De vasten.
De vasten, welke de Latijnsche kerk aan de geloovigen voor het Paaschfeest oplegt, dagteekent van de eerste eeuwen des Christendoms. Volgens Sint-Hieronimus, Sint-Leo, Sint-Augustinus en de meeste kerkvaders van de vierde en vijfde eeuw, zou de vasten door de Apostelen zelven zijn ingesteld. In de oude Latijnsche kerk duurde de vasten slechts zesen-dertig dagen. In de vijfde eeuw, om beter de vasten van veertig dagen die Cristus had onderhouden na te volgen, voegde men er vier dagen bij, en heel het westen, de Kerk van Milanen uitgezonderd, schikte zich naar dit gebruik. De Grieken beginnen hunne vasten eene week vroeger dan de Latijnen; maar uitgenomen den zaturdag van de Goede Week, vasten zij des daags nimmer. De oude Latijnsche monniken hielden drie vastens, allen van veertig dagen; de eerste kwam voor Paschen, de andere voor Kersmis en de derde voor Sinxen. In de eerste tijden bestond de vasten zelfs in het westen, in het derven van vleesch, eieren, melk, wijn, en in geen enkel eetmaal dan 's avonds te doen. Dit duurde tot de dertiende eeuw. Van de negende nogtans had men zich veroorloofd wijn, eieren en melk te gebruiken.
Het is niet alleen bij de Christenen, dat de vasten en de verstervingen bestaan. Men vindt dit gebruik bijna in alle godsdiensten, en de Ramadan der Turken is niets anders dan eene vasten door Mahomed den Muzelmannen opgelegd.
De eerste vastendag werd in alle tijden door eene bijzondere plechtigheid gevierd. Vroeger was het gebruik dien dag door eene bijzondere kanonieke penitentie te vieren. Op het einde der vierde eeuw, onder het pausdom van Gregorius-den-Groote, opende de bisschop, vergezeld van zijne geestelijkheid, de vasten door gebeden en strooide assche op het hoofd der boetedoeners. Vandaar is de ceremonie gekomen, den eersten dag van de vasten een kruisken op het voorhoofd der geloovigen te drukken.
Wat is de slaap? Niets dan levensverlies - een kortstondige dood. - Men heeft hem den balsem des levens genoemd. - Ten onrechte, men zou even goed opium een balsem des levens kunnen noemen: beiden bedwelmen en verdooven, maar genezen niet; vraagt het aan allen, die met zorg en smart zijn ingeslapen, of niet bij hun ontwaken, de last hun dubbel zwaar viel.
Henriette Maria L***