In 't klooster.
(Fragment.)
Men trede die afgezonderde kloostermuren binnen en men overtuige zich van menige troostende waarheid.
Men doorwandele die stille gangen, men blikke in die zoo rustige cellen, men bidde in die eenzame maar niet verlatene kapel - aanminnig heiligdom der ingetogenheid, der gemoedsrust, der zachtste zielevreugd.
Vaak bevindt zich het sticht in eene landelijke vlakte; men stare alsdan van onder zijne hooge gewelven op het kalme, omliggende landschap.
Indrukwekkend tooneel!... Al het tijdelijke rust en zwijgt, als om eene eeuwige stem hier ongehinderd tot de ziel te laten spreken.
Gij, die verdwaald van 't echte spoor, of op hetzelve zonder wijkplaats in het ongeluk zijt gezeten - richt uwe stappen kloosterwaarts: gij zult er God en den vrede vinden. Doch werp eerst verre van u het hulsel aller ijdelheid, schud eerst het wereldsche stof van uwe voeten en klop dan aan: de zusterlijke woon zal zich gastvrij voor u openen, en mits gij nog te strijden en te lijden hebt, zal in die edele school der Boet het christelijk leven u zalig leeren sterven.
Zalig sterven! Groote, verwaarloosde kunst door de helden van ons Geloof eenmaal niet te klein geacht om door de vroomste zelfverzaking aangeleerd, en ten prijze zelfs van hun bloed gekend te worden!
Heilig doel van onzer allen bestaan, dat wij geblinddoekt door de ijdelheid schier nooit ontwaren, tenzij een genadige inkeer ons, ten minste voor het oogenblik, den blinddoek af doe rukken en wij, rondom ons heenstarende, dan een graf voor onze voeten zien!
Een graf.... die zes voeten grond welke eene spade op al dit zwoegen, al dit lijden, al dit genieten heeft geworpen, en waaruit thans, welsprekend en vermanend, de eenigware zedeles der hoogste wijsbegeerte opstijgt....
Gelukkig hij die, gelijk de oude eremijt der wildernissen biddend voor het doodshoofd en 't gekruist gebeente, of gelijk de Romeinsche heiden denkend voor de met bloemen gekroonde aschbus zijner vaderen, zich in het werkelijke leven dagelijks omringd ziet van datgene wat hem de heilzame gedachte van den dood nimmer uit het geheugen doet verliezen! Gelukkig zij, de vrome kloosterlingen, voor wie in hun vreedzaam verblijf geen dag voorbijgaat, of hun blik ontmoet den stillen akker in wiens schoot de zaligafgestorvene gezellinnen van hun ballingschap de laatste rust genieten!
Ik ook zal stilstaan bij dit treurig en naakte plein - stilstaan, en tot verheffing mijns gevoels met goeden wille denken....
Ziet!
De windvlaag schudt het loover op de doodsche zoden; daarboven in 't luchtruim drijft de wolkenvaart naar ongekende kusten... Gerucht, beweging, al de vormen van het stoffelijk wezen - worden, dalen en vergaan: alleen het Kruis van onzen Goddelijken Meester dat ginder opwaarts rijst, blijft beweegloos gelijk daar ligt, aan zijnen voet, de verschgedolvene groef die een komend lijk schijnt op te wachten....
Verhevene les nooit genoeg verstaan, altijd te vroeg vergeten!
De rust in 't graf, geboren uit de rust van het geweten....
Het eeuwig overwinnen van al wat nooit vergaat, te bekomen door het tijdelijk afstaan van hetgene niet kan duren.
Sterven voor de wereld bevorens het doodsuur slaat, om reeds op aarde, des te vroeger, dat leven te beginnen waarvan God de oorsprong is en God het einde van zal wezen.......
Francisca Hendrickx, geb. Elsens.
Dwaasheid is zeker eene kwade eigenschap; doch ze nooit in anderen te verdragen, is nog grooter dwaasheid.