Prijskamp voor liedjes,
uitgeschreven door den Vlaamschen Bond, te Gent.
Veelzijdig is de levensbeschouwing - de levensbeschouwing van menschen en volkeren. Wat de een ernstig opvat, levert den andere stof tot luim of spot. Wat voor dezen het onderwerp is van een eenvoudig verhaal, dat bezingt gene in lyrische strofen. Zoo begrepen het onze voorvaderen in de weelderigste dagen van het dietsche volksleven; zij begrepen dat elke zaak, elke gebeurtenis van meer dan eenen kant kan beschouwd worden; en dewijl de liefde de meest uiteenloopende stoffen te zamen brengt, de meest uiteenloopende gevoelens verzoent, ja versmelt, ruimden zij haar eene aanzienlijke plaats in bij hunne letterkundige feesten. Hunne prijskampen voor referein en lied waren steeds int vroede, int sotte en int amoureuse.
Ook thans, nu de vlaamsche geest ten allen kante zich herlevendigt, in de schitterendste kleuren zich hervoorbrengt, nu het vlaamsche volk nogmaals denkt en handelt, nu vooral is het noodig dat het lied zijne hooge plaats in de letterkunde behoude - zijne plaats met de uitdrukking van gezond verstand, van burgerzin, van vaderlandsliefde.
Bij de uitschrijving van den tegenwoordigen prijskamp heeft men de drijledige verdeeling, eens door de voorvaderen gebezigd, aangenomen, echter den schrijver alle vrijheid latende over den vorm.
In elke der drij soorten is voor het best gekeurde lied een prijs uitgeschreven van vijf-en-twintig francs.
Er zullen, bij genoegzaam erkende waarde, aan de verdienstelijkste onder de niet bekroonde stukken aanmoedigingsprijzen worden toegewezen, ter gezamenlijke waarde van vijf-en-zeventig francs.
De stukken zullen ongeteekend en vergezeld van een verzegeld briefje, de namen en adressen der schrijvers vermeldende, ten uiterste op 8 april (Beloken-Paschen) 1866, vrachtvrij besteld worden bij den sekretaris van den Vlaamschen Bond te Gent, Karel van Acker, advocaat, Hoofdkerkstraat, 7, te Gent.