Over de trillende beweging der snaren.
Deze beweging is tweederlei, te weten: 1o dwarsgaande, wanneer men met eenen strijkstok of boog op de snaar wrijft in eene wending die rechtstaande is op de lengte der snaar, en 2o langstrekkend. Men heeft een voorbeeld van deze laatste trillende beweging in den klank, veroorzaakt door een paa denhaar, dat men tusschen de vingers laat doorschuiven.
Dwarsgaande trillende beweging. - Om de wetten dezer trillende beweging te bepalen, gebruikt men een waarnemingstuig, bekend onder den naam van klankmeter (sonometer) en door het hieronderstaande afbeeldsel aangeduid. Het bestaat uit eene soort van vierkantige kist. S S, op welke eene snaar is gespannen. Deze snaar, vastgehecht aan eenen haak, loopt over twee kammen F F, op de groef eener katrolschijf M, en is eindelijk vastgehecht aan eenen anderen haak C, waaraan men een gewicht P, hangt. Een beweegbare kam H H, kan
onder de snaar voortschuiven zonder met haar in aanraking te komen, en kan naar willekeur op eene gegevene standplaats in stilstand blijven; om de lengte der snaar te verminderen, volstaat het, dat men deze met den vinger drukke tegen den kant T, van den kam.
Dr F.-J.-Matthyssens.