Kroniek.
Antwerpen. - De heer E. Gregoir heeft aangenomen muziek te zetten op dichtstukken, die geschikt zijn om gezongen te worden en hij laat dezelve verschijnen onder den titel Vaderlandsche liederen, voor 2 en 3 stemmen, ten dienste van scholen en huisgezinnen. Elke aflevering, die, naar gelang van de grootte der stukken, 1, 2 of 3 liederen bevat, met tusschen den tekst gedrukte muziek, kost maar 20 centiemen en per dozijn exemplaren betaalt men slechts fr. 1.75. Reeds 4 afleveringen, te zamen 8 liederen bevattende, zijn verschenen. De dichtstukjes, door den heer Gregoir op muziek gebracht, zijn van J.B. Courtmans, V.A. De la Montagne, P. Troch, J. Brouwers, J. Vermetten, E. Stroobant en L. Willems. De muziek is in goed toepasselijken trant geschreven. Ook verwachten wij, dat de uitgaaf van den heer Gregoir veel bijal vinden en goede vruchten dragen zal. De druk strekt het werkhuis van den heer De Cort tot eer. De liederen zijn verkrijgbaar bij den heer Rummel, muziekhandelaar, Eiermarkt 4.
- Ter gelegenheid van de kermisfeesten, was door de rederijkkamer de Olijftak een historischen optocht ingericht, die den 23n en 24n Augustus de stad Antwerpen heeft doorkruist. De stoet werd geopend door de gewone Antwerpsche ommegangstukken: de walvisch, de dolfijnen, het schip, de reus en de reuzin, welke wij meest allen in vroegere jaargangen in plaat mededeelden; dan volgden: een rijdende tempel der wetenschap, waarop allerlei bij het onderwijs gebezigde voorwerpen uitgestald waren en die omringd was van een groot getal scholieren; de handelswagen, op welken ten toon lagen stalen van koopmansgoederen uit de vijf werelddeelen, bewaakt door Afrikanen, Aziaten enz.; 2e afdeeling: schutters, gildebroeders en ambachtslieden met hunne banieren; de beroemde kunstenaars der xvie en xviie eeuw; de wagen der Lucasgilde; rederijkers, te voet en te paard, nar, herauten, de prins, eerejonkers, pages, schenkers, voorgesteld gelijk zij kwamen deel nemen aan het Antwerpsch landjuweel van 1561; de wagen van den Olijftak; 3e afdeeling: de verbondene Vlaamsche edelen, aangeleid door Hendrik van Brederode, allen te paard; de vloot der watergeuzen; 4e afdeeling: koning Philips II, aan het hoofd van zijnen hofstoet, waarin men aantrof: Margaretha van Parma, Alva, Requesens, don Juan van Oostenrijk, Farnese enz. (allen te paard); de burgemeesters van Antwerpen (in een fraaien tentwagen gezeten); Willem de Zwijger, omringd van zijne voornaamste wapenmakkers in den strijd tegen Spanje; ten slotte, een uitmuntend keurige wagen, voorstellende de stad Antwerpen. De optocht mocht schoon genoemd worden, en ongetwijfeld zullen velen met genoegen vernemen, dat de kunstschilder Franz Van Kuyck (de veelbelovende zoon van wijlen den gunstig gekenden schilder van paarden en stallen)
geheel den stoet in plaat brengt. De nieuwe wagens worden uitgevoerd naar teekeningen van Hendrik Altenrath en geschilderd door H. Verbuecken.
Brussel. - De schilderijenverzameling van koning Leopold II is verrijkt met eene schets van Rubens, voorstellende de Zegepraal van Christus over dood en zonde, het laatste model dat de groote meester leverde voor de tapijtwerken van Olivarès; al de andere schetsen voor die tapijten bevinden zich in het museum van Madrid. Het door ons vermelde stuk werd onder het eerste Fransche keizerrijk, op het einde van den Spaanschen oorlog, weggenomen en verkocht aan een Engelschen koopman Emerson genaamd. Later kwam het in bezit van den markies van Camden en vervolgens maakte het deel uit van de verzameling Bredel, te Londen, waar het onlangs verkocht werd. De koning bezit nog eene schoone schets van Rubens, de schets namelijk van de prachtige schilderij in het Antwerpsch museum: de H. Theresia Christus aanroepende voor de zielen des vagevuurs, komende uit de befaamde verzameling Patureau.
Kortrijk. - De groothertog van Saksen-Weimar, op 28 Augustus zich van Oostende naar Brussel begevende, is te Kortrijk afgestapt om de aldaar op het stadhuis in uitvoering zijnde muurschilderingen van Guffens en Swerts te gaan bezichtigen. In 1872, blz. 71 en 80, hebben wij de bestelling dezer werken vermeld. Thans zijn zij bijna voltooid. De wanden zijn in zeven paneelen verdeeld en stellen feiten voor van stedelijk belang, uit de groote tijdstippen van Kortrijks geschiedenis, zooals: de invoering van het christendom, de ontwikkeling der beschaving door de kunsten en letteren, de leenroerigheid en de gemeente, alsook de deelneming aan deze geschiedenis door de geestelijkheid, den adel en het volk.
1ste paneel. De geestelijkheid: St. Eloy wijdt de eerste kerk van Kortrijk (St.-Martinuskerk);