welbewaard koperen zegel gevonden, dagteekenende van het begin der XIVe eeuw. Dit stuk verbeeldt den H. Joannes, dragende in de linkerhand een kindje en in de rechterhand een lauwertak, rond welken men het volgende opschrift leest: Sm † dni. Johis † D. Stichelen. (Sigilum domini Joannis Van der Stichelen). Deze familie, aan wien het zegel vroeger heeft toebehoord en waarvan er heden nog afstammelingen te Gent wonen, zijn oorspronkelijk van Audenaarde.
Brussel. - De jury, gelast met het onderzoek der kantaten voor den muziekalen prijskamp van Rome bestemd, heeft zijne werkzaamheden geëindigd. Er waren niet minder dan 40 fransche en 18 vlaamsche kantaten ingezonden.
De jury gelast met het toestaan der prijzen voor de vlaamsche en fransche kantaten, heeft haar verslag bij den minister van binnenlandsche zaken ingezonden. M. Em. Hiel, waarvan wij reeds meermalen dichtstukken hebben medegedeeld, is den bekroonde der vlaamsche kantate met zijn stuk getiteld de Wind. De prijs voor de fransche kantate is toegewezen aan het stuk la fille de Jepthe, waaraan wijzigingen moeten toegebracht worden. De schrijfster er van is Mev. Strumann.
MM. Fétis en Daussoigne-Méhul hebben hun ontslag gegeven als leden van de jury gelast met de beoordeeling der kantaten, die op de bekroonde vlaamsche en fransche gedichten zullen vervaardigd worden. Deze heeren geven voor, dat zij, de vlaamsche taal onmachtig, niet bevoegd zijn te oordeelen of de medekampers die den vlaamschen tekst verkiezen zullen, goed of slecht de gedachten van den dichter weêrgegeven hebben. M. Hanssens, die vlaamsch en fransch kent, heeft het mandaat aanvaard, en de jury is vervolledigd geworden met MM. Leo de Burbure en Bosselet.
- De mededingers voor den tweejarigen muziekalen prijskamp van Rome, ten getalle van zes, zijn op 19 Juni in logie getreden en zullen er na 25 dagen, den 14 juli uitkomen. Er hadden zich acht kandidaten voorgesteld; de jury moest dus eene keus doen, want er, mogen er slechts zes mededingen. Ziehier de namen der aangenomene mededingers: Haas, van Doornik; Ruffer, van Luik; Van Geluwe, van Gent, welke reeds in den prijskamp van muziekale samenstelling, eene eervolle melding had bekomen; Huberti, van Brussel (gewezen 2e prijs); Van Hoeije, van Mechelen (reeds eervol gemeld); Van den Eynde, van Gent.
- De koninklijke Academie heeft voor het jaar 1866 de volgende prijsvragen uitgeschreven:
1o Den invloed bepalen, welke de daarstelling op de kunsten der saksische koloniën, op de zeden en instellingen van Vlaanderen heeft gemaakt.
2o De geschiedenis schrijven der politieke en administratieve betrekkingen, welken tusschen België en het graafschap van Bourgogne hebben bestaan tot de overwinning van dit laatste land door Frankrijk.
3o Eene beoordeeling schrijven van het talent van Chastellain, van zijnen invloed, van zijne politieke gedachten en van zijne letterkundige strekkingen.
4o Welke is de invloed geweest door Leibnitz op de richting der hedendaagsche wijsbegeerte uitgeoefend?
5o De geschiedenis schrijven van het strafrecht in het oude hertogdom van Brabant.
6o Men vraagt hoe de werkman zich zelven kan helpen en welke de hervormingen en instellingen zijn, die het spoedigste en op de krachtigste wijze kunnen bijdragen om zijne welvaart en onafhankelijkheid te vergrooten.
De prijs voor elke dezer vragen is eene gouden medalie, ter waarde van 600 fr., met uitzondering voor de vierde vraag, voor welke een buitengewonen prijs van 1000 fr. is uitgeloofd.
De prijswinnaren zullen 100 exemplaren van hunne bekroonde werken ontvangen.
De stukken, in het fransch, vlaamsch of latijn opgesteld, moeten voor 1 februari 1866, vrachtvrij en naamloos gezonden worden te Brussel aan M. Ad. Quetelet, bestendige secretaris der Academie.
Van nu af worden de twee volgende vragen voor den prijskamp van 1867 uitgeschreven:
1e Welke zijn de politieke en maatschappelijke strevingen der ketterijen geweest sedert de opkomst van het christendom tot aan het begin der XVIe eeuw?’
2e Door welke middelen en langs welke wegen kan de kolonisatie in de werkzame sfeer der volken van Europa treden, in den tegenwoordigen toestand van den gekenden aardbol en der ekonomische en politieke wetenschappen?
De prijs voor de eerste vraag is 1000 fr. en voor de tweede minstens 1500 fr.
- Mev. Courtmans heeft den vijfjarigen prijs van 5,000 fr., door het Staatsbestuur uitgeloofd, bekomen, voor haren roman het Geschenk van den jager.
Brugge. - In de O.L. Vrouwekerk aldaar, heeft men eene merkwaardige muurschildering ontdekt, in den beuk aan den noordkant van den toren. Het schijnt dat langs dien kant vroeger een altaar heeft bestaan. Het is te hopen dat men er in gelukken zal deze muurschilderingen te herstellen.
Gent. - Bij de afbraakwerken der oude Ste-Annakerk, heeft men een zeer grooten grafkelder ontdekt, met drie goed bewaarde menschengeraamten in, en gedekt door eenen zerksteen waarop men, in gothische letters, nog met moeite leest:
Hier leegt - Marten Volcaert, fd Lievens, die overleit XVc
en de XL, den XXIIII dach in....
Hier leegt mevrouw Margarete van Calo, fa Cornelis Martins wijf, die overleit ao XVc XXV.
Deze Marten Volcaert werd schepen van Gent gekozen in September 1538, door de tegen Keizer Karel in opstand zijnde stad.
Het jaar zijns overlijdens (1540) laat veronderstellen dat hij tot het getal behoort dergenen die, op bevel van gemelden vorst, na de bemachtiging der stad, zijn terecht gesteld geworden; hij was het opperhoofd eener beroemde familie, wier naam 40 malen in de schepenlijsten van Gent, tot aan het einde der vorige eeuw, voorkomt.
- In den tooneel-prijskamp, uitgeschreven door de maatschappij Broedermin en Taalijver, ter gelegenheid van haar 25jarig bestaan, zijn niet minder dan 33 stukken ingezonden. Voor eene verhandeling over M. Van Peene, zijn twee stukken ingezonden.
- De driejaarlijksche tentoonstelling van schilder- en beeldhouwkunde, welke den 15 augusti aldaar geopend wordt, belooft zeer schoon te zijn. Zij zal plaats hebben in de rotonde en in de