Matthijs Maris.
De idylle, welke wij hier, in eene keurige steendrukplaat, mededeelen, geeft goed het keurig tafereeltje weer, uitgevoerd door Matthijs Maris. Deze veelbelovende jonge schilder der tegenwoordige school, volgde gedurende eenige jaren deleergangen der koninklijke academie van Antwerpen en leerde vooral schilderen onder de leiding van den in Maart overleden meester Joseph Van Lerius, over wien wij op blz. 50 handelen. Op de Antwerpsche driejarige tenoonstelling van 1867 prijkte van hem een stukje, getiteld: Koude waarheid, dat ons echter niet erg beviel, zooals wij dan ook destijds onbewimpeld (blz. 190) zegden; sinds dien schijnt hij echter groote vorderingen te hebben gemaakt, ofschoon hij nog altijd een aanbidder schijnt te zijn van het grijze als toon en kleur. In 1869 vestigde hij zich te Parijs bij een zijner broeders; hij heeft twee broeders, Jacob en Willem, die, evenals hij, de kunst beoefenen; wellicht zullen wij later gelegenheid hebben nader over hen te spreken. De tafereelen van Matthijs Maris schijnen veel aftrek te vinden in Engeland. Het hier in plaat afgebeelde stukje berust in de verzameling van den heer F.H.M. Post, te 's-Gravenhage, in welke stad de schilder geboren werd in 1835 en hij zijne eerste kunstopleiding genoot aan de academie.