De Vlaamsche School. Jaargang 21
(1875)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De– Auteursrechtvrij
[pagina 181]
| |
Marmeren groep van Michel Angelo te Brugge.Brugge's Onze-Lieve-Vrouwekerk bezit in de H. Sacramentskapel eene wit marmeren groep, voorstellende Maria en het kindje Jezus, vervaardigd door Michel Angelo Buonarrotti. Wij geven ze hier in plaat. Sedert honderde jaren stond deze groep bekend als een werk van den grooten Italiaanschen meester. In den laatsten tijd, evenwel, werd hare echtheid van sommige zijden als twijfelachtig voorgesteld. Onder andere beweerde de heer James Weales in Bruges et ses environs, uitgaaf van 1862Ga naar voetnoot(1), dat het beeld zou kunnen toegeschreven worden aan den Florentijnschen beeldhouwer Torrigiani, die Nederland en Engeland bezocht Deze meening is tegengesproken geworden door de commissie van de tentoonstelling van werken van Michel Angelo, onlangs te Florence gehouden, ter gelegenheid der gedachtenisviering van den onsterfelijken meester. Er is namelijk uit Brugge een afgietsel van het beeld naar genoemde tentoonstelling gezonden en het is niet alleen tentoongesteld, maar de leden der commissie hebben bij eenparigheid verklaard, dat het afgietsel naar een werk van Michel Angelo gemaakt was. Voordat de Italiaansche jury uitspraak had gedaan, was de heer Weale, in de nieuwe uitgaaf van zijn werk (1875) teruggekomen op de denkwijze, die hij in 1862 had te kennen gegeven. Van Vaernewijck gewaagt van de groep in zijne Historie van Belgis, verschenen te AntwerpenGa naar voetnoot(2). Hij schrijft het volgen de: ‘Ende in onser liever Vrouwen kercke, is ook een Marien beelde van witten marmer, alsoo groot als tleven ghedaen by die seer constighe handt van Michael Anghelus Bonarotus van Florencen, ende is van Roome met groote costen ghehaelt en betaelt, men schattet op bet dan iv duysent Guldenen, sonder de costen, die daar nog aen ghehangen werden van de xii percken van onser Vrouwen: daermede dat dit stuck, in een over costelicke tafel becleet zal worden, die men meent dat vi ponden grooten costen sal, waer af Meester Jan dHeere te Ghendt, den patroon gheordineert ende Meester Lucas zyn zone gheteeckent heeft.’ Deze woorden zijn reeds door verschillende kunstbladen aangehaald, zooals: l'Art Universel, het Journal des beaux-arts en La Fédération artistique enz., nadat een lange pennetwist over de echtheid van de groep gevoerd was tusschen binnen-en buitenlandsche schrijvers. Een Italiaansch schrijver, Condivi, vermeldt den verkoop van eene bronzen groep van Michel Angelo aan de Brugsche familie Moscron; dit heeft stof tot de bedoelde betwisting gegeven; vermoedelijk is de groep door Condivi aangehaald, de hier afgebeelde, en schreef hij bij vergissing brons, in plaats van marmer. In zijn reisboek, onder dagteekening van 8 April 1521, schrijft Aalbrecht Dürer: ‘Darnach sahe das Alabaser Marien-Bilt Zu Unser Frauen, das Michael Angelo von Rohm gemacht had.’ En in 1773 had de heer Beaucourt, van Noortvelde, in eene beschrijving van Brugge's O.-L.- Vrouwekerk gezegd, dat men daar de brieven van begiftiging bewaarde, die de echtheid van het stuk bewezen. Men leest daarin van: ‘eene sumptuese tabernakele met eender excellente beelde van Marie, seer rikelic ende costelic, de welcke beelde men niet verstellen zal moghen in toekomende tiiden, ten sii bii consente van de vrienden van den voorseiden Ian.’ | |
[pagina 182]
| |
Hoe is de Brugsche kerk aan het kostbare beeld gekomen? Descamps beweert, dat het zou bestemd geweest zijn, voor eene kerk van Genua, maar dat een Hollandsch zeeroover het zou bemachtigd en naar Amsterdam gevoerd hebben. Weale, in de nieuwe uitgaaf van zijn aangehaald werk, bevestigt dat Jan Mouscron, die den 9n Augustus 1522 overleed, de schenker is van een altaar, waarvan het beeld deel uitmaakt, iets wat gestaafd wordt door het aangehaalde handvest uit het kerkarchief. De groep heeft eene zwaarte van 800 kilos. |
|