Varia.
In 1815 was de beroemde Fransche schilder Isabey gelast geworden met het vervaardigen van een tafereel, waarop al de leden van het congres van Weenen moesten worden afgebeeld. ‘- Mijnheer, zegde hem lord Wellington, ik moet de eerste plaats bekleeden op uw schilderstuk want dat is de mijne, en ik dring hier sterk op aan.’ Van zijnen kant, zegde de prins de Talleyrand zachtjes in het oor van den schilder: ‘- Beste vriend, zoowel in uw belang als in het mijne, zet ik u aan om van mij de eerste personage van uw tafereel te maken, of wel mij er geheel en al af te laten: mijn afwezen zal dan ook in het oog springen.’ Thans kwam het er op aan deze twee vorderingen te gemoet te komen. Isabey wist deze dubbele moeielijkheid op te lossen. Hij verbeeldde den hertog van Wellington op het oogenblik dat deze de conferenciezaal binnentrad en aller blikken zich op hem vestigden, zoodanig dat hij zich den koning van dit tooneel kon wanen. Hij schilderde den prins de Talleyrand in eenen leuningstoel gezeten, te midden van de congresleden, zoodanig dat hij in dit gewrocht de eereplaats bekleedde. Daarenboven wist Isabey den hertog van Wellington te overtuigen dat hij, op deze wijze van ter zijde gezien, veel schooner vooruitkwam, en zijne wezenstrekken eenige gelijkenis kregen met de wezenstrekken van Hendrik IV.
Deze vleierij slaagde zoo goed, dat de hertog den schilder zelfs de schets van zijn tafereel afkocht, en deze nog heden met zorg door de familie Wellington bewaard wordt.