F.J. Gossé alias Gossec.
Er wordt gemeld, dat in de kleine gemeente Vergnies, kanton Beaumont, provincie Henegouwen, gaat opgericht worden een standbeeld van den verdienstelijken toonzetter en professor Frans-Joseph Gossé, alias Gossec, die aldaar den 17n Januari 1734 geboren werd. Zijn vader was landbouwer. Op achtjarigen leeftijd werd Frans-Joseph als koorknaap bij de beroemde Maitrise der kathedrale kerk te Antwerpen aangenomen, waar hij onder de leiding van den kapelmeester Jos. Blavier eene goede muzikale opvoeding ontving. In 1751 begaf zich de jonge Gossé naar Parijs, met het doel zijn muzikalen aanleg te ontwikkelen. Hij beoefende vooral de samenstelling en het vioolspel, en bezat reeds veel talent als professor in den zang. Hij bestuurde het orkest van den pachter-generaal La Pipelinière ten zijnen huize, waar men de werken van Rameau uitvoerde. Later bestuurde hij het orkest van den graaf van Condé en in 1773 dirigeerde hij de beroemde Concerts spirituels, waar meerdere zijner werken werden uitgevoerd. Het is Gossé, die de eerste de symphoniën in Parijs deed kennen; Haydn componeerde zijne eerste symphonie hetzelfde jaar dat Gossé die soort van muziek in Frankrijk invoerde. Hij stichtte te Parijs in 1770 de dusgenaamde liefhebbersconcerten: Concerts des amateurs. In 1795 werd hij toeziende professor van het conservatorium te Parijs benoemd, welke betrekking hij waarnam tot in 1815, toen hij zich te Passy vestigde, om eene volledige rust te genieten. Gossé was lid van het instituut en Napoleon benoemde hem tot ridder van het Legioen van Eer. Hij overleed den 16n Februari 1829, in den ouderdom van 95 jaren. Gossé schreef vijftien operas, vele symphoniën, quartetten, oratorios, lofzangen en talrijke hymnen voor de Fransche republiek, die allen te Parijs werden uitgevoerd. Zijne Lijkmis (messe des
morts), in 1760 uitgegeven en in de St.-Rochuskerk te Parijs uitgevoerd, wordt als een meesterstuk vermeld. Gossé bekleedt eene waardige plaats onder de meesters van zijnen tijd; in de samenstellingen voor koorgezang en orkest heeft hij zich veel roem verworven. Hij schreef eene muziekmethode die in het conservatorium te Parijs aangenomen werd. Hij leidde ettelijke uitstekende toonkunstenaars op, zooals Catel, Doerlem, Panseron, Gasse enz. Volgens zijne doopakte, is zijn naam Frans Joseph Gossé.
Edw. G.J. Gregoir.