Muurschilderingen.
Door den heer Jos. Bellemans, worden schilderingen van alleszins grooten omvang uitgevoerd, in de prachtige kapel van O.-L.-Vrouw-Onbevlekte-Ontvangenis, rechts langs den inkoom in de Augustijnenkerk, te Antwerpen.
Deze kapel, uitgevoerd naar de teekeningen en onder de leiding van den heer J. Dero, is de eerste die in deze stad in Romaanschen stijl werd opgerecht; de plechtige inwijding er van, had plaats door Z.E. den Kardinaal-Aartsbisschop van Mechelen, op 14 Mei 1857.
Eenige maanden later begon de heer Jos. Bellemans zijne schilderingen, waarvan wij het eerst voltooide stuk, op naastgaande bladzijde doen kennen. Dit stuk komt voor, aan de rechterzijde van den middenbeuk der kapel tegenover de ingangdeur van de kerk en stelt de Geboorte des Zaligmakers voor, en de drievoudige Aanbidding: die der Engelen, der Koningen en der Herders. Het geheel dezer samenstelling is op gouden grond uitgevoerd.
In het boogvormig gedeelte boven het altaar ziet men God den Vader, den hemel zegenende, en daaronder, in het midden, boven het altaar, de H. Maagd Maria in de wolken, omringd van de kooren der engelen. Onder dit gedeelte is de H. Kerk, de Onbevlekte Ontvangenis van Maria tot een geloofspunt verklarende, voorgesteld.
Langs weêrskanten van het middenpaneel, dat God den vader bevat, zijn op drie andere paneelen, engelen afgebeeld, die de deugden der H. Maagd voorstellen, te weten: rechts, toren van David, ark des verbonds, zuiver als de lelie. Links, deur des hemels, spiegel der rechtvaardigheid en schoon als de roos.
Deze schilderingen, welke een schoon geheel uitmaken, zijn op gouden grond met schitterende starren uitgevoerd en stellen den Hemel voor.
Langs weêrskanten de H. Maagd zijn de heilige Vaders en schrijvers afgebeeld welke het meest over de H. Maagd en hare deugden geschreven hebben, namelijk rechts de H. Chrisostomus, in zijn statig bisschoppelijk Byzantijnsch gewaad; het indrukwekkende beeld van den H. Hieronimus met eenen leeuw aan zijne voeten (zinnebeeld der eenzaamheid); de H. Ephren, de jonge diaak van Edessa; de HH. Maximus en Ildephonsus, bisschoppen en het godsdienstig gevoelvolle beeld van den H. Bernardus.
Links: de H. Ambrosius en de H. Augustinus met een vlammend hart in de hand; de H. Cyrillus, patriarch van Alexandrië die zijne handen smeekend ten hemel richt; de ootmoedig barrevoetsgaande H. bisschop Fulgentius, en Joannes Damascenus met Petrus Damianus, aartsbisschop van Ostia.
Onder de opgenoemde goed uitgevoerde kerkvaders en schrijversbeelden, wordt, in de Latijnsche taal, de korte inhoud van de stellingen die zij nopens het geloofspunt der O.-B.-Ontvangenis van Maria verdedigd hebben, gelezen.