De Vlaamsche School. Jaargang 20
(1874)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De– Auteursrechtvrij
[pagina 125]
| |
Het Hof ter Laken te Boisschot in de provintie Antwerpen.Het gebouw van het Hof Ter Laken, zooals het op onze plaatvoorkomt, behoort thans aan den weledelen heer A. della Faille van Leverghem van Havre, die het deed herbouwen en vergrooten onder de leiding van den Antwerpschen bouwmeester Joseph Claes, sedert lang gunstig gekend door het aanleggen van hoven en kasteelen en het herstellen van aloude adellijke sloten. De volgende geschiedkundige inlichtingen hebben wij ontleend aan de aanteekeningen van een lied, gezongen door een Boisschotschen Sinjoor op 24 Juni 1874 op een feest, door de familie della Faille van Leverghem den inwoners van Boisschot aangeboden, uit erkentenis voor de feestviering door de bevolking van Boisschot aangericht op 11 Juni ter gelegenheid van het huwelijk van jonkvrouw Joanna della Faille van Leverghem met den heer Henricus de Witte. Over den oorsprong der gemeente Boisschot is, evenals over vele dorpen der Kempen, weinig gekend. De oudste bewijsstukken van het bestaan dezer weelderige gemeente vindt men in bescheiden van de xiie eeuw, betrekking hebbende op den Watermolen, gesteld op de Molenbeek, en nu door sommigen de Calsterloop genaamd, wier waters hunnen oorsprong nemen omtrent Diest en te Boisschot in de groote Nethe vallen. In de voormelde bescheiden, in bezit van mevrouw Geelhand de Gilman zijn voorwaarden bepaald, waarbij de Molen zekere voordeelen en rechten bezat, mits welke de bezitters zekere verplichtingen moesten naleven, zooals het schoonhouden der beek van af de Plankenbrug, over het grondgebied van Aerschot, tot aan de brug van het Huis Van Kets, welke laatste brug nog in 1824 bestond, in de dreef van | |
[pagina 126]
| |
het Hof Ter Laken, onder Boisschot. Gezegd hof werd ook Huis Van Kets geheeten, omdat het meer dan 125 jaren aan de Antwerpsche schepenenfamilie Van Kets had toebehoord; onder deze benaming vindt men het aangeduid op de oude kaarten van het bisdom Mechelen. De oorsprong van den naam Boisschot is niet gekend. Men heeft beweerd, dat, onder de oude vrijheid, nu de gemeente Heyst-op-den-Berg, een gehucht heeft bestaan Zonder-Schot genaamd, omdat het vrijgesteld was van zekere tolrechten, die andere gehuchten aan Heyst verschuldigd waren, en zoo namelijk het gehucht Boisschot of Hout-Schot, op welks grondgebied in vroeger eeuwen groote bosschen moesten bestaan. De aloude en vermaarde Mechelsche familie Berthout,Ga naar voetnoot(1) bezat sedert 1339 in Boisschot de heerlijkheid van Ter Laken. In de archieven van gemeld hof berusten nog drie akten van de jaren 1339 tot 1346, van Margaretha, hertogin van Gelder, vrouw van Mechelen, leenvrouw van Ter Laken. 1o Jan van Urle geeft, bij laatsten wil, bekrachtigd op 7 Februari 1339 door Margaretha van Gelder, de heerlijkheid Ter Laken aan Gerardus van Hofstade, die in 1418 eene kapellanij te Boisschot heeft gesticht, van wien zij, in 1426, bij erfenis, overgaat op zijne zuster Margaretha, gemalin van Hendrik Van Kets, schepen der stad Antwerpen; 2o Anna Van Kets, gemalin van Lodewijk Schoyte, laat op 4 Augustus 1557 haren echtgenoot als bezitter van Ter Laken erkennen; 3o vrouw Paulina Schroyte, gemalin van Engelbrecht Maes, voorzitter van den geheimen raad, verkrijgt op 4 December 1578 Ter Laken bij erfenis. Jan Mertin della Faille van Nevele en Engelbert della Faille van Estempius, verkrijgen op 23 December 1665 Ter Laken bij erfenis van J.B. Maes. 4o Jacobus Antonius de Witte, heer van Leverghem, enz., burgemeester van Antwerpen, en Anna Catharina Mailliarts, koopen Ter Laken op 3 Januari 1681, van Joannes Franciscus della Faille van Nevele. De grafzerk dezer familie ligt in de O.-L. Vrouwekerk te Antwerpen. 5o Catharina Isabella Maria Josephina Antonia de Witte brengt op 3 Juni 1776, Ter Laken als huwelijksgift aan Josephus Henricus Nepomucenus della Faille van Leverghem, lid van de staten-generaal der Nederlanden, door wien het hof herbouwd werd in het begin der xixe eeuw, met medewerking van den zeer eerw. heer Van de Weyer, destijds pastoor te Boisschot en in 1824 landdeken te Lier. 6o Carolus Emanuel della Faille van Leverghem-de Terbruggen, gemaal van Regina Anna Maria Josephina Van de Werve van Vorsselaer, bekomt Ter Laken, bij erfenis in 1822 (hij overleed te Boisschot op 14 Juli 1849 en zijne echtgenoote op 8 Augustus 1864). In 1868, bij akte van 1 April, ging Ter Laken over aan den weledelen heer Alphons Maria Joseph della Faille van Leverghem, oud-burgemeester van Boisschot, oudlid der kamer van volksvertegenwoordigers, lid der bestendige deputatie van den provincialen raad van Antwerpen, en aan Clementina Maria Amelia Van Havre. |
|