze gemeente het museum te danken. Moge hij, die heeft getoond zich gelegen te laten aan den roem en het welslagen der kunstenaars, geene ijdele verwachtingen hebben gekoesterd van de voorbeelden, die het museum hun ter navolging aanbiedt.’ De kunstenaar die het eerst in den catalogus is vermeld, heet Autissier, mignaturiste (miniatuurschilder). Hij stelde onder andere ten toon: 1o zijn eigen portret, 2o het portret van zijnen oom, 3o het portret van den broeder van generaal Moreau. Tusschen de kunstenaars in den catalogus vermeld, bevinden zich de volgende: Phillipe Cardon, De Roy, Hazelair, (Hazeleer?), Janssens, Jones, Lens, Spiekaert, Latour, Le Roy, Van Assche, Thys,
François, Lantsheer, enz.
Is er iemand onzer lezers, die een exemplaar van den voormelden catalogus bezit?